...

Los van het feit dat we daar als artsen niet persoonlijk van op de hoogte werden gesteld, zijn er alvast enkele lastige problemen met dit nieuwe getuigschrift: 1. De bevolking van België is niet louter op te delen in 'werknemers en werklozen' en 'zelfstandigen'. Mag ik u eraan herinneren dat een kwart van de bevolking minderjarig of student is, en dat deze attesten daar hoegenaamd geen rekening mee houden. 2. Het is voor een arts, zeker indien werkzaam op de spoedgevallendienst, een extra last om voor elke patiënt na te gaan wat zijn/haar status is, en bovendien het beroep na te vragen. Dat is niet onze taak en zorgt slechts voor meer administratieve overlast. 3. U vraagt (aan de patiënt in overleg met de arts) of de arbeidsongeschiktheid het gevolg is van een ongeval, beroepsziekte dan wel een andere ziekte. Dat is helaas in de meerderheid van de gevallen niet zondermeer te bepalen. Ook hier weer: overlast waarvan het nut de meeste artsen zal ontgaan. 4. U vraagt van de arts, afgezien van de terechte start- en stopdatum van de ongeschiktheid, ook nog eens een diagnose, functionele stoornissen en godbetert ook nog eens een ICPC-2 of ICD-10 code. Uiteraard hebt u rekening gehouden met wat dit in de praktijk betekent, en zorgt u bijgevolg voor de geschikte administratieve ondersteuning om dit voor elkaar te krijgen. Net zoals u voor de recent opgelegde registratie van aanmeldingsklacht, comorbiditeiten en dergelijke gedaan heeft. Allemaal leuk voor statistieken, maar ongemeen tijdrovend voor de nu al administratief overbelaste arts, die hier bovendien allemaal nauwelijks het specifiek of algemeen nut van kan inschatten. Het gaat hier niet om 'surveillance', wel om 'nice to know', maar dan wel op de rug van de arts. 5. Dit soort getuigschrift zal op papier meegebracht worden door de patiënt, tenminste dat is wat u verwacht ('Dit getuigschrift gebruikt u bij uw volgende arbeidsongeschiktheid en moet dan binnen de 48 uur via de post teruggestuurd worden aan uw ziekenfonds'). In een tijd waarin iedereen tracht 'paperless' te werken, is dit evident een flinke stap achteruit. Het vraagt van de patiënt zulk document bij zich te hebben (zal helaas vrijwel nooit het geval zijn bij een onverwacht bezoek aan de spoed), én van de arts dat deze dit op papier allemaal invult en aan de patiënt terugbezorgt. Dat strookt hoegenaamd niet met de voortschrijdende informatisering, en zorgt alweer voor administratieve overlast. 6. Tot slot wil u de adviserend geneesheer (sic: men spreekt vandaag van 'artsen') ons ook nog eens via mail of telefonisch laten contacteren. Ook hier staat ongetwijfeld een geschikte en terechte vergoeding tegenover. Sta me toe om al deze redenen uiterst misnoegd te zijn met deze gang van zaken, de contraproductieve achteruitgang in tijd van digitalisering (dit attest is met de beste wil van de wereld niet digitaal uit te werken, zodat alle reeds minstens één maal ingevoerde patiëntgegevens automatisch kunnen overgenomen worden op het attest). Uiteraard is het zinloos om hier als arts, arts-burgerlijke ongehoorzaamheid tegenover aan de dag te leggen, want evident zal daar de patiënt dan de dupe van zijn. Nogmaals worden we als arts gegijzeld op deze manier. Hoewel: er is wel degelijk een alternatief. Ik kan immers als arts een héél eenvoudig attest afleveren, waarop staat vermeld: de naam van de patiënt, de aanvang en vermoedelijke duur van de arbeidsongeschiktheid, mijn naam als arts, adres, Riziv-nummer en handtekening, én de koude nota dat iedereen die dat wil bijkomende informatie kan opvragen - vanwege het beroepsgeheim uiteraard via aangetekende zending - op het vermelde adres. En alle andere gegevens met betrekking tot de patiënt zelf kan u uiteraard bij de patiënt zelf opvragen, rekening houdend met de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Dat is allemaal niet de taak van de arts. Ter herinnering: wij studeerden lang en toegewijd over hoe een aandoening vast te stellen en hoe daaraan te remediëren. Het zou van enig respect getuigen voor de artsen en voor de bevolking wiens gezondheid zij bewaken en verbeteren, dat u die artsen de taak laat uitvoeren die zij het beste beheersen, en dat is niét het invullen van ouderwetse papiertjes boordevol irrelevante informatie, die bovendien hoogstens de arts-patiëntrelatie nog een stukje kunnen bemoeilijken. Met vastberaden groeten, U kan me bereiken via papieren brief: Eeuwlaan 40 - 1850 Grimbergen