...

Vice-premier en minister van Volksgezondheid Laurette Onkelinx (PS) heeft haar ontwerp van KB inzake erkenning van de homeopathie toegelicht in de Kamer. De minister hanteert daarbij een vijftal principiële uitgangspunten.Wie homeopaat wil worden, moet eerst erkend zijn als arts, tandarts of vroedvrouw. De uitoefening van homeopathie blijft ook voorbehouden aan artsen, tandartsen en vroedvrouwen. Elke homeopaat moet een erkende opleiding hebben gevolgd. Wie die opleiding heeft gevolgd, moet zich laten registeren en moet ook worden erkend door de kamer voor homeopathie. De titel homeopaat kan enkel een aanvulling zijn op de bestaande titel. En voor een homeopaat gelden dezelfde deontologische regels inzake reclame als voor de erkende artsen.Beschermen tegen charlatansDit uitgangspunt van Onkelinx stuitte op nogal wat vragen en bezwaren bij de commissieleden. Zo stelt N-VA kamerlid Reinilde Van Moer dat de drie betrokken beroepsgroepen - artsen, tandartsen en vroedvrouwen - nu al een erkenning hebben om medische daden te stellen en voorschriften te schrijven. "Wat is dan het nut om nog een KB te schrijven om hen toe te laten homeopatisch te werken? Ze mogen dat nu al.""Precies om te verhinderen dat de anderen het doen", reageert Onkelinx, "we moeten de mensen beschermen tegen de charlatans." Waarop Van Moer de zaken omkeert: "Verbiedt dan gewoon dat iedereen die geen arts is zichzelf homeopaat noemt."'Nood aan een regeling'Nog tijdens de commissie stuurden de decanen geneeskunde van de Vlaamse universiteiten een sms naar alle commissieleden dat zij geen opleiding homeopathie kunnen verzorgen omdat er geen wetenschappelijk bewijs is dat homeopathie ook effectief is. Een aantal kamerleden wijzen ook op de onzin van het voorschrijfgedrag. Homeopathische geneesmiddelen zijn vrij te koop. Het heeft dan ook geen zin een titel van homeopathie in te voeren wanneer iedereen zomaar vrij die producten kan kopen.DefensiefOnkelinx was daarbij voor het eerst in het defensief gedrongen. "Ik noteer uw opmerkingen", zei ze "er komt nog een conclusie." Maar later herpakte de minister zich. "Ik moet mij wapenen. Wanneer iemand zich morgen kruidendokter noemt, kan ik daar niets tegen beginnen. We hebben nood aan een regeling."De bal ligt nu in het kamp van minister Onkelinx. Zij moet haar voorstel nu al dan niet aanpassen aan de opmerkingen van de kamerleden.