...

België hoort bij de koplopers met betrekking tot het aanwenden van diagnosetechnologieën met straling. Een Belg ondergaat gemiddeld 1,5 keer meer straling dan een Fransman, en tot 4 keer meer dan iemand in Nederland of in het Verenigd Koninkrijk.Voor minister Laurette Onkelinx vormt dat in termen van volksgezondheid een echt probleem. De minister heeft op verschillende vlakken ingegrepen, met twee KB's, die door de ministerraad zijn goedgekeurd. De doelstelling is dubbel: de toegediende zorg verbeteren en onnodige blootstelling aan ioniserende stralen vermijden. En dit door te investeren in nieuwe apparatuur, die niet met straling werkt.MRIIn de eerste plaats komt er een uitbreiding van het aantal apparaten voor beeldvorming via magnetische resonantie (MRI). Het is de bedoeling om de blootstelling van patiënten aan straling te verminderen door de onderzoeken met een scanner te verschuiven naar onderzoeken met een MRI. MRI's werken met magnetisme, en niet met straling, en ze zijn dus onschadelijk voor de patiënt. België telt nu 109 erkende MRI-toestellen. Dat aantal dekt de huidige behoeften niet. Een te kleine MRI-capaciteit vormt een reëel risico: vandaag voert men onderzoeken uit met een CT-scanner terwijl een MRI-onderzoek meer aangewezen zou zijn. Het komt bovendien voor dat er daarna toch nog een bijkomend MRI-onderzoek volgt. Buitensporige kosten en onnodige blootstelling van de patiënten aan bestraling zijn daarvan het gevolg.Volgens de deskundigen vereisen 230.000 extra MRI-onderzoeken per jaar en jaarlijks 7.000 onderzoeken per toestel, over een periode van 4 jaar, de plaatsing van 33 extra MRI-toestellen. In de huidige financiële context moet de uitbreiding van het aantal MRI-scanners budgettair neutraal verlopen.In een eerste fase zullen er 12 MRI-toestellen worden geplaatst: 7 in Vlaanderen en 5 in Wallonië. De nieuwe toestellen zullen bij voorkeur worden opgesteld in ziekenhuizen die nog niet over MRI-apparatuur beschikken. Door die uitbreiding zal een deel van de scanneronderzoeken door MRI-onderzoeken kunnen worden vervangen.Een verdere uitbreiding van het aantal MRI-toestellen zal gebeuren in overleg met Belmip en met oog voor de budgettaire aspecten.PETTen tweede komt er een uitbreiding van het aantal PET-scanners (PET staat voor Positron Emmissie Tomografie, nvdr). Door de aanzienlijke uitbreiding van de indicaties, voornamelijk in de oncologie, maar ook in de neurologie, is een uitbreiding van de capaciteit en derhalve van de toegankelijkheid van de PET-toestellen nodig.België telt vandaag 13 erkende PET-centra: 3 in Wallonië, 4 in het Brusselse Gewest en 6 in Vlaanderen. Er werken overigens al jaren centra zonder erkenning.Er worden thans jaarlijks 45.000 PET-onderzoeken uitgevoerd. Het betreft vooral de bronchopulmonaire kankers, lymfomen en de colorectale kankers. Deskundigen schatten dat men in 2020 de capaciteit jaarlijks geleidelijk aan tot 86.000 onderzoeken zal opvoeren.Het vereiste aantal PET-centra werd op 24 vastgelegd: 7 centra in Wallonië, 5 in het Brusselse Gewest en 12 in Vlaanderen. De universitaire centra zullen de mogelijkheid hebben een tweede toestel te plaatsen. De uitbreiding van het aantal PET-scanners zal niet budgettair neutraal zijn, maar zal dankzij de wijziging van de financieringsregels minder kosten. Dit via een akkoord tussen de betrokken partijen bij het RIZIV.Vanaf 2016 zullen er geleidelijk aan 11 nieuwe PET-centra worden opgericht. Ondertussen zal er voor het hele grondgebied een register van medische beeldvormingsapparatuur komen. Ook zullen de financiële regels worden aangepast (honoraria, intellectuele prestaties en werkingskosten).Ten laatste na 7 jaar zal de programmatie aan de hand van de recentste wetenschappelijke gegevens worden geëvalueerd.