...

Volgens de wet van 23 mei 2013 tot regeling van de vereiste kwalificaties om ingrepen van niet-heelkundige esthetische geneeskunde en esthetische heelkunde uit te voeren en tot regeling van de reclame en informatie betreffende die ingrepen, is het elke natuurlijke of rechtspersoon verboden om reclame voor de in artikel 3 van die wet bedoelde ingrepen te verspreiden. Een inbreuk op dit verbod wordt strafbaar gesteld door artikel 22/1 van die wet. Het Hof van Beroep van Brussel oordeelde op 25 mei 2023 dat dit reclameverbod ook van toepassing is op reclame die in België wordt verspreid voor ingrepen die in een ander land worden uitgevoerd met bemiddeling van een Belgische vennootschap. Tegen dit arrest werd een beroep ingesteld bij het Hof van Cassatie omdat de wet van 23 mei 2013 met inbegrip van het daarin opgenomen reclameverbod, slechts van toepassing zou zijn op ingrepen die in België worden uitgevoerd. De esthetische ingrepen (haartransplantaties) die in een Belgische televisie-uitzending aan bod kwamen, hadden evenwel betrekking op ingrepen die in Turkije worden uitgevoerd. En dus zou het arrest van het Hof van Beroep van Brussel de wet foutief hebben toegepast.Bescherming van de volksgezondheidIn zijn arrest verwijst het Hof van Cassatie naar de relevante bepalingen van de wet van 23 mei 2013. Artikel 3 bepaalt dat alleen de in die wet bedoelde beroepsbeoefenaars bevoegd zijn om esthetische heelkunde of niet-heelkundige esthetische geneeskunde uit te voeren en dit alleen binnen de in deze wet vastgelegde bevoegdverklaring. Volgens artikel 2 van die wet wordt onder de 'niet-heelkundige esthetische geneeskunde' verstaan: elke niet-heelkundige technische medische ingreep door middel van om het even welk instrument, chemische stof of hulpmiddel met om het even welke energievorm doorheen de huid of de slijmvliezen waarbij, zonder enig therapeutisch of reconstructief doel, vooral beoogd wordt het lichaamsuiterlijk van een patiënt om esthetische redenen te veranderen. Artikel 2 definieert voorts 'esthetische heelkunde' als elke heelkundige ingreep waarbij, zonder enig therapeutisch of reconstructief doel, vooral beoogd wordt het lichaamsuiterlijk van een patiënt om esthetische redenen te veranderen. Nog volgens het artikel wordt onder 'reclame' verstaan: iedere vorm van op het publiek gerichte mededeling of handeling die rechtstreeks of onrechtstreeks tot doel heeft de in artikel 3 bedoelde ingrepen te bevorderen, ongeacht de daartoe aangewende plaats, drager of aangewende technieken, reality-tv-uitzendingen inbegrepen.Uit de wetsgeschiedenis van de wet van 10 april 2014 houdende diverse bepalingen inzake gezondheid, dat het reclameverbod in de Wet Ingrepen en Reclame Esthetische Genees- en Heelkunde heeft ingevoerd, blijkt volgens het Hof van Cassatie dat de wetgever hiermee in de eerste plaats de volksgezondheid beoogt te beschermen, meer bepaald door de commerciële uitwassen en misbruiken op het vlak van de medische esthetiek te bestrijden en de burgers voor blootstelling aan reclame voor louter esthetische ingrepen te behoeden en de daaruit voortvloeiende medische overconsumptie te bedwingen.Het Hof van Cassatie besluit uit een en ander dat het verbod om reclame te verspreiden met betrekking tot esthetische heelkunde of niet-heelkundige esthetische geneeskunde geldt voor al dergelijke ingrepen ongeacht of die ingrepen in België of in het buitenland worden uitgevoerd.Grondwettelijk HofHet Grondwettelijk Hof oordeelde vroeger al dat 'de beperkingen inzake reclame en praktijkinformatie voor esthetische geneeskunde gelden voor alle in België uitgevoerde ingrepen die onder hun toepassingsgebied vallen, zonder onderscheid wat de nationaliteit van de patiënt of van de arts betreft'. Dit sluit echter niet uit dat deze beperkingen ook gelden voor ingrepen die buiten België werden uitgevoerd, zoals het Hof van Cassatie besliste.