...

Aan de hand van een nieuw 'raamwerk' rond open en transparante communicatie na een patiëntveiligheidsincident willen het Vlaams Patiënten- platform (VPP) en het Leuvens Instituut voor Gezondheidszorgbeleid (LIGB KU Leuven) een antwoord bieden op (onder meer) bovenstaande vragen. "In de Belgische en Vlaamse zorg- verlening misten we een nationaal open disclosure-raamwerk, ondersteund door de medische professionele organisaties, patiëntenorganisaties en andere stakeholders", klinkt het bij de auteurs prof. Steven Lierman (LIGB) dr. Wouter Marchand (LIGB, AZ Delta), Jeroen Brouwers en Ilse Weeghmans (VPP) en prof. Kris Vanhaecht (LIGB). Zo'n raamwerk beschrijft hoe je een open disclosure-gesprek over patiëntveiligheidsincidenten (PIV) en de uitwerking van bijhorende procedures kan stimuleren. In het buitenland bestaan er al wel al dergelijke initiatieven, dan wel op nationaal of regionaal niveau. Maar deze kaders klakkeloos kopiëren naar onze contreien, is moeilijk. "Ten eerste gedragen patiënten zich anders in verschillende contexten wat het succes van communicatie beïnvloedt. De tweede reden is dat een open disclosure- gesprek een interpersoonlijke aanpasbaarheid vereist van de zorgverstrekkers en hun instellingen", beschrijven de auteurs van het rapport 'Open disclosure - een raamwerk'. Puntgewijs geeft het raamwerk - niet bindend, maar een richtlijn - een antwoord op volgende vragen: ' Wie betrek je hierbij?', 'Wat zijn de principes van open disclosure?' en 'Hoe verloopt een open disclosure-proces?'.Maar niet zonder eerst te verduide- lijken welke elementen een rol kunnen spelen om te beslissen om al dan niet een open disclosure-proces op te starten ('wanneer wel of niet toepassen?'). Tien uitgewerkte casussen moeten het brede spectrum van patiëntveiligheids- incidenten aantonen, en dat het niet bij in alle gevallen even duidelijk is wanneer de zorgverstrekker een open disclosure-proces moet opstarten. Centraal staat het gesprek ('open disclosure') met de patiënt, maar open disclosure wordt benaderd als een proces. Lees: vanaf het ontstaan van een PIV zijn er meerdere (verplicht) te doorlopen fasen, van de inschatting van het incident, de signalisatie, erkenning en het initieel gesprek; tot de voor- bereiding vóór de communicatie, het gesprek an sich en de voltooiing. "Het belang van de te doorlopen stappen/fases van het open disclosure- proces is afhankelijk van verschillende aspecten. Afhankelijk van het type patiëntveiligheidsincident, van de betrokken partijen, van de onderlinge relatie, etc. kan een bepaalde fase meer of minder inspanningen vragen of zelfs niet dienstig zijn." Aangezien het om een proces gaat, kan het nodig zijn om meerdere af- spraken vast te leggen met de patiënt. Belangrijk is dat de patiënt zo snel mogelijk geïnformeerd wordt, vóór hij/zij zelf het initiatief neemt. Dit kan best gebeuren door de behandelende zorgverstrekker, als deze daartoe in staat is (i.e. second victim). Het ganse proces werd samengevat aan de hand van een stoomdiagram, als "houvast voor de praktijk". De auteurs stelden ook een 'controlelijst' op voor fase drie, de voorbereiding van de communicatie. Wie betrek je bij een open disclosure- proces? (Uiteraard) de patiënt, tenzij hij/zij zich laat bijstaan, vervangen of ondersteunen. Het is belangrijk om vanaf het begin het multidisciplinair team rond de patiënt te betrekken, stellen de auteurs. Tevens belangrijk is dat de behandelende zorgverlener rechtstreeks deelneemt aan het open disclosure-gesprek. De auteurs adviseren om als zorg- verlener steeds een tweede persoon mee te nemen. "Niet om iemand 'in te dekken' maar om ervoor te zorgen dat de juiste informatie en alle informatie gegeven wordt. Deze persoon kan de betrokken zorgverlener ook onder- steunen en het gesprek overnemen indien dit voor de zorgverlener te zwaar wordt." Zorginstellingen kunnen personeel opleiden in dit soort gespreksvoering, klinkt het suggererend. "Dit kan worden versterkt door een centraal trefpunt voor open disclosure, dat instaat voor formele en informele opleidingen, informatie- uitwisseling en coaching." Ook de rol van andere functies en diensten in het proces komt uitvoerig aan bod, zoals de hoofdarts, de verpleegkundig directeur, de ombudsdienst en de dienst kwaliteit. Last but not least beschrijven de auteurs in het rapport tien principes die als leidraad moeten dienen voor een effectief en volledig open disclosure- proces. Het eerste principe is het voorstellen van alle deelnemende actoren aan de patiënt en zijn omgeving met uitleg over hun rol binnen het zorgsysteem. De overige principes zijn erkenning, verontschuldiging en uiten van spijt, waarheidsgetrouwe en dui- delijke communicatie, verwachtingen van de patiënt en verdere planning, professionele ondersteuning, ver- beteren van patiëntveiligheid, systeem- aanpassingen, vertrouwelijkheid en dossiervorming, en continuïteit van zorg. Het raamwerk werd opgesteld in samenwerking met, en onderschreven door stakeholders als Zorgnet-Icuro, NVKVV, Assuralia, VVOVAZ, VVH en Orde der artsen. Het is niet bindend maar een richtlijn. In de eerste plaats richt het kader zich op het proces van open disclosure in zorginstellingen. Maar het kan ook een basis vormen voor zorgverleners die buiten een zorginstelling te maken krijgen met een patiëntveiligheidsincident en een open disclosure-proces willen opstarten, klinkt het. VPP en LIGB sluiten niet uit dat het raamwerk in de toekomst nog uit- gebreid zal worden met andere contexten zoals de eerste lijn.