We zitten in een nooit geziene gezondheidscrisis die dwingt tot nooit geziene maatregelen. De gezondheid van zoveel mogelijk mensen in stand houden is de opdracht voor iedereen betrokken in de gezondheidszorgsector.

De pandemie tegenhouden is een debat van algemene orde en vraagt moeilijke en dappere beslissingen van iedereen, met de beleidsmakers als aanvoerders. Ik denk niet dat in Aleppo onder de moorddadige bominslagen vaak onderling gekibbeld werd. Laat ons dat ook niet doen!

De gezondheid in stand houden van zoveel mogelijk mensen betekent dat elk kind, volwassene of ouderling de noodzakelijke zorg moet krijgen. Zowel de zorg ter remediëring van onmiddellijk levensbedreigende aandoeningen als het tijdig optreden om onherstelbare schade te voorkomen, vallen onder de noemer 'noodzakelijk'.

Verschillende cardiovasculaire, oncologische en infectieuze aandoeningen zoals een covid-19-besmetting zijn daar een sprekend voorbeeld van. Sommige van deze aandoeningen kunnen in een bepaalde fase dringend te behandelen zijn, andere moeten strikt worden opgevolgd om erger te vermijden.

We worden vandaag geconfronteerd met twee aanvullende, maar gescheiden maatschappelijke uitdagingen met bijhorende verplichtingen.

Ongeacht de ernst van de epidemie, elk ernstig ziektebeeld moet met de juiste graad van urgentie of prioriteit adequaat worden behandeld

In contrast met de maatregelen om de epidemie af te remmen die absolute voorrang moeten hebben in een breed gedragen maatschappelijk kader, is de zorg voor de besmette patiënten nietméér prioritair dan andere noodzakelijke zorg.

Ons prachtig solidariteitsmodel garandeert dat elke burger dezelfde adequate zorg krijgt, ongeacht sociale conditie, geslacht of leeftijd. Ook uit hoofde van deze gelijkheid kan er dus geen verschil zijn in prioriteit op basis van ziektebeelden.

Noodzakelijke zorg impliceert een diagnosestelling of een behandeling die binnen gekende richtlijnen van dringendheid niet kan worden uitgesteld zonder kans op blijvende schade voor de burger die inmiddels patiënt is geworden.

Ongeacht de ernst van de epidemie moeten de voorzieningen erop gericht blijven dat elk ernstig ziektebeeld met de juiste graad van urgentie of prioriteit adequaat wordt behandeld zonder onderscheid. De kinderen, de kankerpatiënten en alle ziekten die blijvende schade kunnen veroorzaken, moeten met dezelfde voorrang een behandeling krijgen. In een oorlogssituatie worden de gekwetsten die terug naar het slagveld kunnen het eerst behandeld. De situatie vandaag wordt graag vergeleken met oorlog, maar dat is ze niet!

Daarom moeten we een verticale lijn trekken. De broodnodige samenlevingsregels om de pandemie in te dijken zijn onontbeerlijk, maar de bescherming van de zwakkere die patiënt is geworden is, is een dogma. In alle beleidsbeslissingen zou men best met deze leidraad rekening houden.

De broodnodige samenlevingsregels om de pandemie in te dijken zijn onontbeerlijk. Maar de bescherming van de zwakkere die patiënt is geworden is, is een dogma

De burger dient de maatregelen van zijn democratisch verkozen vertegenwoordigers op te volgen in vertrouwen. De virologen, epidemiologen en andere wetenschappers die de beleidsmensen adviseren, zijn in deze rol geen zorgverstrekkers, maar bekwame adviseurs aangevuld met vele andere terreinexperten om voor onze samenleving in deze crisis het beste beleid uit te stippelen.

De praktijkzorg in de eerste lijn of in de gespecialiseerde geneeskunde staat daar eigenlijk los van. De te nemen maatregelen in onze ziekenhuisvoorzieningen zijn er uiteraard eerst en vooral om de veiligheid te garanderen van patiënt en zorgverstrekker. Hun opdracht blijft elke zieke die zich aanbiedt en noodzakelijke zorg nodig heeft, doorlopend correct te behandelen met alle beschikbare middelen.

De maatregelen rond de organisatie van de intra- en extramurale gezondheidszorg dienen te worden vastgelegd in een overleg waar artsen, andere zorgverstrekkers en verantwoordelijken voor de ziekenhuizen de hoofdrol spelen en hun verantwoordelijkheid nemen om alle noodzakelijke zorg te blijven organiseren.

Als boodschap aan al de beleidsmensen die momenteel worden afgerekend op eender welke beslissing die zij nemen, kom ik bij een vergelijkingspunt: wij artsen zijn ons professioneel leven lang verplicht het te doen met een inspanningsverbintenis.

