De Vlaamse planningscommissie wil het probleem van 'medische onderbezetting' in bepaalde takken van de specialistische geneeskunde oplossen door een hoger aantal opleidingsplaatsen te voorzien. Het bepalen van minima voor knelpuntberoepen, en daardoor op termijn een betere spreiding van het aantal specialisten, zou de medische zorg verbeteren. Maar om een nieuw evenwicht tussen de verschillende specialisaties te krijgen, zijn echter andere fundamentele beleidskeuzes noodzakelijk. En goodwill bij de collega's van de overbevolkte disciplines.

Volwassenenpsychiatrie en kinder- en jeugdpsychiatrie behoren volgens de Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België tot de knelpuntspecialismen. Concreet betekent dit dat er te weinig specialisten zijn die aan de behandelnoden van de bevolking kunnen voldoen. Dit is niet alleen in ons land het geval. Verschillende internationale evidence-based publicaties tonen aan dat het een lang bestaand en blijvend probleem is: te weinig artsen zijn geïnteresseerd om zich in de psychiatrie te vervolmaken.

Psychiatrie is van oudsher een weinig gewaardeerde discipline in het medische werkveld. We moeten vechten tegen het onuitroeibare stigma dat het geen "echte" geneeskunde is. Psychiater Patrick McGorry is een wereldautoriteit op vlak van vroegdetectie, -interventie en behandeling bij adolescenten met psychische problemen. Hij tweette vorige week nog dat hij meer dan 40 jaar geleden koos voor een switch van interne geneeskunde naar psychiatrie. Hij werd overstelpt met adviezen van collega's om daar van af te zien. Maar hij heeft nog geen seconde spijt gehad van zijn besluit. Psychiatrie is een boeiende en nobele tak van de geneeskunde, met veel mogelijkheden om het beroep in te vullen. Behandelingen kunnen acuut, intensief en levensreddend zijn. Psychotherapie is de meest intense interpersoonlijke behandeling denkbaar. Er zijn technologische behandelingen zoals diepe hersenstimulatie en elektroshocktherapie.

Onze collega's zouden de stagairs en co-assistenten ook kunnen enthousiasmeren om eens te gaan kijken in de geestelijke gezondheidszorg

Huisartsgeneeskunde staat op hetzelfde lijstje van knelpuntberoepen. Geheel toevallig is dat natuurlijk niet. Huisartsen en psychiaters behoren tot dezelfde groep van artsen die willen focussen op diepgaand persoonlijk contact met hun patiënten. Ze willen sociale aspecten includeren in het werk. Lichaam en geest beschouwen ze als aanvullende en wederzijds beïnvloedende componenten van de mens als eenheid. Huisartsen hebben een inhaalbeweging gemaakt op vlak van imago en prestige. Stigma over het beroep is er niet of nog nauwelijks. Er zijn meer starters voor de opleiding binnen gehaald, maar toch blijft waakzaamheid geboden. Er is zeker geen overaanbod in de opleiding, noch in het aantal gevestigde huisartsen.

Omdat psychiatrie en huisartsgeneeskunde beiden knelpuntberoepen zijn, kunnen ze elkaar niet depanneren

Omdat psychiatrie en huisartsgeneeskunde beiden knelpuntberoepen zijn, kunnen ze elkaar dus niet depanneren. Huisartsen gaan mogelijke geïnteresseerde studenten de weg naar de psychiatrie niet tonen. Psychiaters doen dit evenmin in de richting van huisartsgeneeskunde. De totale groep van mogelijke kandidaten is namelijk veel te klein. Huisartsen en psychiaters vissen in dezelfde dunbevolkte studentenvijver. Een minimumquotum voor de instroom kandidaat-psychiaters zal hier niets aan veranderen. Als er geen kandidaten zijn, zijn er geen. Verschillende professoren psychiatrie wijzen hiervoor in de richting van de verplichte toelatingsproef voor de start van de opleiding geneeskunde. Er wordt te veel geselecteerd op intelligentie en technisch-wetenschappelijke talenten. De humane en sociale aspecten van de geneeskunde krijgen bij het ingangsexamen geen prioriteit. Maar wellicht kunnen er tijdens de opleiding geneeskunde ook meer inspanningen gedaan worden om de sociale en psychologische aspecten van het vak meer onder de aandacht te brengen. Het gaat tenslotte toch om een groep jonge, geëngageerde, idealistische en ambitieuze mensen, die kritisch kunnen kijken naar de noden op vlak van volksgezondheid.

