Dit academiejaar werd aan elke faculteit van de Universiteit Gent een centrum voor levenslang leren opgericht. Drie van deze gloednieuwe centra, van de faculteiten Letteren en Wijsbegeerte ( Humanities academie), Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen (the GHALL,Ghent Health Academy for Lifelong Learning) en de Psychologie en Pedagogische wetenschappen ( Dunant Academie) sloegen de handen in elkaar voor een reeks gespreksavonden 'Lezen in tijden van zorgzaamheid', onder impuls van literatuurwetenschappers Zoë Ghyselinck en Jürgen Pieters.
Op zes avonden worden gesprekken gevoerd, tussen mensen met een hart voor zorg en literatuur, rond een bepaald thema. Het eerste gesprek ging over rouwen en verhalen, met psychiater Uus Knops en literatuurwetenschapper Zoë Ghyselinck, en huisarts Peter Pype.
Dinsdag 8 maart mocht ik in de zaal met de mooiste naam, 'De Blauwe Vogel' in De Krook, in gesprek gaan met Geert Meyfroidt, intensivist aan KU Leuven, 'Slimste Mens' en groot liefhebber van literatuur. Het gesprek over bibliotherapie werd geleid door Jürgen Pieters, die al jaren onderzoek doet naar, en twee boeken schreef over, troost en literatuur.
Het mooiste beeld van de avond vond ik dat van de arts die de patiënt leest, als een boek. Het is wat in de Angelsaksische wereld narrative medicine wordt genoemd, waarbij geluisterd wordt naar de patiënt die een verhaal vertelt. Waarin je lichaamstaal ziet, erkent en resoneert in vragen die verdiepen. Waarin je verwonderd bent over, en geraakt wordt door de geschiedenis van de mens die voor je zit, en wat dit betekent voor de beleving van een ziekte, en hoe dit de keuzes bepaalt tijdens het ziekteproces en de behandelingen. Waarin je tussen de regels leest en ook zaken die moeilijker bespreekbaar zijn en omfloerst worden verteld, ontdekt en naar boven tilt en zo bespreekbaar maakt.
Mensen lezen is een mooi ambacht, en literatuur kan je helpen dit ambacht meester te worden
Het is een mooi ambacht, dat lezen van mensen. En literatuur kan je helpen dit ambacht meester te worden, samen met de jaren van ervaring. Elk boek dat je leest, geeft je inzicht in mensen, opent ogen en draagt bij tot de kennis van mensen. Net zoals elke patiënt die je leest dit doet. Een van de mooiste aspecten aan mijn job als arts is dat je zoveel mensen leert kennen, hen zoveel verhalen hoort vertellen: het is van een verrijking die zijn gelijke niet kent. En het leidt tot betere zorg.
De bal werd door Geert ook teruggekaatst naar de patiënt die in het gesprek niet passief blijft, of niet louter het eigen verhaal vertelt, maar ook een actieve rol heeft in het lezen van de arts. Het deed me denken aan een van 'mijn' patiënten, die drie artsen heeft die haar van dichtbij begeleiden, met elk een totaal ander karakter en aanpak, en die zij elk op een andere manier benadert. Hoe bijzonder.
Op het einde van de avond mochten we een stukje voorlezen uit een boek dat voor ons een therapeutische werking had gehad. Ik las een stukje voor uit Je keek te ver - een wandeling van Marjoleine De Vos, in de prachtig uitgegeven reeks bijzondere novelles over wandelingen van Van Oorschot. De Vos vertelt over het belang van een landschap te lezen - en een pleidooi om onze leesbril op te zetten en echt te kijken. En als je het landschap echt wil lezen, dan moet je ook de geschiedenis van een plek kennen. Marjoleine De Vos geeft mooie levenslessen, en ze verpakt ze in een zinderende, meeslepende, zachtaardige taal.
Ik ben ervan overtuigd dat het net zo moet gaan in gesprekken tussen zorgvragende en zorgverlener. Pas als je je leesbril opzet, en de mens écht leest, de geschiedenis van de mens leert kennen, kan je - belangrijk - de best mogelijke zorg bieden.