...

In mei vertrekt Dirk Dewolf, administrateur-generaal van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid met pensioen. Een goede aanleiding voor een uitgebreid interview waarin heel wat thema's de revue passeren. Bij wijze van sneak preview kijkt dokter Dewolf terug op de besluitvorming tijdens de corona-crisis. Meer in de papieren Artsenkrant van 20 april."De Vlaamse en federale overheid hebben inderdaad zeer nauw samengewerkt," aldus Dewolf. "De gezondheidsministers hadden binnen de Interministeriële Conferentie Volksgezondheid (IMC) ook regelmatig contact. Dat ging redelijk goed."Twee assenVoor de afscheidnemende topman van de Vlaamse administratie lag het grootste probleem bij de samenwerking tussen de twee 'besluitvormingsassen'. Dirk Dewolf: "Enerzijds had je de as volksgezondheid met de IMC aan de top. Met ook de Risk Management Group (evenzeer met beleidsmensen) en de Risk Assessment Group waarin experten beleidsbeslissingen voor de IMC voorbereiden. Die structuur in tijden van gezondheidscrises kwam er in navolging van WGO-aanbevelingen."Daarnaast was er dan de 'crisis-as' voor het crisisbeleid. Daarbinnen is het nationaal crisiscentrum de spil. "Deze as begon op haar beurt adviesorganen te ontwikkelen," aldus Dewolf. "Op den duur wist je als administratie niet meer wie in godsnaam waarmee bezig was. Wie adviseert over wat? Dat duplicaat van besluitvormingsassen was zeker in het eerste crisisjaar en tijdens de regering van Sophie Wilmès (MR) zeer chaotisch. Zeer chaotisch."MediaVoor dokter Dewolf vormden de 'dubbele assen' een groter probleem dan de verhouding tussen de federale overheid en de deelstaten. "De overheden kenden mekaar en vonden elkaar wel. Maar dan had je dus steeds meer adviesorganen, in de media doken ook telkens nieuwe namen op. Terwijl je niet goed wist hoe die zich tot elkaar verhielden en wie wat besliste met welke adviezen." Volgens Dewolf verbeterde de samenwerking na het aantreden van de federale regering onder leiding van Alexander De Croo (Open VLD) met Frank Vandenbroucke als federaal minister bevoegd voor Volksgezondheid en Annelies Verlinden als minister voor Binnenlandse Zaken. "Tijdens de Vivaldi-regering vonden de federale en de deelstaatregeringen elkaar in het overlegcomité. Dat zorgde voor eenheid van commando. Zo hoort het ook."SuperadministratorWel vindt Dewolf dat de samenstelling van het overlegcomité niet goed zit. "Momenteel maakt Hilde Crevits (CD&V) als vice-ministerpresident er deel van uit. Maar tijdens corona was Wouter Beke (CD&V) er als vakminister bijvoorbeeld niet bij. Ik vind dat de ministers met bevoegdheden waar de crisis om draait ook in een verruimd overlegcomité moeten zitten. Zo heb je een goede eenheidsstructuur om te beslissen." Tot slot wijst Dewolf erop dat de administratie weliswaar maatregelen voorbereidt ("op dat vlak deed Vivaldi het duidelijk beter dan Wilmès") maar dat in een democratie de politieke besluitvorming finaal verantwoordelijk is. "Dit heeft teveel impact op mensenlevens om een soort superadministrator/manager alles op zijn eentje te laten regelen", besluit dokter Dewolf.