...

Vorige week haalde microbioloog Herman Goossens (UZA) het nieuws met het RAPP-ID-project, een prestigieus internationaal onderzoeksproject met de bedoeling snelle diagnostische tests te ontwikkelen. Die moeten de huisarts in staat stellen een patitenstaal binnen het half uur te analyseren. Goossens is voortrekker en academisch codinator van dit onderzoek, dat op 1 april officieel van start gaat (AK 2146).TestgeschiktheidVolgens Marc Moens wordt de tijdsinvestering door de huisarts in dit soort tests flink onderschat. "We hebben er al andere de kop zien opsteken. Denk maar aan hemoglobine A1c voor de opvolging van diabeten, de Quick tijd voor de opvolging van patiten onder antistollingstherapie, de streptococcus pyogenes antigentest op een keelwisser bij patiten met een vermoeden van bacterie keelontsteking. Geen van alle maakte furore wegens te duur en te arbeidsintensief. In een druk bezette huisartsenpraktijk, die vandaag nog in ruim de helft van de gevallen wordt gevoerd door solisten, lijkt mij dat dus niet realistisch."Daarnaast moet men vanuit het standpunt van evidence-based laboratory medicine uiteraard ook de testgeschiktheid kunnen bewijzen, gaat Moens verder. "Is de test analytisch betrouwbaar? Is hij diagnostisch sterk? Is hij klinisch relevant? Kan hij met andere woorden het acute beleid veranderen - in casu antibioticatoediening of het nodeloos uitvoeren van andere testen vermijden? Is hij dan nog kostenefficit? Pas als die voorwaarden voldaan zijn, kan er een beleidsbeslissing worden genomen."Moens: "Op dit ogenblik is het duidelijk dat van deze technologie in de Point of Care Tests voor microbiologie nog niet veel bewezen kon worden. Integendeel. Daarom gaan de tendensen volledig in de andere richting: automatisatie en schaalvergroting gaan hand in hand met de invoering van spectaculaire nieuwe technologie in de afdelingen microbiologie van de erkende klinsiche laboratoria."Kostenplaatje?In het RAPP-ID-project is er vooral sprake van chiptechnologie. Zullen huisartsen voor deze moleculaire tests dan ook een ISO15189 moeten halen zoals de erkende laboratoria voor klinische biologie, vraagt Moens zich af. Of zal dat niet nodig zijn als de patit zelf deze tests moet betalen? Want over het kostenplaatje wordt niet gerept. "Vandaag zijn deze tests nog erg duur. Hoeveel dergelijke analyses kan je doen voor de kostprijs van pakweg n kilo penicilline of n kilo eerste generatie cefalosporines? En is het mogelijk te besparen door op basis van dure tests - die vandaag hun meerwaarde nog niet hebben kunnen bewijzen - te beslissen om dikwijls goedkope antibiotica al dan niet toe te dienen?"Sneltests hebben vandaag vooral hun plaats in chronic disease management, zoals bijvoorbeeld bij diabetes, vindt Moens. Situaties dus waarin een patit herhaaldelijk dezelfde eenvoudige test bij en voor zichzelf uitvoert, in de toekomst al dan niet draadloos verbonden met een dispatchfunctie bij zijn huisarts of specialist. "Maar dat toepassingsveld ligt vandaag dus nog steeds buiten de microbiologie", besluit Marc Moens.