De beleidsmakers hebben vandaag hetzelfde probleem; zij kunnen enkel maximaal de noodzakelijke inspanningen leveren. Een resultatenverbintenis is een andere, onmogelijke en onvoorspelbare opdracht!

We zitten in een nooit geziene gezondheidscrisis die dwingt tot nooit geziene maatregelen. De gezondheid van zoveel mogelijk mensen in stand houden is de opdracht voor iedereen betrokken in de gezondheidszorgsector. De pandemie tegenhouden is een debat van algemene orde en vraagt moeilijke en dappere beslissingen van iedereen, met de beleidsmakers als aanvoerders. Ik denk niet dat in Aleppo onder de moorddadige bominslagen vaak onderling gekibbeld werd. Laat ons dat ook niet doen! De gezondheid in stand houden van zoveel mogelijk mensen betekent dat elk kind, volwassene of ouderling de noodzakelijke zorg moet krijgen. Zowel de zorg ter remediëring van onmiddellijk levensbedreigende aandoeningen als het tijdig optreden om onherstelbare schade te voorkomen, vallen onder de noemer 'noodzakelijk'. Verschillende cardiovasculaire, oncologische en infectieuze aandoeningen zoals een covid-19-besmetting zijn daar een sprekend voorbeeld van. Sommige van deze aandoeningen kunnen in een bepaalde fase dringend te behandelen zijn, andere moeten strikt worden opgevolgd om erger te vermijden.We worden vandaag geconfronteerd met twee aanvullende, maar gescheiden maatschappelijke uitdagingen met bijhorende verplichtingen.In contrast met de maatregelen om de epidemie af te remmen die absolute voorrang moeten hebben in een breed gedragen maatschappelijk kader, is de zorg voor de besmette patiënten nietméér prioritair dan andere noodzakelijke zorg. Ons prachtig solidariteitsmodel garandeert dat elke burger dezelfde adequate zorg krijgt, ongeacht sociale conditie, geslacht of leeftijd. Ook uit hoofde van deze gelijkheid kan er dus geen verschil zijn in prioriteit op basis van ziektebeelden. Noodzakelijke zorg impliceert een diagnosestelling of een behandeling die binnen gekende richtlijnen van dringendheid niet kan worden uitgesteld zonder kans op blijvende schade voor de burger die inmiddels patiënt is geworden. Ongeacht de ernst van de epidemie moeten de voorzieningen erop gericht blijven dat elk ernstig ziektebeeld met de juiste graad van urgentie of prioriteit adequaat wordt behandeld zonder onderscheid. De kinderen, de kankerpatiënten en alle ziekten die blijvende schade kunnen veroorzaken, moeten met dezelfde voorrang een behandeling krijgen. In een oorlogssituatie worden de gekwetsten die terug naar het slagveld kunnen het eerst behandeld. De situatie vandaag wordt graag vergeleken met oorlog, maar dat is ze niet!Daarom moeten we een verticale lijn trekken. De broodnodige samenlevingsregels om de pandemie in te dijken zijn onontbeerlijk, maar de bescherming van de zwakkere die patiënt is geworden is, is een dogma. In alle beleidsbeslissingen zou men best met deze leidraad rekening houden.De burger dient de maatregelen van zijn democratisch verkozen vertegenwoordigers op te volgen in vertrouwen. De virologen, epidemiologen en andere wetenschappers die de beleidsmensen adviseren, zijn in deze rol geen zorgverstrekkers, maar bekwame adviseurs aangevuld met vele andere terreinexperten om voor onze samenleving in deze crisis het beste beleid uit te stippelen.De praktijkzorg in de eerste lijn of in de gespecialiseerde geneeskunde staat daar eigenlijk los van. De te nemen maatregelen in onze ziekenhuisvoorzieningen zijn er uiteraard eerst en vooral om de veiligheid te garanderen van patiënt en zorgverstrekker. Hun opdracht blijft elke zieke die zich aanbiedt en noodzakelijke zorg nodig heeft, doorlopend correct te behandelen met alle beschikbare middelen. De maatregelen rond de organisatie van de intra- en extramurale gezondheidszorg dienen te worden vastgelegd in een overleg waar artsen, andere zorgverstrekkers en verantwoordelijken voor de ziekenhuizen de hoofdrol spelen en hun verantwoordelijkheid nemen om alle noodzakelijke zorg te blijven organiseren.Als boodschap aan al de beleidsmensen die momenteel worden afgerekend op eender welke beslissing die zij nemen, kom ik bij een vergelijkingspunt: wij artsen zijn ons professioneel leven lang verplicht het te doen met een inspanningsverbintenis. De beleidsmakers hebben vandaag hetzelfde probleem; zij kunnen enkel maximaal de noodzakelijke inspanningen leveren. Een resultatenverbintenis is een andere, onmogelijke en onvoorspelbare opdracht!