Het is ons opgevallen dat er zich in de Belgische ziekenhuizen sinds de lockdown veel minder patiënten met acute appendicitis aanbieden op de spoedgevallen en, meer verontrustend, dat een abnormaal groot deel van hen zich presenteert met een peritonitis, een plastron of een abces.

De acute appendicitis is de meest frequente abdominale chirurgische urgentie, met een incidentie van 150 nieuwe gevallen/100.000 inwoners/jaar in West- Europa. Minder dan 20% van de gevallen is bij presentatie geperforeerd. Dit gebeurt in de regel snel, binnen de 48 uur door stijging van de intraluminele druk en ischemie van de appendiculaire wand. Dit leidt in het beste geval tot een plastron al dan niet gevolgd door een abces, en in het slechtste geval tot een vrije perforatie met een peritonitis.

Vertraging in diagnose en therapie heeft slechts zelden een effect op de incidentie van perforaties, maar wel op de klinische consequenties van de perforatie, op de kans op complicaties, de hospitalisatieduur en de mortaliteit.

We vrezen dat de huidige coronacrisis leidt tot gevaarlijke vertragingen in diagnose en behandeling van acute appendicitis

Het feit dat de meeste gevallen niet perforeren reflecteert zich in het feit dat conservatieve therapie in veel gevallen werkt. Omdat het onvoorspelbaar is wie wel en wie niet zal perforeren vormt de appendectomie echter de hoeksteen van de behandeling. Dit maakt de appendectomie de meest uitgevoerde (ca. 15.000/jaar) dringende abdominale ingreep in België. De ingreep wordt in de regel laparoscopisch uitgevoerd en is meestal gemakkelijk. Het ziekenhuisverblijf is kort en de kans op ernstige verwikkelingen zeer klein, tenzij in geperforeerde gevallen.

Cijfers over acute appendicitis hebben we nog niet, maar bij elke abdominaal chirurg die we erover aangesproken hebben, heerst de perceptie dat er zich overal minder patiënten aanbieden en dat het percentage verwikkelde gevallen veel groter is.

We vermoeden dat dit te wijten is aan twee factoren:

  • 'Covid-angst' van patiënten wat hen ervan weerhoudt zich aan te melden in een ziekenhuis, voor welk probleem dan ook;
  • Het frequent voorkomen van abdominale klachten bij Covid-19 patiënten, wat een eventuele appendicitis kan maskeren en adequate behandeling kan vertragen.

We vrezen dat de huidige coronacrisis op deze manier leidt tot gevaarlijke vertragingen in diagnose en behandeling. In het geval van appendicitis is dat bijzonder schrijnend; bij vaak jonge patiënten wordt een meestal banaal probleem tot een potentiële catastrofe omgevormd met mogelijk zelfs fatale gevolgen. Daarom roepen we op om niet alle gevallen van koorts en buikpijn te categoriseren als Covid-19. Bij twijfel dienen patiënten nog steeds naar de spoedgevallen te worden gestuurd.

Jammer genoeg geldt dit overigens niet alleen voor de acute appendicitis; veel andere dringende problemen vinden blijkbaar moeilijk hun weg naar de spoedgevallen, zowel heelkundige als niet-heelkundige.

Op dit moment is ons hele gezondheidssysteem volkomen terecht gefocust op de opvang en behandeling van Covid-19. Dit mag er echter niet toe leiden dat andere dringende pathologie uit het oog verloren wordt.

Het is ons opgevallen dat er zich in de Belgische ziekenhuizen sinds de lockdown veel minder patiënten met acute appendicitis aanbieden op de spoedgevallen en, meer verontrustend, dat een abnormaal groot deel van hen zich presenteert met een peritonitis, een plastron of een abces.De acute appendicitis is de meest frequente abdominale chirurgische urgentie, met een incidentie van 150 nieuwe gevallen/100.000 inwoners/jaar in West- Europa. Minder dan 20% van de gevallen is bij presentatie geperforeerd. Dit gebeurt in de regel snel, binnen de 48 uur door stijging van de intraluminele druk en ischemie van de appendiculaire wand. Dit leidt in het beste geval tot een plastron al dan niet gevolgd door een abces, en in het slechtste geval tot een vrije perforatie met een peritonitis. Vertraging in diagnose en therapie heeft slechts zelden een effect op de incidentie van perforaties, maar wel op de klinische consequenties van de perforatie, op de kans op complicaties, de hospitalisatieduur en de mortaliteit.Het feit dat de meeste gevallen niet perforeren reflecteert zich in het feit dat conservatieve therapie in veel gevallen werkt. Omdat het onvoorspelbaar is wie wel en wie niet zal perforeren vormt de appendectomie echter de hoeksteen van de behandeling. Dit maakt de appendectomie de meest uitgevoerde (ca. 15.000/jaar) dringende abdominale ingreep in België. De ingreep wordt in de regel laparoscopisch uitgevoerd en is meestal gemakkelijk. Het ziekenhuisverblijf is kort en de kans op ernstige verwikkelingen zeer klein, tenzij in geperforeerde gevallen.Cijfers over acute appendicitis hebben we nog niet, maar bij elke abdominaal chirurg die we erover aangesproken hebben, heerst de perceptie dat er zich overal minder patiënten aanbieden en dat het percentage verwikkelde gevallen veel groter is.We vermoeden dat dit te wijten is aan twee factoren:We vrezen dat de huidige coronacrisis op deze manier leidt tot gevaarlijke vertragingen in diagnose en behandeling. In het geval van appendicitis is dat bijzonder schrijnend; bij vaak jonge patiënten wordt een meestal banaal probleem tot een potentiële catastrofe omgevormd met mogelijk zelfs fatale gevolgen. Daarom roepen we op om niet alle gevallen van koorts en buikpijn te categoriseren als Covid-19. Bij twijfel dienen patiënten nog steeds naar de spoedgevallen te worden gestuurd.Jammer genoeg geldt dit overigens niet alleen voor de acute appendicitis; veel andere dringende problemen vinden blijkbaar moeilijk hun weg naar de spoedgevallen, zowel heelkundige als niet-heelkundige. Op dit moment is ons hele gezondheidssysteem volkomen terecht gefocust op de opvang en behandeling van Covid-19. Dit mag er echter niet toe leiden dat andere dringende pathologie uit het oog verloren wordt.