Voor ieder van ons, arts of niet, was 2020 een bijzonder jaar. Sommige mensen hebben er een goede zaak aan gedaan, iedereen heeft er van afgezien en helaas hebben heel wat mensen het met hun leven moeten bekopen.

Dat laatste bevestigde een oversterfte van ruim 15.000 bovenop het jaarlijkse sterftecijfer van 100.000. En dan zouden we heel relativerend kunnen zijn: we gaan tenslotte allemaal dood. Het gaat maar om 15%. Deze mensen zijn gemiddeld 83 jaar, wat sowieso al twee jaar boven onze leeftijdsverwachting ligt.

Of er een ondersterfte zal volgen, valt ten zeerste te betwijfelen gezien dit jaar ook de niet-corona pathologie dreigt toe te nemen - we hebben immers 5.000 minder kankers gediagnosticeerd en hartpatiënten meden massaal de ziekenhuizen. Deze twee aandoeningen nemen sowieso meer dan de helft van de jaarlijkse overlijdens op hun rekening en een laattijdige diagnose en behandeling is nefast voor dat aandeel...

Feit is: we zullen onze wonden nog lang mogen likken, eens het coronakatje gegeseld is. Hopelijk staat ons dat te wachten in 2021. Ik durf het amper nog te hopen of te verklaren. Onze kinderen heb ik lang genoeg mijn amper in te tomen optimisme opgelegd. In februari van vorig jaar zei ik: "Ja, we gaan wat meemaken. Na het massale skitoerisme zullen we prijs hebben na het krokusverlof. Maar het komt wel goed. In maart zei ik: "We zijn in lockdown om de zaak te verhelpen. Maar wees gerust, het komt goed. Geniet van de rustmomenten." En zo ging het maar voort. In de zomer maakten we er het beste van, met mondmaskers en restricties. "Maar wees gerust jongens, het komt goed."

Toen volgden de coronabommen in het najaar, en ik bleef maar stellen dat het goed zou komen. Maar wanneer? Wie weet het. Ik moet nog een beetje van wat overblijft van mijn geloofwaardigheid trachten te behouden tegenover de jeugd. Ooit. Misschien, wie weet het, in 2021 - laat ons dat vooral hopen. En elk lichtpuntje koesteren, zoals het vaccin.

Elk lichtpuntje koesteren, zoals het vaccin

Vandaar mijn nieuwjaarswensen voor 2021 - want soms is hopen het enige waar je nog zelf de hand in hebt:

Twintig twintig was een mooi en rond getal

Maar nu willen toch dat jaar vergeten vooral

Moge twintig eenentwintig een veel beter jaar zijn

Met wat geluk krijgen we dat pokkecoronavirus klein

Onze wensen zijn vandaag eenvoudig en simpel

We willen dat virologen slagen met vlag en wimpel

Met adviezen, vaccin of andere medicijnen

Zodat ze snel weer van het scherm verdwijnen

We wensen immers met hart en ziel

Elk terug te keren naar onze normale stiel

Geen out of the box of telearbeid

Maar vertrouwd werk en verlangde vrijheid

Het zal ons lukken, dat weet ik zeker

Maar niet wanneer, dat is de spelbreker

Geduld en volharding, een mooie deugd

Broodnodig vandaag, ook voor onze jeugd

Bij deze beloof ik heel erg plechtig

Vastberaden maar niet noodzakelijk deftig

Dat volgend jaar deze duivel-doet-al

Bij licht op groen iedereen knuffelen zal

Met of zonder bubbels.

Mijn allerbeste wensen voor 2021 aan de zeer gewaardeerde lezers van Artsenkrant en hun geliefden.

Voor ieder van ons, arts of niet, was 2020 een bijzonder jaar. Sommige mensen hebben er een goede zaak aan gedaan, iedereen heeft er van afgezien en helaas hebben heel wat mensen het met hun leven moeten bekopen. Dat laatste bevestigde een oversterfte van ruim 15.000 bovenop het jaarlijkse sterftecijfer van 100.000. En dan zouden we heel relativerend kunnen zijn: we gaan tenslotte allemaal dood. Het gaat maar om 15%. Deze mensen zijn gemiddeld 83 jaar, wat sowieso al twee jaar boven onze leeftijdsverwachting ligt. Of er een ondersterfte zal volgen, valt ten zeerste te betwijfelen gezien dit jaar ook de niet-corona pathologie dreigt toe te nemen - we hebben immers 5.000 minder kankers gediagnosticeerd en hartpatiënten meden massaal de ziekenhuizen. Deze twee aandoeningen nemen sowieso meer dan de helft van de jaarlijkse overlijdens op hun rekening en een laattijdige diagnose en behandeling is nefast voor dat aandeel...Feit is: we zullen onze wonden nog lang mogen likken, eens het coronakatje gegeseld is. Hopelijk staat ons dat te wachten in 2021. Ik durf het amper nog te hopen of te verklaren. Onze kinderen heb ik lang genoeg mijn amper in te tomen optimisme opgelegd. In februari van vorig jaar zei ik: "Ja, we gaan wat meemaken. Na het massale skitoerisme zullen we prijs hebben na het krokusverlof. Maar het komt wel goed. In maart zei ik: "We zijn in lockdown om de zaak te verhelpen. Maar wees gerust, het komt goed. Geniet van de rustmomenten." En zo ging het maar voort. In de zomer maakten we er het beste van, met mondmaskers en restricties. "Maar wees gerust jongens, het komt goed."Toen volgden de coronabommen in het najaar, en ik bleef maar stellen dat het goed zou komen. Maar wanneer? Wie weet het. Ik moet nog een beetje van wat overblijft van mijn geloofwaardigheid trachten te behouden tegenover de jeugd. Ooit. Misschien, wie weet het, in 2021 - laat ons dat vooral hopen. En elk lichtpuntje koesteren, zoals het vaccin.Vandaar mijn nieuwjaarswensen voor 2021 - want soms is hopen het enige waar je nog zelf de hand in hebt:Twintig twintig was een mooi en rond getalMaar nu willen toch dat jaar vergeten vooralMoge twintig eenentwintig een veel beter jaar zijnMet wat geluk krijgen we dat pokkecoronavirus kleinOnze wensen zijn vandaag eenvoudig en simpelWe willen dat virologen slagen met vlag en wimpelMet adviezen, vaccin of andere medicijnenZodat ze snel weer van het scherm verdwijnenWe wensen immers met hart en zielElk terug te keren naar onze normale stielGeen out of the box of telearbeidMaar vertrouwd werk en verlangde vrijheidHet zal ons lukken, dat weet ik zekerMaar niet wanneer, dat is de spelbrekerGeduld en volharding, een mooie deugdBroodnodig vandaag, ook voor onze jeugdBij deze beloof ik heel erg plechtigVastberaden maar niet noodzakelijk deftigDat volgend jaar deze duivel-doet-alBij licht op groen iedereen knuffelen zal Met of zonder bubbels.Mijn allerbeste wensen voor 2021 aan de zeer gewaardeerde lezers van Artsenkrant en hun geliefden.