De Hoge Gezondheidsraad formuleerde aanbevelingen voor de preventie en de bestrijding van Q-koorts in ons land.
...
Q- koorts of coxiellose is een zoose veroorzaakt door de bacterie Coxiella burnetii, een gramnegatieve coccobacil die zich obligaat intracellulair ontwikkelt. De ziekte wordt zelden in Belgigerapporteerd, maar sinds 2007 deden er zich talrijke gevallen voor in de omgeving van grote geitenhouderijen in Nederland. De aanbevelingen van de HGR voor ons land zijn louter preventief.SymptomenQ- koorts is een beroepsziekte die in de eerste plaats personen treft die in rechtstreeks contact staan met dieren of besmette dierlijke weefsels (veehouders, boeren, dierenartsen, slachthuispersoneel, leerlooiers,...). De ziekte komt ook voor bij bevolkingsgroepen die rechtstreeks of onrechtstreeks op het platteland blootgesteld worden (buren van een houderij, groen toerisme,...). De incubatieperiode bedraagt gewoonlijk twee drie weken, tot hooguit zes weken. De acute symptomen zijn zeer wisselend. De meeste besmette personen zullen geen of weinig symptomen vertonen (60%). Veertig procent van de primo-infecties is symptomatisch in de vorm van een griepaal syndroom (koorts, hoofdpijn, spierpijn). Complicaties zijn pneumopathie (eerder van atypische aard) en/of hepatitis (meestal zonder geelzucht). De koorts blijft gewoonlijk n tot twee weken aanhouden. De infectie leidt tot een levenslange immunisatie. Wanneer de bacterie in het bloed terechtkomt, kunnen alle organen worden besmet, met andere klinische beelden tot gevolg: cardiale (pericarditis/myocarditis, 1%) of neurologische (meningo-encephalitis <1%) symptomen en verwikkelingen bij zwangerschap (foetusdood, miskraam).RisicogroepenVijf procent van de symptomatische patiten moet in het ziekenhuis worden opgenomen. De infectie is in 1 tot 2 % van de gevallen dodelijk. Wanneer het immuunstelsel niet in staat is om de besmetting te beheersen, ontwikkelt er zich een chronische vorm. Meestal gaat het om een endocarditis (> 60% van de gevallen, zelden met weefselwoekering, maar vooral met symptomen van chronische infectie en evolutieve klepinsufficitie) of een infectie van een vaatprothese. De chronische vormen komen voor bij personen met bepaalde risicofactoren: patiten met cardiale valvulopathie of vaatproblemen, immuungedeprimeerden door een behandeling of een chronische pathologie, zwangere vrouwen. De behandeling met antibiotica kan de duur van de symptomatische periode en het aantal verwikkelingen verlagen. De keuzebehandeling voor pneumopathie en hepatitis is n keer per dag 200 mg doxycycline gedurende 15 tot 21 dagen. Bij intolerantie aan of contra-indicatie van doxycycline wordt moxifloxacine voorgeschreven rato van 400 mg n keer per dag gedurende twee weken. Ernstige en chronische gevallen moeten in het ziekenhuis worden opgenomen. PreventieRisicopersonen moeten vermijden om bij geboortes van dieren aanwezig te zijn; met een pasgeboren zoogdier in contact te komen; met wild om te gaan; kwekerijen en kinderboerderijen te bezoeken; plaatsen waar leder, bont, wol bewerkt wordt te bezoeken; ongekookte melk en producten op basis daarvan te consumeren. Zij dienen hun huisarts te raadplegen bij koorts of andere symptomen, onder andere als ze nauwe contacten met herkauwers hebben gehad. U dient ze op de hoogte te brengen van de risico's van Q- koorts. Aan veehouders wordt aanbevolen om hun huisarts sneller dan gewoonlijk te raadplegen bij het voorkomen van griepsymptomen om zo de diagnose van Q-koorts uit te sluiten. Alle gevallen van Q-koorts bij de mens moeten aan de geneesheer-inspecteur van de Gemeenschappen worden aangegeven met het oog op de opsporing van de besmettingsbron. Besmette personen zijn zelf niet besmettelijk en dienen niet geoleerd te worden.