Geestelijke gezondheidszorg staat al langere tijd om meerdere redenen onder druk. Het aantal patiënten met psychische problemen stijgt wereldwijd. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie gaat het om 14% van de totale ziektelast. De treatment gap was mede daardoor nooit eerder zo groot. Door ondercapaciteit in de geestelijke gezondheidszorg staat de professionals in het werkveld aan de lippen. Wie zich engageert in deze sector, krijgt veel meer vragen tot zorg te verwerken dan hij of zij kan bieden. Om dit te veranderen is het absoluut nodig dat de instroom van kandidaten psychiatrie vergroot.

Om te beginnen zijn er dringend aanpassingen nodig in de aard van de selectieproef. Dit moet op beleidsniveau worden aangepakt. Ook meer aandacht voor sociale en psychologische gezondheidsaspecten in het curriculum geneeskunde kan van bovenaf worden opgelegd. Net als de stringente afspraak over het maximumquotum van kandidaat-specialisten waar nu al een overaanbod voor bestaat. Het zijn deze mensen die op termijn te weinig werk zullen hebben om kwaliteitsvolle geneeskunde te bieden. Het tegendeel van wat de Vlaamse Planningscommissie met hun voorstel beoogt.

Ook meer aandacht voor sociale en psychologische gezondheidsaspecten in het curriculum geneeskunde kan van bovenaf worden opgelegd

Maar ook specialisten binnen de 'overbevolkte'disciplines zouden inspanningen kunnen doen om de scheef getrokken verhoudingen recht te trekken. Door de spoeddiensten en het afdelingswerk, dat grotendeels door assistenten wordt gedaan, anders te organiseren. De nood aan assistenten zal vervolgens beduidend afnemen.

Onze collega's zouden de stagairs en co-assistenten ook kunnen enthousiasmeren om eens te gaan kijken in de geestelijke gezondheidszorg. Louter ter kennismaking. Om te zien wat er in deze sector allemaal mogelijk is. Het zal een aangename verrassing zijn.

