...

Sinds juli 2014 verschuift een pak bevoegdheden inzake gezondheidszorg van het federale naar het gemeenschapsniveau. Denk maar aan de ziekenhuisnormen, een deel van de eerste lijn (de kringen en de huisartsenwachtdiensten), de erkenning van artsen, de woon- en zorgcentra, enzovoort. In totaal gaat het om een bedrag van liefst vier miljard euro.Hoe kijken artsen tegen al die wijzigingen aan? Het MediStrat-onderzoek bij 91 huisartsen en 30 specialisten aan de hand van individuele interviews levert opvallende, maar niet echt nieuwe vaststellingen op.- 80% van de artsen is met een score van minstens 8/10 erg tevreden in de uitoefening van hun beroep.- Meer dan één huisarts op de twee 2 (56%) denkt dat de centrale rol van de huisarts aan belang zal verliezen door de regionalisering.- Tot de top 3 van de problemen en frustraties van de huisartsen behoren de administratieve rompslomp (67%), het gebrek aan tijd en de grote workload (58%) en het gedrag van de patiënten (41%).- De komende vijf jaar zal de organisatie van de praktijk verandere, vinden de ondervraagde huisartsen: meer groepspraktijken, meer ondersteuning (administratief en verpleegkundig), betere organisatie van de wachtdienst, minder collega's, minder huisbezoeken, alle raadplegingen op afspraak, langere raadplegingen voor oudere patiënten.- De huisartsen vrezen dat er de komende vijf jaar vaker en strikter zal worden gecontroleerd en dat hun therapeutische vrijheid zal worden ingeperkt.- De belangrijkste informatiebronnen voor de huisartsen blijven de wetenschappelijke literatuur en vakbladen (70%), internet (bijvoorbeeld via het BCFI, 59%), de medisch vertegenwoordigers en de farmaceutische firma's (51%), de universiteit en de navorming (28%).- 63% van de artsen vindt dat de farma-industrie een ondersteunende rol kan spelen bij de aanpak van oudere patiënten door de huisarts.Een uitgebreide analyse van het onderzoek leest u aanstaande vrijdag in Artsenkrant.