...

Rijden met een voertuig is een complexe bezigheid waarbij concentratie, inschattingsvermogen en zelfcontrole een grote rol spelen. Fouten van de bestuurder of andere weggebruikers kunnen ernstige gevolgen hebben. Het is dan ook niet verwonderlijk dat veel weggebruikers in bepaalde situaties stress en angst ervaren, zegt verkeerspyscholoog Ludo Kluppels van Vias institute. Maar als deze gevoelens zo sterk en vaak aanwezig zijn dat het normale handelen verstoord wordt, moeten we er iets aan doen.Rijangst is in feite een onderdeel van de normale fight-or-flight-reactie in stressvolle situaties. Afhankelijk van de omstandigheden en persoonlijkheid zal men in de tegenaanval gaan, of op de vlucht slaan, legt Kluppels uit. In het verkeer manifesteert de fight-reactie zich in de vorm van asociaal of agressief rijgedrag zoals toeteren, bumperkleven, of de pas afsnijden. In uitzonderlijke situaties komt het tot echte verkeersagressie ( road rage). Maar ook de flight-reactie komt voor: mensen voelen zich angstig en proberen het verkeer op allerlei manieren te vermijden. Men spreekt dan van amaxofobie of rijangst.Rijangst kan allerlei vormen en oorzaken hebben, weet Kluppels. Een belangrijke oorzaak is een trauma na een ongeval dat men heeft meegemaakt of zien gebeuren. "Uit studies blijkt dat meer dan een kwart van ernstig gewonde slachtoffers tot vijf jaar na het ongeval nog met psychische problemen kampt. Opvallend is dat personen die de schuld van het ongeval volledig bij de andere partij leggen, het meest blijven kampen met dit psychisch onwelbevinden", zegt Kluppels.Ook een gebrek aan ervaring kan tot rijangst leiden. Oudere bestuurders die hier last van hebben, gaan vanzelf minder rijden. Volgens Kluppels komt deze vorm van rijangst iets vaker voor bij vrouwen, die (zeker in het verleden) vaker passagier dan bestuurder zijn en zo minder ervaring opdoen.Een andere oorzaak is een naderende burn-out of een meer globale overbelasting. "Autorijden wordt dan ervaren als iets beklemmends en men wil vooral uit de drukte blijven. Men gaat omwegen maken om stressvolle verkeerssituaties te vermijden, maar zonder dat dit echt stressverlagend werkt. Men maakt zich dan weer zorgen over het tijdsverlies en zo ontstaat een vicieuze cirkel", legt Kluppels uit.Een andere vorm van rijangst heeft het karakter van een fobie en is vaak gefocust op specifieke situaties zoals tunnels, bruggen, grote kruispunten, autosnelwegen, ... Zo'n fobie kan zelfversterkend werken, zegt Kluppels. "Na enige tijd treedt er zoiets op als 'de angst voor de angst'. Men vreest dat men tijdens de rit een angstaanval zal krijgen en die vrees is op zich al zo sterk dat het onmogelijk wordt om zich nog in het verkeer te begeven."Ten slotte hebben sommige bestuurders faalangst om in een verkeerssituatie de foute beslissing te nemen. "Dit zien we soms bij erg perfectionist ingestelde personen. Ze worden erg onzeker in beslissingssituaties zoals invoegen of inhalen," zegt Kluppels. Dat uit zich dan in een aarzelend en verkrampt rijgedrag.Als rijangst verlammend werkt en het normale functioneren belemmert, dient het aangepakt te worden. Een aantal rijschoolinstructeurs is opgeleid om mensen met rijangst te helpen. "Belangrijk is dat men voor iedere persoon een specifieke aanpak gebruikt en niet zomaar een standaardprocedure toepast", zegt Kluppels. "De verschillende vormen van rijangst vragen om een specifieke aanpak." Hoe meer de rijangst is ingebakken in een breder psychologisch probleem zoals een burn-out of fobie, hoe meer gespecialiseerd de aanpak moet zijn. In die gevallen wordt best een psycholoog of therapeutisch geschoold persoon mee ingeschakeld.Een sterk verlammende angst komt vaak voort uit een verkeerde manier van denken. Methoden uit de cognitieve gedragstherapie kunnen helpen om anders te gaan denken en zo de angst te verminderen of weg te nemen.Vaak wordt het advies gegeven om zoveel mogelijk met de auto te rijden om zelf- zekerheid en vertrouwen op te bouwen. Ook na een traumatische gebeurtenis geeft men vaak de raad om zo snel mogelijk weer in de auto te stappen. Voor mensen die al in sterke mate onzeker en angstig zijn, is dat niet voldoende, stelt Kluppels. "Een van de grootste denkfouten die we geregeld maken, is de ' confirmation bias': we trachten onze eigen ideeën te bevestigen door een selectie te maken uit alle info en alzo onze eigen overtuiging te staven."Bij onzekere personen kan dat ertoe leiden dat ze zich focussen op wat er mis kan gaan en te weinig aandacht geven aan wat goed gaat. Als een rit perfect verloopt, wijten ze dat aan toeval, of aan de voorzichtigheid van andere weggebruikers. Ze onderschatten dus hun eigen rijvaardigheid, wat hun onzekerheid alleen maar versterkt. Deze personen moeten leren om anders over zichzelf en hun vaardigheden te gaan denken, besluit Ludo Kluppels.