Je hoort zowel huisartsen als patiënten steen en been klagen: de ene over werkdruk, de andere over patiëntenstops en de snelheid van de toegang tot zorg. De Standaard berichtte over de tekorten aan huisartsen in sommige gemeenten. Negen huisartsen per 10.000 inwoners, dat is de norm om het comfortabel te houden. Is dat zo?
First things first. De klachten van zowel huisartsen als patiënten zijn reëel en dienen met de nodige ernst behandeld worden. De redenen zijn gekend: je huisarts is een vertrouwenspersoon die je je leven lang opvolgt in een breder gamma aan problemen dan enkel puur medische zaken. Je huisarts is een gids doorheen een resem aan behandelopties en het complexe, gefragmenteerde zorgaanbod. Een vaste huisarts is een baken, zonder loop je er wat verloren bij.
Maar is er ook écht een tekort aan huisartsen? Gemiddeld telt België 12 huisartsen per 10.000 inwoners. Het aantal huisartsen in ons land stijgt bovendien en volgt de trends van andere vergrijzende landen.
Meer zelfs: het aantal huisartsen was nooit zo hoog. Het gemiddelde verhult grote regionale verschillen waar vooral het platteland en de kust onder lijden. Bovendien is de zorgvraag van de vele gepensioneerden aan de kust niet enkel groter, maar ook complexer.
OESO-cijfers tonen dat andere landen de zorg bolwerken met slechts de helft van het aantal huisartsen: Zweden voelt zich comfortabel met 6 huisartsen per 10.000 inwoners. Denemarken raakt rond met 8 huisartsen voor evenveel inwoners. Ook hier spelen gemiddelden: de geografische en demografische spreiding is in deze landen erg groot.
Ondanks de veel lagere aantallen krijgen huisartsen in Zweden en Denemarken een heel erg belangrijke rol. Net als bij ons.
Zweden en Denemarken zetten de huisartsen anders in. In Scandinavische landen is de kloof tussen eerste lijn (de basiszorg) en de tweede lijn (meer gespecialiseerde zorg) erg klein. Zorgverleners werken er meer dan bij ons samen in één zorghub.
Zorghubs brengen de huisarts samen met specialisten, je ziet er verpleegkundigen en apothekers naadloos schakelen tussen preventie, ambulante en chronische zorg. Niet het onderscheid tussen basis en gespecialiseerd staat er centraal, wel de samenwerking in een en hetzelfde zorgmodel.
Er zijn voldoende huisartsen om de zorg ook morgen te garanderen. Scandinavische landen gingen ons voor
De zorghubs in Scandinavië bestaan zowel in bakstenen als digitaal. Digitale zorghubs zijn er goed ingeburgerd: in Finland levert Mehilainen de klok rond digitale gezondheidszorg en rekent daarvoor niets extra aan. Je kan er terecht voor al je voorschriften, testresultaten of gezondheidsvoorlichting. 24/7 online raadpleging, dat spreekt. Met uitstekende resultaten: 92% van de gebruikers raadt Mehilainen aan. Het is er de grootste zorgverlener.
Zowel De OECD als WHO Europa stellen dat digitale zorg een essentieel onderdeel van gezondheidszorg wordt. Kan dat ook in Vlaanderen? Ja!
Onze huisartsen zijn op veel vlakken sterk gedigitaliseerd. Ja! Ook onze patiënten of hun mantelzorgers zijn sterk gedigitaliseerd volgens de laatste IMEC digimeter. Ja, maar! Niet iedereen voelt zich even veilig en vertrouwd met digitale zorg.
De huisarts blijkt wel digitaal verbonden, maar houdt weinig digitale raadplegingen. Sterker, we hinken achterop volgens de OESO.
Bij artsen en hun verenigingen bestaat er nog veel terughoudendheid tegenover het potentieel van digitale gezondheidszorg. Ondanks de druk op de artsen worden dergelijke systemen nog vaak gezien als concurrentie en niet als hulpmiddel.
Toepassingen zoals Doktr, zouden we nochtans meer kunnen inzetten om de huidige, lokale en acute zorgnoden digitaal te ondersteunen door middel van videoconsultaties met de vaste huisarts én beschikbare artsen om waar nodig de druk op te vangen en te verdelen. Patiënten uit gemeenten of gebieden met een tekort aan artsen kunnen op die manier toch terecht.
Rest nog: de centen. Niemand in de Vlaamse zorg heeft voldoende middelen om te investeren in digitale zorg. De huisarts verdient te weinig, de ziekenhuizen en woonzorgcentra maken veel te weinig winst om voluit te digitaliseren.
En er zijn de kleine lettertjes die maken dat je een digitale raadpleging bij je vaste huisarts grotendeels terugbetaald krijgt, maar een digitale raadpleging bij een andere huisarts bijna volledig zelf dient te betalen.
Wat ben je daarmee als je in een regio woont met een patiëntenstop? Beter zou zijn: even inbellen met een huisarts die wel ruimte heeft.
We hoeven helemaal geen tekort aan huisartsen te ervaren. Er zijn voldoende huisartsen om de zorg ook morgen te garanderen. Scandinavische landen gingen ons voor en toonden dat je met het goed inzetten digitale tools een heel eind verder geraakt zonder in te boeten aan patiëntenervaringen. IN Misschien is meer huisartsen niet beter.