In een uitvoerig arrest heeft de Raad van State de vordering van het Jessa Ziekenhuis tot schorsing van het besluit van de Vlaamse regering tot bepaling van aanvullende programmatienormen voor het gespecialiseerde zorgprogramma 'acute beroertezorg met invasieve procedures' verworpen.
...
Zoals Artsenkrant eerder berichtte, meldde het Staatsblad van 27 maart dat tegen het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 2024 (Staatsblad 31 januari 2024) tot bepaling van aanvullende programmatienormen voor het gespecialiseerde zorgprogramma "acute beroertezorg met invasieve procedures" een beroep tot nietigverklaring met een vordering tot schorsing was ingesteld. Een KB van 20 oktober 2019 tot wijziging van het KB van 16 december 2018 houdende vaststelling van het maximum aantal gespecialiseerde zorgprogramma's "acute beroertezorg met invasieve procedures" beperkt het aantal van dergelijke zorgprogramma's in het Vlaams Gewest tot 7. Tegen dit besluit werd onder meer door het Jessa ziekenhuis een beroep tot vernietiging ingesteld bij de Raad van State. Daarover is nog geen uitspraak gedaan. Op 20 september 2022 werd een KB tot wijziging van onder meer het KB van 16 december 2018 aangenomen waarin het activiteitsniveau en de geografische spreiding van deze zorgprogramma's worden geregeld. Ook tegen dit besluit werd door onder meer het Jessa ziekenhuis een beroep tot vernietiging bij de Raad van State ingesteld. Ook hierover werd nog geen arrest geveld. Niet spoedeisendDe Raad van State kan de schorsing van een besluit slechts bevelen op onder meer de voorwaarde dat de zaak te spoedeisend is voor een behandeling ervan in een beroep tot nietigverklaring. Het Jessa ziekenhuis voerde vooreerst aan dat als het besluit niet zou worden geschorst, haar kans op het verkrijgen van een vergunning/erkenning als S2-centrum op het ogenblik van een uitspraak over de nietigverklaring reeds definitief verloren zou zijn. Maar volgens de Raad van State volstaat het niet te stellen dat de doorlooptijd van een annulatieprocedure te lang duurt of dat het resultaat van een annulatieprocedure niet kan worden afgewacht, om het spoedeisend karakter aan te tonen. Het onherroepelijk schadelijk gevolg dat zou ontstaan wanneer de vernietigingsprocedure moet worden afgewacht volstaat evenmin. Evenmin is er een rechtstreeks causaal verband tussen het aangevochten besluit en het aangevoerde schadelijk gevolg, omdat dit reeds voortvloeit uit het KB van 20 september 2022 zelf. Ook het onherroepelijk karakter van het vermeend schadelijk gevolg van het bestreden besluit wordt door het ziekenhuis niet aannemelijk gemaakt. De omstandigheid dat dit procedurele inspanningen vereist is op zich onvoldoende om het onherroepelijk karakter aan te tonen van het schadelijk gevolg. En evenmin maakt het ziekenhuis aannemelijk dat het niet verkrijgen van een planningsvergunning op zich aanleiding geeft tot onherroepelijke schadelijke gevolgen. Het volstaat immers niet te wijzen op de nadelige gevolgen van het bestreden besluit, zonder aan te tonen dat deze vermeende nadelen van die aard en omvang zijn dat het ziekenhuis ze niet kan lijden totdat over de grond van de zaak uitspraak wordt gedaan. In zoverre het ziekenhuis verwijst naar diverse klachten en mogelijks aansprakelijkheidsclaims waaraan zij zou worden blootgesteld, volstaat de vaststelling dat zij door het louter poneren van deze vermeende nadelen, zonder enige onderbouwde toelichting op generlei wijze de vermeende spoedeisendheid van de voorliggende vordering aannemelijk maakt.