De Vlaamse planningscommissie wil het probleem van 'medische onderbezetting' in bepaalde takken van de specialistische geneeskunde oplossen door een hoger aantal opleidingsplaatsen te voorzien. Het bepalen van minima voor knelpuntberoepen, en daardoor op termijn een betere spreiding van het aantal specialisten, zou de medische zorg verbeteren. Maar om een nieuw evenwicht tussen de verschillende specialisaties te krijgen, zijn echter andere fundamentele beleidskeuzes noodzakelijk. En goodwill bij de collega's van de overbevolkte disciplines. Volwassenenpsychiatrie en kinder- en jeugdpsychiatrie behoren volgens de Koninklijke Academie voor Geneeskunde van België tot de knelpuntspecialismen. Concreet betekent dit dat er te weinig specialisten zijn die aan de behandelnoden van de bevolking kunnen voldoen. Dit is niet alleen in ons land het geval. Verschillende internationale evidence-based publicaties tonen aan dat het een lang bestaand en blijvend probleem is: te weinig artsen zijn geïnteresseerd om zich in de psychiatrie te vervolmaken.Psychiatrie is van oudsher een weinig gewaardeerde discipline in het medische werkveld. We moeten vechten tegen het onuitroeibare stigma dat het geen "echte" geneeskunde is. Psychiater Patrick McGorry is een wereldautoriteit op vlak van vroegdetectie, -interventie en behandeling bij adolescenten met psychische problemen. Hij tweette vorige week nog dat hij meer dan 40 jaar geleden koos voor een switch van interne geneeskunde naar psychiatrie. Hij werd overstelpt met adviezen van collega's om daar van af te zien. Maar hij heeft nog geen seconde spijt gehad van zijn besluit. Psychiatrie is een boeiende en nobele tak van de geneeskunde, met veel mogelijkheden om het beroep in te vullen. Behandelingen kunnen acuut, intensief en levensreddend zijn. Psychotherapie is de meest intense interpersoonlijke behandeling denkbaar. Er zijn technologische behandelingen zoals diepe hersenstimulatie en elektroshocktherapie. Huisartsgeneeskunde staat op hetzelfde lijstje van knelpuntberoepen. Geheel toevallig is dat natuurlijk niet. Huisartsen en psychiaters behoren tot dezelfde groep van artsen die willen focussen op diepgaand persoonlijk contact met hun patiënten. Ze willen sociale aspecten includeren in het werk. Lichaam en geest beschouwen ze als aanvullende en wederzijds beïnvloedende componenten van de mens als eenheid. Huisartsen hebben een inhaalbeweging gemaakt op vlak van imago en prestige. Stigma over het beroep is er niet of nog nauwelijks. Er zijn meer starters voor de opleiding binnen gehaald, maar toch blijft waakzaamheid geboden. Er is zeker geen overaanbod in de opleiding, noch in het aantal gevestigde huisartsen. Omdat psychiatrie en huisartsgeneeskunde beiden knelpuntberoepen zijn, kunnen ze elkaar dus niet depanneren. Huisartsen gaan mogelijke geïnteresseerde studenten de weg naar de psychiatrie niet tonen. Psychiaters doen dit evenmin in de richting van huisartsgeneeskunde. De totale groep van mogelijke kandidaten is namelijk veel te klein. Huisartsen en psychiaters vissen in dezelfde dunbevolkte studentenvijver. Een minimumquotum voor de instroom kandidaat-psychiaters zal hier niets aan veranderen. Als er geen kandidaten zijn, zijn er geen. Verschillende professoren psychiatrie wijzen hiervoor in de richting van de verplichte toelatingsproef voor de start van de opleiding geneeskunde. Er wordt te veel geselecteerd op intelligentie en technisch-wetenschappelijke talenten. De humane en sociale aspecten van de geneeskunde krijgen bij het ingangsexamen geen prioriteit. Maar wellicht kunnen er tijdens de opleiding geneeskunde ook meer inspanningen gedaan worden om de sociale en psychologische aspecten van het vak meer onder de aandacht te brengen. Het gaat tenslotte toch om een groep jonge, geëngageerde, idealistische en ambitieuze mensen, die kritisch kunnen kijken naar de noden op vlak van volksgezondheid. Geestelijke gezondheidszorg staat al langere tijd om meerdere redenen onder druk. Het aantal patiënten met psychische problemen stijgt wereldwijd. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie gaat het om 14% van de totale ziektelast. De treatment gap was mede daardoor nooit eerder zo groot. Door ondercapaciteit in de geestelijke gezondheidszorg staat de professionals in het werkveld aan de lippen. Wie zich engageert in deze sector, krijgt veel meer vragen tot zorg te verwerken dan hij of zij kan bieden. Om dit te veranderen is het absoluut nodig dat de instroom van kandidaten psychiatrie vergroot. Om te beginnen zijn er dringend aanpassingen nodig in de aard van de selectieproef. Dit moet op beleidsniveau worden aangepakt. Ook meer aandacht voor sociale en psychologische gezondheidsaspecten in het curriculum geneeskunde kan van bovenaf worden opgelegd. Net als de stringente afspraak over het maximumquotum van kandidaat-specialisten waar nu al een overaanbod voor bestaat. Het zijn deze mensen die op termijn te weinig werk zullen hebben om kwaliteitsvolle geneeskunde te bieden. Het tegendeel van wat de Vlaamse Planningscommissie met hun voorstel beoogt.Maar ook specialisten binnen de 'overbevolkte'disciplines zouden inspanningen kunnen doen om de scheef getrokken verhoudingen recht te trekken. Door de spoeddiensten en het afdelingswerk, dat grotendeels door assistenten wordt gedaan, anders te organiseren. De nood aan assistenten zal vervolgens beduidend afnemen. Onze collega's zouden de stagairs en co-assistenten ook kunnen enthousiasmeren om eens te gaan kijken in de geestelijke gezondheidszorg. Louter ter kennismaking. Om te zien wat er in deze sector allemaal mogelijk is. Het zal een aangename verrassing zijn.