Na een lange corona-columnpauze, ben ik maar wat blij dat we weer - heel af en toe - een ander onderwerp kunnen aansnijden. Vandaag verhitten de gemoederen immers niet geheel onterecht vooral over mondmaskers, avondklokken, bubbels en evenementenverbod. Maar intussen gebeuren ook heel wat andere rakende zaken, al dan niet met een coronaverband eromheen.

Neem nu de nakende start van het nieuwe academiejaar. Niets zal voorlopig nog zijn wat het was, door de tergende pandemie. Tradities zoals een gezamenlijke verwelkoming, overvolle auditoria door studenten die toch minstens één inleidend lesje willen bijwonen, wilde boekenverkopen en avondlijke rijk gevulde facbars: het zal allemaal niet zo evident zijn, vermoedelijk zelfs onmogelijk. We kijken weliswaar allemaal halsreikend uit naar échte postcoronatijden, maar zullen waarschijnlijk nog wat geduld moeten oefenen voor we dit walhalla zullen bereiken.

Ik droom ervan dat de studentendoop vanaf morgen een mooi feest mag worden, waar ieder met een goede start en een warm hart aan zal mogen terugdenken.

Eén van die tradities aan het begin van het academiejaar is de studentendoop. Ik krijg deze term amper over mijn lippen zonder er heden een zeker gevoel van onbehagen bij te krijgen. Naar aanleiding van de mogelijke start van het proces tegen de verantwoordelijken voor de verschrikkelijke dood van de zeer beloftevolle sympathieke student Sanda Dia tijdens een studenten 'doopfeest', werd dit bij mij immer aanwezige akelige gevoel intens opgerakeld. Het verdriet van alle betrokkenen is uiteraard immens. Iedereen draagt dit mee en niemand wilde dit (mag ik hopen). Zijn recent in de media beschreven extreme foltering is uiteraard ongeëvenaard. Laat het duidelijk wezen dat dit niet de standaard is van studentikoze doopfeesten.

Maar toch.

Onze rector refererende, zijn doopfeesten een traditie, bedoeld als verwelkoming in een gemeenschap. Dat is niet anders in een universitaire gemeenschap. Je krijgt ook daar een peter en een meter en moet worden gesteund als nieuwkomer. Deze gedachte staat haaks op wat het heden geworden is. Maar al te vaak zien we vernedering, verspilling, soms gevaarlijk en veelal absurde taferelen van vuile, haast onherkenbare jongvolwassenen die door andere bekladde figuren op onbegrijpelijke respectarme manieren worden aangesproken, of vaker toegeroepen en gemanipuleerd.

Wat bezielt ons? Waarom dient iemand zo te worden behandeld? Wat is het nut, de reden, de logica of het belang zulke doop te ondergaan? Ik hoor vele verdedigingen zoals 'ik maakte het ook mee en dat viel best mee, hoor'. Goed, het viel best mee. Maar vond je het leuk? Was het tof? Enigszins van nut?

Aan de andere kant, letterlijk, wat bezielt iemand om een ander te willen vernederen? Is het omdat het jou ook overkwam? Of is er toch ergens deep inside een pervers alfa-genot aanwezig? In het laatste geval, zou ik psychologisch advies adviseren. In het eerste geval zou ik ervoor pleiten deze rat race te onderbreken. Ergens moet het stoppen. Ergens mogen we gerust eens nadenken over het inslagen van een andere weg. Al was het maar om deze jaarlijkse druk op de schouders van nieuwkomers weg te nemen. Niet minder om écht (jong)volwassen gedrag te stimuleren en om ongelukken te voorkomen.

Wat bezielt ons? Waarom dient iemand zo te worden behandeld? Wat is het nut, de reden, de logica of het belang zulke doop te ondergaan?

De coronacrisis kan een opportuniteit zijn (oeps, er is toch wat corona in deze column geslopen). Het lijkt steeds duidelijker te worden dat een normale opstart van het academiejaar onwaarschijnlijk is. Massabijeenkomsten zonder social distancing zullen uit den boze zijn. Tijd voor creativiteit: laat ons breken met de negatieve spiraal van studentendopen en integendeel werken aan een fantastische verwelkoming, teambuilding, steun en heerlijke introductie van onze nieuwe studenten. Het doopcharter was een begin om de losbandigheden te stoppen. Laat corona - mede als nalatenschap van Sanda Dia - de aanzet zijn voor een nieuw hoofdstuk. Waar de mooiste creatieve en respectvolle traditionele verwelkoming beloond mag worden. Ik droom ervan dat de studentendoop vanaf morgen een mooi feest mag worden, waar ieder met een goede start en een warm hart aan zal mogen terugdenken.

