...

Een forse uithaal van huisarts Rufij Baeke, aan het einde van het debat, richtte de neuzen naar de huisartsen. "Jaren geleden was een huisarts nog iemand naar wie werd opgekeken. Maar nu blijft daar niets meer van over. Huisartsen zijn het kneusje van de gezondheidszorg", aldus dr. Baeke. "We worden langs alle kanten gepasseerd en het kan allemaal niet snel genoeg gaan. Mensen verkiezen dikwijls de spoed en de specialist bovenop de huisarts, terwijl het de huisarts is die de eerste lijn bewaakt. Jullie politici hebben jaren niets gedaan voor ons."EerstelijnszorgMaar daar waren de politici in het panel, zijnde de partijvoorzitters Wouter Beke (CD&V), Bruno Tobback (sp.a), Wouter Van Besien (Groen) en de gezondheidszorgspecialisten senator-dokter Louis Ide (N-VA) en Europarlementslid Philippe De Backer (Open VLD) het toch niet mee eens."Toen mijn vader vele jaren geleden begon als huisarts, moest hij het 100% hebben van zijn eigen prestaties. Ook mijn zus is nu huisarts en zij moet niet langer alleen op prestaties overleven", aldus Beke. "De huisarts is belangrijk, hij is de deurwachter van de gezondheidszorg."Wel was iedereen het er over eens dat de eerstelijnszorg moet worden versterkt. Van Besien heeft het dan over meer wijkgezondheidscentra en groepspraktijken, terwijl De Backer meent dat informatisering, met één centraal dossier veel kan oplossen. "Zo kunnen bijvoorbeeld dubbele onderzoeken worden vermeden."Ook ging tijdens het debat veel aandacht naar ziekenhuisfinanciering, ziekteverzekering, zorgverzekering en wachtlijsten in de zorg voor personen met een handicap. U leest er alles over in Artsenkrant van vrijdag 28 maart.