Op 7 juni werd met één pennentrek een nieuw ziekenhuis geboren in Nederland. Het AMC en VUmc gaan voortaan verder onder de naam Amsterdam UMC. Samen beter is hierbij het motto. Op zich was het al gek dat twee academische centra, op nauwelijks enkele kilometers van elkaar, quasi dezelfde activiteiten aanboden.
De expertise in beide centra aanwezig samenbrengen moet er echt wel voor zorgen dat de patiënt met hoogcomplexe zorgnoden (de helft van de diagnoses wordt in deze ziekenhuizen minder dan 25 keer gesteld) 'samen beter' wordt. Samen bouwen aan een samenleving waarin ziekten worden voorkomen en patiënten genezen, is voortaan de ambitie!
Met "één pennentrek" klinkt het alsof het proces rimpelloos is verlopen. Niets is echter minder waar, er gingen ruim zes jaar voorbereiding aan vooraf op een hobbelig parcours. Hoorzittingen in de tweede kamer en zorgverzekeraars die een monopolie vrezen zijn daar een bewijs van.
Op zich is een ziekenhuisfusie niet nieuw, Nederland kende er sinds de jaren '70 een honderdtal, maar geen enkele is zo omstreden als die tussen het AMC en het VUmc. Met 1800 bedden, 16000 medewerkers, een omzet van 1,9 miljard euro en 30-40% van de Amsterdamse markt in handen vreesde men een mastodont die 'too big to fail' zou zijn. Amsterdam UMC wordt zo het grootste ziekenhuis van Nederland en een van de grootste centra binnen Europa. De activiteitscijfers spreken voor zich: bijna 650.000 poliklinische contacten per jaar, ruim 43.000 opnames en 4.660 studenten geneeskunde. Samen beter is ook van toepassing bij het, steeds internationaler wordend, wetenschappelijk onderzoek. Door deze fusie kan men de concurrentie aan met de grote internationale spelers en zo projecten en financiering binnenhalen.
Belangrijker dan de grootte is echter de zorgorganisatie die de beste patiëntenzorg moet mogelijk maken. Wouter Bos, in een vorig leven minister van financiën maar momenteel bestuursvoorzitter van het VUmc, stelde een pertinente vraag: 'Als u iets ernstigs mankeert, wilt u dan dat de behandelend arts drie of driehonderd keer per jaar de benodigde operatie uitvoert?'
Door de fusie kan Amsterdam UMC de concurrentie aan met grote internationale spelers en zo projecten en financiering binnenhalen
Het gaat niet zozeer over too big to fail, maar eerder over 'too small to survive'.
Beide vestigingen van het Amsterdam UMC zullen in de komende jaren anders worden ingevuld. Eén zal zich concentreren op moeder-kind zorg, de ander op oncologie en neuro. De ondertekening van de fusie was slechts de start, in de komende jaren zal een concreet stappenplan worden uitgerold om alles op de juiste locatie bij elkaar te brengen.
In dezelfde week als de ondertekening van de fusie kwam er een nieuw persbericht uit het Amsterdamse zorglandschap. Negen ziekenhuizen gaan intensief samenwerken bij de zorg rond prostaatkanker, ook hier is de hoofdbekommernis de levensverwachting en kwaliteit van de patiënt te verhogen. Alle ingrepen worden geconcentreerd in één (niet academisch) ziekenhuis. Tegen 2020 zal dit centrum een kwart van alle Nederlandse prostaatkankerbehandelingen voor rekening nemen. De patiëntenorganisatie prostaatkankerstichting juicht de samenwerking toe. Zoals Maggie De Block onlangs liet optekenen op het symposium rond ziekenhuisnetwerken: 'kleine(re) ziekenhuizen kunnen groots zijn in courante zorg'.
Het is duidelijk dat het zorglandschap zich in de regio Amsterdam en bij uitbreiding in heel Nederland in een sneltempo aan het herschikken is. Benieuwd op welke termijn onze ziekenhuisnetwerken worden erkend.
De expertise in beide centra aanwezig samenbrengen moet er echt wel voor zorgen dat de patiënt met hoogcomplexe zorgnoden (de helft van de diagnoses wordt in deze ziekenhuizen minder dan 25 keer gesteld) 'samen beter' wordt. Samen bouwen aan een samenleving waarin ziekten worden voorkomen en patiënten genezen, is voortaan de ambitie!Met "één pennentrek" klinkt het alsof het proces rimpelloos is verlopen. Niets is echter minder waar, er gingen ruim zes jaar voorbereiding aan vooraf op een hobbelig parcours. Hoorzittingen in de tweede kamer en zorgverzekeraars die een monopolie vrezen zijn daar een bewijs van.Op zich is een ziekenhuisfusie niet nieuw, Nederland kende er sinds de jaren '70 een honderdtal, maar geen enkele is zo omstreden als die tussen het AMC en het VUmc. Met 1800 bedden, 16000 medewerkers, een omzet van 1,9 miljard euro en 30-40% van de Amsterdamse markt in handen vreesde men een mastodont die 'too big to fail' zou zijn. Amsterdam UMC wordt zo het grootste ziekenhuis van Nederland en een van de grootste centra binnen Europa. De activiteitscijfers spreken voor zich: bijna 650.000 poliklinische contacten per jaar, ruim 43.000 opnames en 4.660 studenten geneeskunde. Samen beter is ook van toepassing bij het, steeds internationaler wordend, wetenschappelijk onderzoek. Door deze fusie kan men de concurrentie aan met de grote internationale spelers en zo projecten en financiering binnenhalen.Belangrijker dan de grootte is echter de zorgorganisatie die de beste patiëntenzorg moet mogelijk maken. Wouter Bos, in een vorig leven minister van financiën maar momenteel bestuursvoorzitter van het VUmc, stelde een pertinente vraag: 'Als u iets ernstigs mankeert, wilt u dan dat de behandelend arts drie of driehonderd keer per jaar de benodigde operatie uitvoert?'Het gaat niet zozeer over too big to fail, maar eerder over 'too small to survive'.Beide vestigingen van het Amsterdam UMC zullen in de komende jaren anders worden ingevuld. Eén zal zich concentreren op moeder-kind zorg, de ander op oncologie en neuro. De ondertekening van de fusie was slechts de start, in de komende jaren zal een concreet stappenplan worden uitgerold om alles op de juiste locatie bij elkaar te brengen.In dezelfde week als de ondertekening van de fusie kwam er een nieuw persbericht uit het Amsterdamse zorglandschap. Negen ziekenhuizen gaan intensief samenwerken bij de zorg rond prostaatkanker, ook hier is de hoofdbekommernis de levensverwachting en kwaliteit van de patiënt te verhogen. Alle ingrepen worden geconcentreerd in één (niet academisch) ziekenhuis. Tegen 2020 zal dit centrum een kwart van alle Nederlandse prostaatkankerbehandelingen voor rekening nemen. De patiëntenorganisatie prostaatkankerstichting juicht de samenwerking toe. Zoals Maggie De Block onlangs liet optekenen op het symposium rond ziekenhuisnetwerken: 'kleine(re) ziekenhuizen kunnen groots zijn in courante zorg'.Het is duidelijk dat het zorglandschap zich in de regio Amsterdam en bij uitbreiding in heel Nederland in een sneltempo aan het herschikken is. Benieuwd op welke termijn onze ziekenhuisnetwerken worden erkend.
