...

Dat blijkt uit een CM-studie bij 7.600 beroepsactieve vrouwen tussen 20 en 64 jaar die te horen kregen dat ze borstkanker hadden. Het ziekenfonds ging na of ze in de twee jaar na de diagnose een ziekte-uitkering kregen. Volgens de CM is het een primeur dat gegevens over gezondheid en arbeidsongeschiktheid gekoppeld worden.Het onderzoek toont aan dat een kwart van de vrouwen geen ziekte-uitkering ontving de eerste twee maand na het ontdekken van de kanker. Volgens de CM impliceert dit niet automatisch dat ze nooit thuisbleven. "Maar dat zal alleszins nooit langer geweest zijn dan de periode van het gewaarborgd loon betaald door de werkgever," aldus CM-voorzitter Luc Van Gorp.Van de vrouwen die wel een ziekte-uitkering ontvingen, was twee derde binnen de twee jaar na de diagnose vol- of deeltijds terug aan het werk of werkloos. Gemiddeld ontvingen ze een jaar lang een uitkering, 26% is langer dan twee jaar arbeidsongeschikt en 123 vrouwen (2%) overleden.Leeftijd is een belangrijke factor in de kans op werkhervatting. Hoe jonger, hoe meer kans. En arbeiders gaan minder vaak terug aan de slag dan bedienden. Dat houdt wellicht vooral verband met de hogere fysieke belasting en de beperktere mogelijkheden op aangepast werk. Zelfstandigen zijn minder vaak arbeidsongeschikt dan loontrekkenden. Maar als ze arbeidsongeschikt zijn, dan blijven zelfstandigen langer arbeidsongeschikt.Uiteraard speelt ook de zwaarte van de diagnose een rol. Hoe zwaarder, hoe kleiner de kans op een werkhervatting. Met een diagnose in stadium I is meer dan drie op vier vrouwen binnen de twee jaar terug actief. In stadium IV is dat slechts een kwart. En ook blijkt dat wie geen chemo krijgt meer kans maakt om het werk te hervatten. Idem voor vrouwen die eerst een heelkundige ingreep ondergingen en daarna een ondersteunende behandeling.De studie leert voorzitter Van Gorp dat ook langdurig zieken graag opnieuw aan de slag gaan. "Een stok achter de deur is dus niet nodig. Als gezondheidsfonds blijven we ons verzetten tegen sancties voor langdurig zieken", zo luidt het. De CM wil inzetten op coaching en ziet daarin een rol weggelegd voor de arbeidsgeneesheer, de behandelende arts en de arts van het ziekenfonds. "Want wie het werk wil hervatten, moet daartoe de mogelijkheden krijgen," besluit Luc Van Gorp.