Io vivat, nostrorum sanitas.

Na een lange corona-columnpauze, ben ik maar wat blij dat we weer - heel af en toe - een ander onderwerp kunnen aansnijden. Vandaag verhitten de gemoederen immers niet geheel onterecht vooral over mondmaskers, avondklokken, bubbels en evenementenverbod. Maar intussen gebeuren ook heel wat andere rakende zaken, al dan niet met een coronaverband eromheen. Neem nu de nakende start van het nieuwe academiejaar. Niets zal voorlopig nog zijn wat het was, door de tergende pandemie. Tradities zoals een gezamenlijke verwelkoming, overvolle auditoria door studenten die toch minstens één inleidend lesje willen bijwonen, wilde boekenverkopen en avondlijke rijk gevulde facbars: het zal allemaal niet zo evident zijn, vermoedelijk zelfs onmogelijk. We kijken weliswaar allemaal halsreikend uit naar échte postcoronatijden, maar zullen waarschijnlijk nog wat geduld moeten oefenen voor we dit walhalla zullen bereiken.Eén van die tradities aan het begin van het academiejaar is de studentendoop. Ik krijg deze term amper over mijn lippen zonder er heden een zeker gevoel van onbehagen bij te krijgen. Naar aanleiding van de mogelijke start van het proces tegen de verantwoordelijken voor de verschrikkelijke dood van de zeer beloftevolle sympathieke student Sanda Dia tijdens een studenten 'doopfeest', werd dit bij mij immer aanwezige akelige gevoel intens opgerakeld. Het verdriet van alle betrokkenen is uiteraard immens. Iedereen draagt dit mee en niemand wilde dit (mag ik hopen). Zijn recent in de media beschreven extreme foltering is uiteraard ongeëvenaard. Laat het duidelijk wezen dat dit niet de standaard is van studentikoze doopfeesten.Maar toch.Onze rector refererende, zijn doopfeesten een traditie, bedoeld als verwelkoming in een gemeenschap. Dat is niet anders in een universitaire gemeenschap. Je krijgt ook daar een peter en een meter en moet worden gesteund als nieuwkomer. Deze gedachte staat haaks op wat het heden geworden is. Maar al te vaak zien we vernedering, verspilling, soms gevaarlijk en veelal absurde taferelen van vuile, haast onherkenbare jongvolwassenen die door andere bekladde figuren op onbegrijpelijke respectarme manieren worden aangesproken, of vaker toegeroepen en gemanipuleerd. Wat bezielt ons? Waarom dient iemand zo te worden behandeld? Wat is het nut, de reden, de logica of het belang zulke doop te ondergaan? Ik hoor vele verdedigingen zoals 'ik maakte het ook mee en dat viel best mee, hoor'. Goed, het viel best mee. Maar vond je het leuk? Was het tof? Enigszins van nut?Aan de andere kant, letterlijk, wat bezielt iemand om een ander te willen vernederen? Is het omdat het jou ook overkwam? Of is er toch ergens deep inside een pervers alfa-genot aanwezig? In het laatste geval, zou ik psychologisch advies adviseren. In het eerste geval zou ik ervoor pleiten deze rat race te onderbreken. Ergens moet het stoppen. Ergens mogen we gerust eens nadenken over het inslagen van een andere weg. Al was het maar om deze jaarlijkse druk op de schouders van nieuwkomers weg te nemen. Niet minder om écht (jong)volwassen gedrag te stimuleren en om ongelukken te voorkomen.De coronacrisis kan een opportuniteit zijn (oeps, er is toch wat corona in deze column geslopen). Het lijkt steeds duidelijker te worden dat een normale opstart van het academiejaar onwaarschijnlijk is. Massabijeenkomsten zonder social distancing zullen uit den boze zijn. Tijd voor creativiteit: laat ons breken met de negatieve spiraal van studentendopen en integendeel werken aan een fantastische verwelkoming, teambuilding, steun en heerlijke introductie van onze nieuwe studenten. Het doopcharter was een begin om de losbandigheden te stoppen. Laat corona - mede als nalatenschap van Sanda Dia - de aanzet zijn voor een nieuw hoofdstuk. Waar de mooiste creatieve en respectvolle traditionele verwelkoming beloond mag worden. Ik droom ervan dat de studentendoop vanaf morgen een mooi feest mag worden, waar ieder met een goede start en een warm hart aan zal mogen terugdenken. Io vivat, nostrorum sanitas.