Ik zie mezelf niet werken onder een logge ziekenhuisstructuur die met een resem regeltjes en financiële doelen een deel van mijn geneeskundig werk bepaalt. Het is in die erg ongenuanceerde bewoording dat ik (een deel van) mijn keuze voor huisartsgeneeskunde motiveerde vorig jaar. Mijn toehoorder bekeek bedenkelijk en zei: "Huisartsgeneeskunde heeft daar intussen aardig wat weg van."

En zo geschiedde. "Oh, dokter, ik ben niet ziek hoor. Er moet enkel wat papierwerk gebeuren." Hoeveel patiënten met die boodschap krijgen we dagelijks niet over de vloer? Met als huidige trend: de goedkeuringen voor deelname in een sportclub. En dan spreken we nog niet over de ziekteattesten wanneer patiënten een dag geveld zijn door het covidvaccin.

Wat een opdoffer. De huisartsenpraktijk wordt evengoed gestuurd door regels die je als huisarts niet in de hand hebt. We zijn dan ook de vinger aan de pols van de samenleving, via ons beroep bereik je inderdaad het grootste deel van de bevolking. Maar ik was zo naïef te denken dat ik vooral in contact zou komen met zieke mensen. Niets is minder waar.

Ergens hogerop, waar er attesten verzameld worden, lijkt de essentie van ons beroep verloren te zijn gegaan. Voor mij is die essentie onze medische kennis en vaardigheden. Maar bij het gros van bovenstaande voorbeelden heb ik deze echter niet meer nodig. Mijn administratieve taken lijken van meer waarde te zijn dan de tijd die ik in plaats daarvan in echt zieke patiënten zou kunnen steken.

Wat een opdoffer. De huisartsenpraktijk wordt evengoed gestuurd door regels die je als huisarts niet in de hand hebt

Ik tracht dan maar om het ondertekenen van formulieren aan een preventieconsult te koppelen en zo spoor ik naar hypertensies of vergeten uitstrijkjes. Stuurgroep Kafka van Jong Domus en de jongeren van de drie artsensyndicaten ASGB, VAS en AADM doen het nog beter: ze maakten alvast komaf met de geschiktheidsattesten voor het onderwijs. Dat stemt me hoopvol: een administratieve onnozelheid minder en een extra plekje in de agenda dat vrijkomt voor medische problemen.

Maar het is niet enkel aan onszelf om onze rol als huisarts te blijven waarmaken. Van bovenuit zou de rol van huisarts weer meer medisch geapprecieerd mogen worden. Want momenteel worden we te regelmatig als manusje-van-alles ingezet. En dat demotiveerde mij regelmatig. Ik, die met hart en ziel voor de huisartsenopleiding koos, begon te twijfelen aan mijn specialisatie. De beweegredenen werden omgedraaid. Had ik niet beter gekozen voor een ziekenhuisspecialisatie, die wel nog respect lijkt af te dwingen?

Maar weet u, ik besef zonet dat ik weer met een klaterend toetsenbord mijn beroepsveld aan het verdedigen ben. Dat er collega's op de barricades staan, veldslagen aan het winnen zijn en de juiste prioriteiten voorop zetten. Vanuit het HAIO Overleg Platform proberen wij vanuit de opleiding ons steentje bij te dragen. Het is wel duidelijk dat ik op mijn plek zit.

De auteur schrijft in eigen naam.

Ik zie mezelf niet werken onder een logge ziekenhuisstructuur die met een resem regeltjes en financiële doelen een deel van mijn geneeskundig werk bepaalt. Het is in die erg ongenuanceerde bewoording dat ik (een deel van) mijn keuze voor huisartsgeneeskunde motiveerde vorig jaar. Mijn toehoorder bekeek bedenkelijk en zei: "Huisartsgeneeskunde heeft daar intussen aardig wat weg van." En zo geschiedde. "Oh, dokter, ik ben niet ziek hoor. Er moet enkel wat papierwerk gebeuren." Hoeveel patiënten met die boodschap krijgen we dagelijks niet over de vloer? Met als huidige trend: de goedkeuringen voor deelname in een sportclub. En dan spreken we nog niet over de ziekteattesten wanneer patiënten een dag geveld zijn door het covidvaccin. Wat een opdoffer. De huisartsenpraktijk wordt evengoed gestuurd door regels die je als huisarts niet in de hand hebt. We zijn dan ook de vinger aan de pols van de samenleving, via ons beroep bereik je inderdaad het grootste deel van de bevolking. Maar ik was zo naïef te denken dat ik vooral in contact zou komen met zieke mensen. Niets is minder waar. Ergens hogerop, waar er attesten verzameld worden, lijkt de essentie van ons beroep verloren te zijn gegaan. Voor mij is die essentie onze medische kennis en vaardigheden. Maar bij het gros van bovenstaande voorbeelden heb ik deze echter niet meer nodig. Mijn administratieve taken lijken van meer waarde te zijn dan de tijd die ik in plaats daarvan in echt zieke patiënten zou kunnen steken. Ik tracht dan maar om het ondertekenen van formulieren aan een preventieconsult te koppelen en zo spoor ik naar hypertensies of vergeten uitstrijkjes. Stuurgroep Kafka van Jong Domus en de jongeren van de drie artsensyndicaten ASGB, VAS en AADM doen het nog beter: ze maakten alvast komaf met de geschiktheidsattesten voor het onderwijs. Dat stemt me hoopvol: een administratieve onnozelheid minder en een extra plekje in de agenda dat vrijkomt voor medische problemen. Maar het is niet enkel aan onszelf om onze rol als huisarts te blijven waarmaken. Van bovenuit zou de rol van huisarts weer meer medisch geapprecieerd mogen worden. Want momenteel worden we te regelmatig als manusje-van-alles ingezet. En dat demotiveerde mij regelmatig. Ik, die met hart en ziel voor de huisartsenopleiding koos, begon te twijfelen aan mijn specialisatie. De beweegredenen werden omgedraaid. Had ik niet beter gekozen voor een ziekenhuisspecialisatie, die wel nog respect lijkt af te dwingen? Maar weet u, ik besef zonet dat ik weer met een klaterend toetsenbord mijn beroepsveld aan het verdedigen ben. Dat er collega's op de barricades staan, veldslagen aan het winnen zijn en de juiste prioriteiten voorop zetten. Vanuit het HAIO Overleg Platform proberen wij vanuit de opleiding ons steentje bij te dragen. Het is wel duidelijk dat ik op mijn plek zit.