De publicatie van de resultaten van de ZorgSamen-barometer eerder deze week kwamen niet echt als een verrassing. De Barometer is een initiatief van onder andere Zorgnet-Icuro en het LIGB om de mentale veerkracht van zorgverleners in deze covid-tijden op te volgen.

"Zorgverleners uitgeteld", "de resultaten zijn slechter dan in de eerste piek", "oververmoeid en slaaptekort" "1 op 4 denkt aan stoppen", "hoofdpijn, maagpijn, hartkloppingen en spierpijn".

We ondersteunen het initiatief om de mentale weerbaarheid van zorgverleners te versterken en willen de resultaten noch ontkennen noch minimaliseren, maar enige nuance lijkt ons misschien wel op z'n plaats.

Uiteraard vraagt deze crisis veel van onze mensen. We beleven de grootste gezondheidscrisis sinds de Tweede Wereldoorlog. We werken langer, we werken onder stress, we werken in moeilijkere omstandigheden en we kunnen minder recupereren. Uiteraard doet dat iets met een mens. Dit is geen marathon waarbij je met de vingers in de neus de meet haalt.

Sinds half september is er opnieuw een voelbare dreiging in ons ziekenhuis. Het aantal besmettingen neemt opnieuw toe en in de media neemt het virus elke dag een prominentere plaats in.

Vorige week werd voor het eerst duidelijk dat we als ziekenhuis vrij snel terug naar een andere modus zouden moeten overschakelen. Waar er de eerste weken van september in ons huis een sfeer heerste 'dit hoeft nu echt niet', is die vorige week omgeslagen naar 'we kunnen dit opnieuw met zijn allen aan'. Spontaan hulp bieden vanuit alle disciplines, spontane reorganisatie van artsenwerking, duidelijke communicatie vanuit de organisatie, once again out of the box denken en zo verder!

We houden de vinger aan de pols bij onze medewerkers, niet door een online bevraging maar door op de (verpleeg)eenheden rond te lopen, te observeren, in dialoog te gaan, te laten ventileren en oplossingen te zoeken voor noden. We zien daar tot op de dag van vandaag bijzonder mooie en warme verhalen.

We zien een jonge verpleegkundige met bijzonder veel empathie een gesprek voeren met een verwarde, agressieve patiënt. We horen hoe de zorgondersteuner bij het betreden van de kamer goedemorgen wenst, we merken hoe een verpleegkundige even bij een patiënt gaat zitten en tijd neemt zodat de man, pilletje per pilletje, zelf z'n medicatie kan innemen, hoe een complexe wondzorg schijnbaar moeiteloos maar met veel kennis en kunde wordt aangepakt.

We merken op hoe een administratief medewerker de beperkte bezoekuren toelicht en de familie begripvol is. We zien een verantwoordelijke een rol opnemen aan het roer van de volle covid-afdeling, vol vertrouwen in de multidisciplinaire samenwerking die er ook nu terug is. Professionele, veilige en warme zorg zoals men dit terecht van ons verlangt.

Deze verhalen halen zelden de krantenkoppen. Misschien omdat het maar normaal is, misschien omdat onheilspellende berichten meer gelezen worden.

Welke gemotiveerde 18-jarige of zij-instromer voelt zich nog geroepen om een job in de zorg te overwegen onder de continue stroom van negatieve berichten?

Inmiddels weet iedereen, binnen en buiten de sector, dat waar er met mensen gewerkt wordt er moet geïnvesteerd worden in die mensen. We hebben, nog meer dan vroeger, extra handen aan het bed nodig om de zorg waarvoor we staan ook in de toekomst te kunnen blijven garanderen.

De vraag die zich dan stelt, is hoe we die doelstelling halen.

Enerzijds zijn er de middelen, we denken dat de overheden in dit land het signaal daarover inmiddels wel begrepen hebben. Genoeg studies die aantonen dat we wat patient nurse ratio betreft (het aantal patiënten waar één verpleegkundige verantwoordelijk voor is) aan de Europese staart hangen.

Anderzijds moet je geschikte mensen vinden. Hier wringt het schoentje. Welke gemotiveerde 18-jarige of zij-instromer voelt zich nog geroepen om een job in de zorg te overwegen onder deze continue stroom van negatieve berichten? Het zou bijna voelen als een soort zelfkastijding.

Laat ons de pijnpunten benoemen en oplossingen zoeken maar ook voldoende aandacht hebben voor de mooie kanten van de zorgsector. Wie er aan zou twijfelen of die er wel zijn, nodigen we -na deze tweede golf - graag eens uit om in ons huis rond te lopen.

