...

De wetenschappers hebben daartoe gebruik gemaakt van optogenetica. Ze hebben een optische vezel ingeplant in een bepaalde streek van de hersenen van de ratten. Met het licht dat de vezel opwekt, konden ze de synapsen en dus het contact tussen twee neuronen manipuleren. Ze stuurden tegelijkertijd een lichtprikkel naar de amygdala, een zone in de hersenen die belangrijk is voor het conditioneren van angst, en veroorzaakten een elektrische ontlading in de poot van de knaagdieren. De ratten gingen de lichtprikkel associëren met angst voor de ontlading. Dr. Roberto Malinow et al. hebben ontdekt dat ze de angst van de knaagdieren konden beïnvloeden door de frequentie van de lichtprikkel te wijzigen. Bij een lage frequentie verdween de herinnering aan de ontlading, maar bij een hoge frequentie werden ze weer bang om geëlektrocuteerd te worden. Een analyse van de chemische veranderingen in de gemanipuleerde synapsen bevestigde dat het inderdaad mogelijk is de synapsen te versterken en te verzwakken. Die indrukwekkende resultaten vormen een belangrijke stap voorwaarts bij het begrijpen van angststoornissen of stoornissen van de cognitieve functies. Misschien zullen ze ons ook een beter inzicht geven in de ziekte van Alzheimer. (referentie: Nature, 2 juni 2014, DOI:10.1038/nature.2014.15330)