"Sinds de zesde staatshervorming is de federale bevoegdheid om ziekenhuizen voorwaarden op te leggen zeer beperkt. Heel wat concrete voorwaarden die het kader scheppen waarbinnen ze functioneren zijn een bevoegdheid van de deelstaten geworden."
...
Met die algemene repliek van minister Vandenbroucke (Vooruit) moesten de volksvertegenwoordigers Barbara Pas (VB) en Kathleen Depoorter (N-VA) het stellen. Ze hadden de Vooruit-excellentie in de commissie voor gezondheid en gelijke kansen aan de tand gevoeld over de taalwantoestanden in de Brusselse ziekenhuizen. Een evergreen... Pas hekelde het gebrek aan kennis van het Nederlands in de dringende medische hulpverlening." Het regeerakkoord van de vorige regering wilde daar wat aan doen maar bleef in de goede intenties steken", zei ze. En Kathleen Depoorter verweet de minister dat hij het niet zo nauw neemt met de taalwetgeving. "Patiënten in de hoofdstad krijgen heel moeilijk dringende hulp, zorg, gewoonweg hulp of whatever in de eigen taal."Vandenbroucke bevestigde dat de vorige regering haar doelstelling niet hard kon maken. "Telkens botste men op het gelijkheidsprincipe. Elke gezondheidszorgbeoefenaar moet kunnen bewijzen dat hij of zij de drie landstalen machtig is. Wie een visum krijgt, heeft het recht om in heel België zijn beroep uit te oefenen." Het impliceert dat enkel een Koninklijk Besluit uit 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken van toepassing is. Vandenbroucke: "Volgens die oude wetgeving dienen alle MUG-teams van alle ziekenhuizen gelegen binnen het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en de ziekenwagens van de Brusselse brandweer tweetaligheid te garanderen. Openbare ziekenhuizen vallen helemaal onder dit KB, private en universitaire ziekenhuizen enkel wanneer ze een publieke opdracht uitoefenen. Met name bij de organisatie van een erkende spoedgevallendienst en/of een MUG. Dan moet de tweetaligheid in elk geval worden gegarandeerd." Ook verwees Vandenbroucke naar de deontologische code van elke zorgverstrekker. Die code maant aan om de patiënt "zoveel mogelijk in zijn taal te bejegenen en te informeren". Uiteraard nam Barbara Pas daarmee geen genoegen. Ze benadrukte dat in de dringende medische hulpverlening goede communicatie van levensbelang kan zijn. "Ervoor zorgen dat minstens één iemand van een ploeg die uitrijdt aan de taalgrens de beide talen begrijpt en met patiënten kan communiceren, lijkt me zeer belangrijk. Dat zou u toch op één of andere manier moeten kunnen verankeren." In 2021 kreeg het Vlaams Meldpunt Taalklachten 13 klachten binnen over taalwantoestanden in de Brusselse ziekenhuizen zelf, wist het VB-parlementslid nog te vertellen. Ze noemde dat "een forse stijging vergeleken met voorgaande jaren". In vijf gevallen ging het over spoeddiensten. "Uiteraard is dat maar het topje van de ijsberg", aldus Pas. "Want als er al taalverplichtingen zijn dan worden ze op grote schaal niet nageleefd. Dit probleem sleept al decennia aan." Frank Vandenbroucke schoof de hete aardappel echter door. Taalwetgeving valt onder de bevoegdheid van minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) terwijl het Vlaams Meldpunt bij het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid hoort. Daarvoor is met andere woorden de Vlaamse minister van Gezondheid en Welzijn bevoegd. En verder heeft de federale overheid sinds de zesde staatshervorming volgens de minister nog maar weinig in de pap te brokkelen wat het functioneringskader van de ziekenhuizen betreft.