"U krijgt de komende tijd mogelijk te maken met situaties die u niet gewoon bent. Een goede communicatie kan een groot verschil maken op moeilijke momenten", zo begint het document. Het is een initiatief van de End-of-Life Care Research Group van de VUB en UGent, in samenwerking met experts uit verschillende sectoren zoals thuiszorg, ziekenhuizen en woonzorgcentra.

De onderzoeksgroep vertaalde de tool die het Center to Advance Palliative Care (CAPC, New York) opstelde ter ondersteuning van zorgverleners in de communicatie met hun patiënten en naasten tijdens de Covid-19-crisis, en paste deze aan de Vlaamse context aan.

Concreet gaat het om een aantal gespreksstrategieën - wat u bv. als zorgverlener kan zeggen/antwoorden wanneer een patiënt een bepaalde vraag stelt - voor verschillende situaties, zoals:

• Screening - Wanneer iemand vermoedt geïnfecteerd te zijn ('Waarom testen ze niet iedereen?'; 'Waarom duurt het testen zo lang?'; ...);

Voorkeuren - Wanneer iemand niet naar het ziekenhuis wil ('Ik merk dat het op medisch vlak niet goed met mij gaat, zelfs zonder dit nieuwe virus. Laat mij dus maar gewoon thuis/in dit woonzorgcentrum'; 'Ik wil niet eindigen als een plant, terwijl ik in leven gehouden word aan een machine'; ... )

Triage - Wanneer u moet beslissen waar een patiënt heen moet ('Waarom mag ik niet gewoon naar het ziekenhuis?')

• Opname - Wanneer uw patiënt naar het ziekenhuis of intensieve zorg moet ('Hoe slecht is mijn situatie?'; 'Gaat mijn grootouder het redden?'; ...)

• Begeleiding - Wanneer het 'omgaan met' (coping) een boost nodig heeft, of emoties hoog oplopen ('Ik zie het allemaal niet meer zitten; Jullie zijn onbekwaam!'; ...)

• Beslissen - Wanneer de dingen niet zo goed gaan, zorgdoelen, code status ('Ik wil elke mogelijke behandeling. Ik wil leven'; 'Ik ben onzeker over wat mijn naaste (de patiënt) gewild zou hebben. Dat hebben we nooit besproken'; ...)

• Beperkte middelen - Wanneer de nood ervoor zorgt dat je keuzes moet maken ('Waarom kan mijn (groot)ouder/partner/ik niet naar intensieve zorg?'; 'Discrimineer je ten opzichte van mijn naaste omdat hij/zij oud is?'; ...)

• Op de hoogte brengen - Wanneer u iemand telefonisch inlicht.

Anticiperen en rouw

In het document hebben de onderzoekers ook aandacht voor situaties/gedachten die betrekking hebben op de zorgverlener zelf, bv. wanneer u zich zorgen maakt over wat zal gebeuren (bv. 'Ik werk de hele dag met mensen die besmet zijn en ik heb schrik dat ik dit doorgeef aan mijn omgeving'; 'Ik ben bang om opgebrand te geraken'; ...).

Of, wanneer er iemand gestorven is (bv. 'Ik had deze persoon moeten redden'; 'Ik kan niet geloven dat we niet het juiste materiaal hebben hoe gemeen deze persoon tegen mij deed/hoe alles wat ik doe precies verkeerd gaat'; ...).

Net zoals bij de vragen van patiënten, reiken de onderzoekers in een overzichtelijke tabel telkens opties aan m.b.t. hoe u kan reageren.

U kan het document hier downloaden.

"U krijgt de komende tijd mogelijk te maken met situaties die u niet gewoon bent. Een goede communicatie kan een groot verschil maken op moeilijke momenten", zo begint het document. Het is een initiatief van de End-of-Life Care Research Group van de VUB en UGent, in samenwerking met experts uit verschillende sectoren zoals thuiszorg, ziekenhuizen en woonzorgcentra.De onderzoeksgroep vertaalde de tool die het Center to Advance Palliative Care (CAPC, New York) opstelde ter ondersteuning van zorgverleners in de communicatie met hun patiënten en naasten tijdens de Covid-19-crisis, en paste deze aan de Vlaamse context aan. Concreet gaat het om een aantal gespreksstrategieën - wat u bv. als zorgverlener kan zeggen/antwoorden wanneer een patiënt een bepaalde vraag stelt - voor verschillende situaties, zoals: • Screening - Wanneer iemand vermoedt geïnfecteerd te zijn ('Waarom testen ze niet iedereen?'; 'Waarom duurt het testen zo lang?'; ...); • Voorkeuren - Wanneer iemand niet naar het ziekenhuis wil ('Ik merk dat het op medisch vlak niet goed met mij gaat, zelfs zonder dit nieuwe virus. Laat mij dus maar gewoon thuis/in dit woonzorgcentrum'; 'Ik wil niet eindigen als een plant, terwijl ik in leven gehouden word aan een machine'; ... )• Triage - Wanneer u moet beslissen waar een patiënt heen moet ('Waarom mag ik niet gewoon naar het ziekenhuis?')• Opname - Wanneer uw patiënt naar het ziekenhuis of intensieve zorg moet ('Hoe slecht is mijn situatie?'; 'Gaat mijn grootouder het redden?'; ...) • Begeleiding - Wanneer het 'omgaan met' (coping) een boost nodig heeft, of emoties hoog oplopen ('Ik zie het allemaal niet meer zitten; Jullie zijn onbekwaam!'; ...)• Beslissen - Wanneer de dingen niet zo goed gaan, zorgdoelen, code status ('Ik wil elke mogelijke behandeling. Ik wil leven'; 'Ik ben onzeker over wat mijn naaste (de patiënt) gewild zou hebben. Dat hebben we nooit besproken'; ...) • Beperkte middelen - Wanneer de nood ervoor zorgt dat je keuzes moet maken ('Waarom kan mijn (groot)ouder/partner/ik niet naar intensieve zorg?'; 'Discrimineer je ten opzichte van mijn naaste omdat hij/zij oud is?'; ...)• Op de hoogte brengen - Wanneer u iemand telefonisch inlicht.Anticiperen en rouwIn het document hebben de onderzoekers ook aandacht voor situaties/gedachten die betrekking hebben op de zorgverlener zelf, bv. wanneer u zich zorgen maakt over wat zal gebeuren (bv. 'Ik werk de hele dag met mensen die besmet zijn en ik heb schrik dat ik dit doorgeef aan mijn omgeving'; 'Ik ben bang om opgebrand te geraken'; ...). Of, wanneer er iemand gestorven is (bv. 'Ik had deze persoon moeten redden'; 'Ik kan niet geloven dat we niet het juiste materiaal hebben hoe gemeen deze persoon tegen mij deed/hoe alles wat ik doe precies verkeerd gaat'; ...).Net zoals bij de vragen van patiënten, reiken de onderzoekers in een overzichtelijke tabel telkens opties aan m.b.t. hoe u kan reageren.U kan het document hier downloaden.