...

Het was UZ Brussel-CEO prof. Marc Noppen die afgelopen zaterdag het grote debat op het symposium Medische Wereld inleidde. In een vraag aan de zes politieke kopstukken weerklonk zijn bezorgdheid om het gezondheidszorgbeleid in ons land."Die versnippering bemoeilijkt het werk, met het gevaar van minder kwalitatieve zorg", beaamde minister Maggie De Block voor Open VLD. "Zorg moet dicht bij de mensen zijn, op deelstatenniveau", sprak Valerie Van Peel (N-VA) weinig verrassend. Voor haar partij blijft de taalgrens ook de zorggrens. "Taal is belangrijk, maar bepaalt niet alles", vond Peter Mertens (PVDA), terwijl hij zijn rinkelende telefoon uit zijn jas viste - "iemand is het blijkbaar niet met mij eens". Het was Bart De Wever, vertrouwde hij het publiek lachend toe. Volgens Mertens moeten sommige bevoegdheden overigens opnieuw gefederaliseerd worden. Leuk weetje: de PVDA-voorzitter was op het debat exact 18 seconden aan het woord voor de term "kiwimodel" viel.Voor sp.a moet de ziekteverzekering absoluut solidair blijven, stelde Karin Jiroflée, die last minute haar voorzitter John Crombez verving. "In een confederaal model verdwijnt die solidariteit niet", repliceerde Van Peel ietwat geërgerd, "maar je spreekt ze duidelijk af". In eenzelfde adem verwees ze naar de RIZIV-nummers voor studenten geneeskunde. "Je mag blijven denken dat je dit federaal kan oplossen, aan de andere kant blijkt er gewoon een totaal andere visie te zijn."Later in het debat verweet de N-VApolitica minister De Block overigens in dit dossier "te hebben gelost". "Maar dat is niet waar, Nathalie!", sprak een heftige De Block, zich nog niet bewust van haar lapsus. Hilariteit alom in de zaal. "Mevrouw Van Peel", sprak de minister verzoenend.Wat betreft de verdeling van bevoegdheden was de Open VLD-politica overigens formeel: "Er zal altijd samenwerking nodig zijn met de deelstaten, zorg is grensoverschrijdend. In de praktijk is reeds gebleken dat één deel van het land loslaten omdat Vlaanderen het dacht beter te doen, niet zo simpel is. De gehandicaptenzorg is al jaren overgeheveld, en dat is een drama.""Vreest u dat de werkloosheid bij artsen in de toekomst zal toenemen?", luidde een van de poll-vragen en insteken voor het debat. Bianca Debaets (CD&V) leidde het debat algauw richting quota en subquota. "Dé uitdaging voor de volgende legislatuur is om de subquota (de Vlaamse Regering keurde begin april de oprichting goed van een Vlaamse planningscommissie medisch aanbod, nvdr), goed in te vullen", pikte Karin Jiroflée in. "De achilleshiel van de subquota is de loonspanning tussen de verschillende specialismen", verduidelijkte ze.Peter Mertens haakte daarop in om voor een herwaardering van de huisartsgeneeskunde te pleiten. Ten tweede herhaalde hij zijn standpunt dat er een rem moet komen op de toplonen van een zeer beperkte groep van 2.000 specialisten. De stelling dat het "artsen zeker niet allemaal om het geld te doen [is], maar om de intrinsieke waarde van het optreden als geneesheer. Dat moeten we herwaarderen", leverde hem applaus op van de zaal. "Excessen moeten eruit", beaamde prof. Petra De Sutter (Groen), "voor een eerlijkere verloning en een herwaardering van de intellectuele prestaties".Moderator Jan De Meulemeester (VTM Nieuws) stuurde het debat richting het sociaal statuut van artsen in opleiding. Prof. De Sutter vergeleek de situatie nu met "haar tijd" en merkte op dat het statuut al veel verbeterd is, maar dat een volwaardig werknemersstatuut desalniettemin nodig is. Karin Jiroflée maakte zich de bedenking of er onder artsen wel voldoende animo is voor een dergelijk statuut. "Eigenlijk is het geen werknemersstatuut maar een opleidingsstatuut", preciseerde De Block. "Een werknemersstatuut zou betekenen dat zij aan alle sociale takken van de sociale zouden moeten bijdragen. Wie gaat dat betalen? De universiteiten? De stagemeesters?"Als er het meest gedebatteerd werd over de rol van de ziekenfondsen (zie cover), dan was er het minste discussie over de ziekenhuisnetwerken. De voordelen spreken voor zich, het wettelijk kader was nodig en is de verdienste van minister De Block. Maar het is ondertussen wel vijf voor twaalf, weet Bianca Debaets. Wordt de uitvoering nu niet in goede banen geleid, dan is de kans klein dat de vooropgestelde timing van 2020 wordt gehaald. En dat zou een gemiste kans zijn, nog volgens Debaets.Petra De Sutter haakte hierop in door te stellen dat de netwerkvorming van in den beginne wel heel erg aan bottom-upinitiatieven is overgelaten, wat meer sturing was wenselijk. Te meer omdat de geografische aansluiting volgens haar niet overal is ingevuld. Verder merkte De Sutter op dat er, net zoals tussen ziekenfondsen, ook ideologische verschillen zijn tussen ziekenhuizen. "Die mogen in een netwerk absoluut niet de bovenhand nemen." Peter Mertens prees het Iridium-netwerk in Antwerpen als een goed voorbeeld van samenwerking tussen ziekenhuizen en echelonering. "Maar wat wij absoluut niet willen, is concurrentie tussen clusters voor de meest koopkrachtige patiënten. Dat is nu wel zo."