...

Een heuptas met kunstaas en een kleine sportieve hengel, meer heeft dr. Sammy Huygens, tweedejaars interne geneeskunde in het AZ Sint-Jan, niet nodig om te kunnen vissen. We spreken elkaar aan het Houtdok in de buurt van de Dampoort in Gent, waar hij gedurende het interview overigens niets zal vangen. Hij had er vooraf op gewezen. "Op water waar er veel gevist wordt, gaat de vangst na een tijdje achteruit. Vis die al te veel aas heeft gezien, wordt weigerachtig. Vissers spreken dan van 'dressuur'. We hebben nog meegemaakt dat er op de Damse vaart een gigantische snoek achter onze boot twee, drie minuten mee zwom, maar het niet vertrouwde en weer verdween." De meest gestelde vraag van passanten is wellicht of u al iets gevangen heeft?Ja, en dan antwoord ik eerlijk, behalve als ze het op een te bijdehante toon vragen, dan noem ik mijn eerdere recordvangsten ( lacht). Maar de vraag die je ook altijd en overal krijgt, is: 'Zit er hier vis?!' De mensen moesten eens weten waar er overal vis zit! De kwaliteit van het water is echt wel verbeterd. Op sommige plaatsen is ze zelfs zo goed dat vissen moeilijk wordt omdat de vis de lijn te gemakkelijk ziet. Eet u wat u vangt op, of gooit u het terug?Neen, ik gooi ze zo snel mogelijk terug. Een bevriende collega-arts heeft zijn eindwerk gemaakt over de maximaal tolereerbare dosis van zware metalen in vissen. Ik denk dat je van zelf gevangen snoekbaars maar een gram per dag mocht eten of je overschreed de maximale hoeveelheid arseen al. Ik pak de vis alleen mee als hij niet meer kan leven. Als je een vis van grote diepte ophaalt en zijn blaas zwelt op, dan kan hij daarna niet meer zwemmen. Als reanimeren niet meer lukt - soms sta je ze minutenlang boven en onder water te duwen - dan moet je ze de genadeslag geven. Maar ik hou daar wel een schuldgevoel aan over. U vist op roofvissen. Waarom die soort?Toen ik begon te studeren in Gent ben ik daar op overgeschakeld omdat ik mijn visbak niet meer kon meepakken en in het weekend had ik te weinig tijd. Roofvissen vangen, kan je altijd en overal. Ik nam zelfs mijn hengel mee naar de les om tijdens de springuren even te kunnen hengelen. Op den duur wordt het een kick om een beet te voelen van een roofvis. Je voelt die kracht tot in je schouder. Je weet ook nooit wat er onder water zit. Dat mysterie trekt aan. Ik probeer een paar keer per week te vissen, ook al is het maar een uurtje. Na het werk stop ik vaak even langs het water. Heeft u dat nodig om te ontspannen?Eigenlijk niet, want ik ben niet stressgevoelig ( lacht). Het is meer de drang om te weten waar er vis zit. Ik ben er dagelijks mee bezig. Voor ik start met werken, surf ik naar een website van vismateriaal. Ik heb al twee jaar niets gekocht, maar ik móet daar gewoon eens naar kijken. In het AZ Sint-Jan is er een vijver, en als we buiten zitten om te eten, is mijn hoofd meestal naar daar gedraaid. Het is een passie en een verslaving. Onderweg naar huis kom ik veel langs water, dus dan denk je de hele tijd: waar zou er nu een baarsje zitten? Zou het vandaag de dag zijn dat ik een grote vang? Je vraagt je voortdurend af: hoe diep is het, hoe zit de stroming, de wind, waar gooi ik mijn lijn het beste? Je ziet plantjes waar kleine visjes opspringen. Daar is leven, dus daar kunnen er roofvissen rondhangen. Maar als je weet dat er even verder een put is van een meter diep, weet je ook dat een snoekbaars daar graag op de stenen ligt. Dus je bent continu aan het nadenken. Het lijkt wel een computerspel.Het ultieme computerspel is actief vissen op meerval in een belly boat met een sonar. Dat is super verslavend. Meerval begint meer en meer op te komen in Vlaanderen. Vooral in de Maas zit het er vol van. Je vist met een bal vol wormen die je in de kegel van je sonar presenteert, waardoor je ook je lood en de vis ziet. Met een klonk - een soort houten staaf - klop je in het water. Dat veroorzaakt een luchtbel en een geluid dat de meerval aantrekt. Om de zoveel tijd zie je een vis naar die wormen stijgen. Je speelt dan echt een spel waarbij de bal en de vis wat lager en wat hoger bewegen tot je contact voelt. Dan moet je op het juiste moment met je volle kracht de haak 'zetten' en als je een grote beet hebt, wordt het een potje touwtrekken. Mijn persoonlijk record is een meerval van 1,57 meter en 40 kilo. De 'drill' van die vis heeft een kwartier geduurd. Mijn spieren raakten op het einde volledig verzuurd. Je wil het dan niet door iemand anders laten overnemen, natuurlijk niet, dus ik moest doorbijten. Mijn vroegere fitness kwam van pas ( lacht). Als je een keer zo'n vis gevangen hebt, ben je verslaafd. Maar dat lukt niet altijd, natuurlijk. Als het lang geleden is dat ik iets gevangen heb, ga ik soms bijna hersenloos even op grondels vissen, omdat je die heel gemakkelijk aan de haak kan slaan. Gewoon, om de nul van het blad te hebben. Dus je moet dankbaar zijn voor elk klein visje dat je kan vangen. Dat is bijna een levensles voor iedereen.