...

Het rapport is vandaag 21 april publiek gemaakt. Aan de hand van 27 zorgvuldig geselecteerde indicatoren evalueert het de zorg mensen die met een chronische ziekte leven- volgens verschillende dimensies als kwaliteit, continuïteit, toegankelijkheid,... Het vormt een aanvulling op het periodieke performantierapport over de Belgische gezondheidszorg.Om de indicatoren te scoren werd gebruik gemaakt van een combinatie van gegevensbronnen: facturatiegegevens van de ziekenfondsen, de MZG, de Gezondheidsenquête, het Belgisch Kankerregister,... Probleem daarbij was om de groep van patiënten waarover het gaat, telkens af te bakenen. Er is in België geen uniforme definitie van wat een chronische aandoening precies is.KwaliteitGoed nieuws is dat chronische patiënten - en eigenlijk alle patiënten - zeer tevreden zijn over de relatie met hun arts: de tijd die aan hen besteed wordt, de uitleg die ze krijgen, de manier waarop ze worden betrokken bij beslissingen...Maar een aantal maatregelen die genomen zijn om de kwaliteit van de chronische zorg te verbeteren, missen voor een stuk hun doel. In de diabeteszorg, bijvoorbeeld, wordt te weinig gebruik gemaakt van de zorgmodellen die zijn uitgewerkt - vooral dan voor patiënten die nog niet met insuline worden behandeld. Ook maatregelen als het Globaal Medisch Dossier en de referentie-apotheker hebben nog te weinig succes. Het aantal chronische patiënten die een GMD bij de huisarts hebben, is de voorbije jaren niet meer toegenomen.Het aantal 'vermijdbare' ziekenhuisopnamen voor astma en diabetes is verminderd. Die vermijdbare opnamen zouden de doeltreffendheid van de eerstelijnszorg weerspiegelen: minder complicaties waarvoor ziekenhuisopname nodig is, zijn een gunstig teken. Daarentegen stijgt nog het aantal ziekenhuisopnamen voor COPD.BetaalbaarheidDe overheid nam ook een aantal maatregelen om zorg voor chronische patiënten betaalbaar te houden. Het statuut van chronisch zieke geeft patiënten bijvoorbeeld toegang tot een gunstigere toepassing van de maximumfactuur.In hoeverre die maatregelen patiënten effectief beschermen, is evenwel niet duidelijk. Gezinnen van patiënten met een chronische ziekte geven gemiddeld wel minder uit voor gezondheidszorg dan gezinnen in het algemeen. Maar dat is niet alleen te verklaren door de gunstmaatregelen: het blijkt ook dat deze patiënten vaak om financiële redenen zorg uitstellen.Gezinnen met een chronische patiënt worden vaker geconfronteerd met 'catastrofale' uitgaven voor gezondheidszorg (dat is wanneer de eigen bijdragen het financiële vermogen van het gezin met 40% overschrijden).Zorgwekkend is dat veel chronisch patiënten niet op de hoogte zijn van beschermingsmaatregelen waarop ze aanspraak kunnen maken. Meer inspanningen zijn nodig om de mensen proactief te informeren.Preventieve zorgDe performantie van preventieve zorg werd gemeten aan de hand van 3 indicatoren: de griepvaccinatie van ouderen, borstkankerscreening en geregeld contact met een tandarts.De vaccinatiegraad tegen griep ligt hoger bij mensen met een chronische aandoening dan bij anderen, wat op zich goed is. De screening op borstkanker is laag in vergelijking met het Europese gemiddelde. Mensen met een chronische ziekte hebben vaker contact met een tandarts, maar dat neemt af met de leeftijd. Vanaf 18 jaar wordt immers minder tandheelkundige zorg vergoed. Dit soort zorg moet dan ook meer aangemoedigd worden bij ouderen, maar dat gaat eigenlijk op voor alle patiënten en niet alleen voor deze met een chronische ziekte.