Al in 1998 werkte de Vlaamse regering preventieve gezondheidsdoelstellingen uit. Een decreet van 21 november 2003 verankerde die aanpak en in de loop der jaren bouwde het beleid ze verder uit. Vlaanderen heeft nu vijf doelstellingen, te weten 'vaccinaties', 'bevolkingsonderzoeken naar kanker', 'zelfdoding', 'ongevallen in de privésfeer' en 'gezonder leven'.
23 - zegge en schrijve drieëntwintig - jaar later volgt het federale niveau. Niet alles wat we zelf doen, doen we beter maar op dit domein loopt Vlaanderen een heel eind voorop. Het bewijst ten overvloede dat de federale ziekteverzekering met zijn vele overlegorganen, conventies en akkoorden een tanker is die maar moeizaam van richting verandert.
Hoe groter de (financiële) belangen, hoe meer lobby- en drukkingsgroepen, hoe moeilijker veranderen wordt natuurlijk
Ter verontschuldiging: de budgetten in de Vlaamse gezondheidszorg zijn al bij al bescheiden en dat was a fortiori het geval rond de millenniumwissel. De federale ziekteverzekering daarentegen beheert meer dan 30 miljard. Hoe groter de (financiële) belangen, hoe meer lobby- en drukkingsgroepen, hoe moeilijker veranderen wordt natuurlijk.
Het belang van gezondheidsdoelstellingen valt bezwaarlijk te onderschatten. Ze zetten de bakens uit. Wat willen we bereiken? Wat is prioritair?
En ook essentieel: het eindresultaat moet meetbaar zijn. Binnen de vooropgestelde termijn worden doelstellingen gehaald of niet gehaald. Dat is helder. Op voorwaarde dat ze breed gedragen zijn, kan het beleid effectief gezondheidswinst boeken.
Dat de federale overheid daarmee nu eindelijk start, is dus zonder meer positief. Als het ware staat de verhuis van het Riziv symbool voor die nieuwe aanpak. Al een hele tijd is immers een 'redesign' van de administraties in de gezondheidszorg aan de gang. Voor de buitenwereld wordt dat nu concreet: sinds 1 maart huizen het Riziv, Sciensano, FOD Volksgezondheid en het FAGG in hetzelfde gebouw.