Petra Archie, CNO

Zorgmanagers az groeninge

Dave Allegaert, manager kwaliteit

De publicatie van de resultaten van de ZorgSamen-barometer eerder deze week kwamen niet echt als een verrassing. De Barometer is een initiatief van onder andere Zorgnet-Icuro en het LIGB om de mentale veerkracht van zorgverleners in deze covid-tijden op te volgen."Zorgverleners uitgeteld", "de resultaten zijn slechter dan in de eerste piek", "oververmoeid en slaaptekort" "1 op 4 denkt aan stoppen", "hoofdpijn, maagpijn, hartkloppingen en spierpijn".We ondersteunen het initiatief om de mentale weerbaarheid van zorgverleners te versterken en willen de resultaten noch ontkennen noch minimaliseren, maar enige nuance lijkt ons misschien wel op z'n plaats.Uiteraard vraagt deze crisis veel van onze mensen. We beleven de grootste gezondheidscrisis sinds de Tweede Wereldoorlog. We werken langer, we werken onder stress, we werken in moeilijkere omstandigheden en we kunnen minder recupereren. Uiteraard doet dat iets met een mens. Dit is geen marathon waarbij je met de vingers in de neus de meet haalt.Sinds half september is er opnieuw een voelbare dreiging in ons ziekenhuis. Het aantal besmettingen neemt opnieuw toe en in de media neemt het virus elke dag een prominentere plaats in. Vorige week werd voor het eerst duidelijk dat we als ziekenhuis vrij snel terug naar een andere modus zouden moeten overschakelen. Waar er de eerste weken van september in ons huis een sfeer heerste 'dit hoeft nu echt niet', is die vorige week omgeslagen naar 'we kunnen dit opnieuw met zijn allen aan'. Spontaan hulp bieden vanuit alle disciplines, spontane reorganisatie van artsenwerking, duidelijke communicatie vanuit de organisatie, once again out of the box denken en zo verder! We houden de vinger aan de pols bij onze medewerkers, niet door een online bevraging maar door op de (verpleeg)eenheden rond te lopen, te observeren, in dialoog te gaan, te laten ventileren en oplossingen te zoeken voor noden. We zien daar tot op de dag van vandaag bijzonder mooie en warme verhalen.We zien een jonge verpleegkundige met bijzonder veel empathie een gesprek voeren met een verwarde, agressieve patiënt. We horen hoe de zorgondersteuner bij het betreden van de kamer goedemorgen wenst, we merken hoe een verpleegkundige even bij een patiënt gaat zitten en tijd neemt zodat de man, pilletje per pilletje, zelf z'n medicatie kan innemen, hoe een complexe wondzorg schijnbaar moeiteloos maar met veel kennis en kunde wordt aangepakt. We merken op hoe een administratief medewerker de beperkte bezoekuren toelicht en de familie begripvol is. We zien een verantwoordelijke een rol opnemen aan het roer van de volle covid-afdeling, vol vertrouwen in de multidisciplinaire samenwerking die er ook nu terug is. Professionele, veilige en warme zorg zoals men dit terecht van ons verlangt. Deze verhalen halen zelden de krantenkoppen. Misschien omdat het maar normaal is, misschien omdat onheilspellende berichten meer gelezen worden.Inmiddels weet iedereen, binnen en buiten de sector, dat waar er met mensen gewerkt wordt er moet geïnvesteerd worden in die mensen. We hebben, nog meer dan vroeger, extra handen aan het bed nodig om de zorg waarvoor we staan ook in de toekomst te kunnen blijven garanderen. De vraag die zich dan stelt, is hoe we die doelstelling halen. Enerzijds zijn er de middelen, we denken dat de overheden in dit land het signaal daarover inmiddels wel begrepen hebben. Genoeg studies die aantonen dat we wat patient nurse ratio betreft (het aantal patiënten waar één verpleegkundige verantwoordelijk voor is) aan de Europese staart hangen.Anderzijds moet je geschikte mensen vinden. Hier wringt het schoentje. Welke gemotiveerde 18-jarige of zij-instromer voelt zich nog geroepen om een job in de zorg te overwegen onder deze continue stroom van negatieve berichten? Het zou bijna voelen als een soort zelfkastijding.Laat ons de pijnpunten benoemen en oplossingen zoeken maar ook voldoende aandacht hebben voor de mooie kanten van de zorgsector. Wie er aan zou twijfelen of die er wel zijn, nodigen we -na deze tweede golf - graag eens uit om in ons huis rond te lopen. Petra Archie, CNO Zorgmanagers az groeningeDave Allegaert, manager kwaliteit