Door de wet van 2002 betreffende euthanasie heeft de overheid de bevoegdheid over medische ethiek en deontologie naar zich toegetrokken. Sedertdien hebben heel wat artsen die wet toegepast. Het was immers volgens de Nationale Raad van de Orde van de Geneesheren (nu Orde der artsen, nvdr) een democratisch gestemde wet. Hierbij ontwijken we best de discussie over de term 'democratie, maar vallen we wel in de Nürembergse discussie: staat de wet boven ethiek?

Hoe dan ook, het was - zoals alle wetten in ons land trouwens - een politiek gestemde wet.

De vraag stelt zich bijgevolg of het nog zin heeft debatavonden te organiseren over medische ethiek. Bestaat er nog een specifiek 'medische' ethiek? Vooral wanneer in de accreditering het woord 'ethiek' in één adem met 'economie' uitgesproken wordt. Indien we ons erbij neerleggen dat de overheid onze ethiek definieert dan lijkt op eerste zicht elke bezinning erover nutteloos, dan behouden we best enkel de economie voor debatavonden en laten we uitsluitend juristen en economisten aan het woord.

De euthanasiewet is echter niet zoals een wegcode opgesteld. Een wegcode die zich zou beperken tot 'overdreven snelheid' zonder die duidelijk te bepalen en waarbij je zelf je 'overdreven snelheid' bij een evaluatiecommissie moet aangeven, zou immers op dezelfde leest geschoeid zijn als de huidige euthanasiewetgeving, maar zou vermoedelijk door de Raad van State teruggefloten worden.

Begrippen vervat in de wet, zoals "ongeneeslijk", "medisch uitzichtloos", "externe druk" of "handelingsbekwaam" of nog de "onafhankelijkheid van de tweede arts" worden niet nader omschreven. Over de interpretatie van die termen is een ethische reflectie zeker op zijn plaats, vooral bij euthanasie om psychische redenen.

In welke mate is een patiënt in zwaar psychisch lijden nog in staat om te weerstaan aan externe druk? Wanneer wordt psychisch lijden ongeneeslijk verklaard? Is het aangewezen de huisarts erbij te betrekken? Waar begint en eindigt de 'onafhankelijkheid' van de tweede en derde arts?

Een debatavond organiseren met als thema "Euthanasie bij psychisch lijden" leek de Koninklijke Geneesheren Vereniging van Oostende zeker aangewezen. Op 30 september (20u30) zullen professor Paul Cosyns, voorzitter van het Belgisch Raadgevend comité voor Bio-ethiek en professor Willem Lemmens, gewoon hoogleraar moderne filosofie en ethiek, departement Wijsbegeerte Universiteit Antwerpen, met elkaar en met de zaal in debat gaan in het Thermae Palace Hotel (Zaal Fabiola) te Oostende. Accreditering werd toegekend. Ingang is gratis.

Door de wet van 2002 betreffende euthanasie heeft de overheid de bevoegdheid over medische ethiek en deontologie naar zich toegetrokken. Sedertdien hebben heel wat artsen die wet toegepast. Het was immers volgens de Nationale Raad van de Orde van de Geneesheren (nu Orde der artsen, nvdr) een democratisch gestemde wet. Hierbij ontwijken we best de discussie over de term 'democratie, maar vallen we wel in de Nürembergse discussie: staat de wet boven ethiek? Hoe dan ook, het was - zoals alle wetten in ons land trouwens - een politiek gestemde wet. De vraag stelt zich bijgevolg of het nog zin heeft debatavonden te organiseren over medische ethiek. Bestaat er nog een specifiek 'medische' ethiek? Vooral wanneer in de accreditering het woord 'ethiek' in één adem met 'economie' uitgesproken wordt. Indien we ons erbij neerleggen dat de overheid onze ethiek definieert dan lijkt op eerste zicht elke bezinning erover nutteloos, dan behouden we best enkel de economie voor debatavonden en laten we uitsluitend juristen en economisten aan het woord. De euthanasiewet is echter niet zoals een wegcode opgesteld. Een wegcode die zich zou beperken tot 'overdreven snelheid' zonder die duidelijk te bepalen en waarbij je zelf je 'overdreven snelheid' bij een evaluatiecommissie moet aangeven, zou immers op dezelfde leest geschoeid zijn als de huidige euthanasiewetgeving, maar zou vermoedelijk door de Raad van State teruggefloten worden. Begrippen vervat in de wet, zoals "ongeneeslijk", "medisch uitzichtloos", "externe druk" of "handelingsbekwaam" of nog de "onafhankelijkheid van de tweede arts" worden niet nader omschreven. Over de interpretatie van die termen is een ethische reflectie zeker op zijn plaats, vooral bij euthanasie om psychische redenen. In welke mate is een patiënt in zwaar psychisch lijden nog in staat om te weerstaan aan externe druk? Wanneer wordt psychisch lijden ongeneeslijk verklaard? Is het aangewezen de huisarts erbij te betrekken? Waar begint en eindigt de 'onafhankelijkheid' van de tweede en derde arts? Een debatavond organiseren met als thema "Euthanasie bij psychisch lijden" leek de Koninklijke Geneesheren Vereniging van Oostende zeker aangewezen. Op 30 september (20u30) zullen professor Paul Cosyns, voorzitter van het Belgisch Raadgevend comité voor Bio-ethiek en professor Willem Lemmens, gewoon hoogleraar moderne filosofie en ethiek, departement Wijsbegeerte Universiteit Antwerpen, met elkaar en met de zaal in debat gaan in het Thermae Palace Hotel (Zaal Fabiola) te Oostende. Accreditering werd toegekend. Ingang is gratis.