...

"Als het moet, gaan we door tot middernacht, sprak commissievoorzitter Jo De Cock. Uiteindelijk is het zo ver niet gekomen, en was er rond zeven uur 's avonds witte rook" glimlacht dr. Jonas Brouwers, die als voorzitter van Vaso (Vlaamse Vereniging van artsen-specialisten in opleiding) het dossier mee onderhandeld heeft in het Nationaal Paritair Comité Artsen-Ziekenhuizen (NPCGZ). "Het klopt dat we onze tijd genomen hebben, elk punt en elke komma was belangrijk voor elke betrokken partij. Natuurlijk is het zo dat als je een beladen dossier als dit haast 40 jaar laat liggen, dat niet op een-twee-drie afgehandeld is. Of het spannend was op het einde? Euh... Na een hele dag onderhandelen - via Zoom -- stelde Jo De Cock de vraag of iedereen zich in de overeenkomst kon vinden. Ook aan Vaso, ja. Heel spectaculair waren die laatste minuten niet (lacht). Maar wel belangrijk! Dit is een akkoord dat te verdedigen is."Wat is er goed aan dit akkoord?Het akkoord bevat een collectieve overeenkomst waarin de minimumregels voor ziekenhuizen die een arts-specialist in opleiding tewerkstellen vastgelegd worden. Er is met andere woorden een wettelijk kader nu voor de assistenten. Hierop kunnen we verder bouwen aan een duurzaam en gezond opleidingsklimaat voor artsen. Maar dat betekent tezelfdertijd dat het akkoord inhoudt dat er nog verbetering mogelijk is. Zie het als een eerste stap van een plan dat de komende maanden en misschien zelfs jaren verder uitgewerkt moet worden. Volgens dit akkoord hebben de artsen in opleiding immers nog geen recht op pensioenopbouw of een vergoeding wanneer zij werkloos worden. Minister Vandenbroucke benadrukte reeds dat hij zich zal engageren om ook deze sociale rechten verder ter sprake te brengen binnen de regering. Nu is het afwachten of dat gebeurt, en ook of de overeenkomst daadwerkelijk in wetgeving wordt omgezet. Met Vaso hebben we altijd gezegd dat een overeenkomst op 1 augustus van dit jaar ten laatste moet omgezet worden in koninklijk besluit of wet. Snel handelen is dus de boodschap. (lees verder onder de foto)Hoe verklaar je eigenlijk de sprint van de afgelopen weken? Waarom is het nu wel gelukt en niet eerder?De afgelopen weken zijn de onderhandelingen in een stroomversnelling gekomen. In februari vorig jaar stelde voormalig minister van Volksgezondheid Maggie De Block een adviesvraag aan de NPCGZ om tot een wettelijk kader en sociale bescherming voor de meer dan 6.000 Belgische aso's te komen. Artsen en ziekenhuizen hadden daarvoor meer dan een jaar en drie uitgestelde deadlines nodig. Met voorstellen van Vaso en de artsensyndicaten werd initieel niet verder gewerkt. Recent kwamen de Belgische ziekenhuiskoepels met een voorstel, dat meer een achteruitgang dan een vooruitgang betekende voor de aso's. We hebben daar met Vaso en de Franstalige collega's van Cimacs fors op gereageerd. We startten een petitie die in een week tijd meer dan 35.000 handtekeningen haalde. Tegelijkertijd kondigden we samen met Cimacs een officiële stakingsaanzegging aan als er op 19 mei - de vierde en laatste deadline - geen akkoord zou zijn. Die stakingsaanzegging indienen was moeilijk - heel on-Vlaams, 'ongeneeskundig' en 'on-Vaso'. Maar op een gegeven moment stonden we met de rug tegen de muur en was dit het enige middel om druk te zetten.Waarop liep het inhoudelijk zo lang vast?Elke partij heeft wel reden tot ongerustheid bij een aanpassing, het financiële plaatje was uiteraard een belangrijke factor. Om het akkoord te financieren werd 30 miljoen euro vrijgemaakt: 10 miljoen door de Nationale Commissie Artsen-Ziekenfonden en 20 miljoen door minister Frank Vandenbroucke. Dat is een aardig bedrag, dat zeker als 'smeermiddel' gewerkt heeft. Wat zijn de reacties op het akkoord tot op heden?Heel positief! We hebben het gevoel dat de meeste assistenten zich in deze overeenkomst kunnen vinden. Al zijn we er ons van bewust dat er altijd kritiek zal zijn. Met Vaso hebben we tijdens het onderhandelingsproces een helikopterzicht proberen te behouden. Wat is het beste voor iedere assistent? Het is moeilijk om op casuïstiek voort te gaan, als Vaso vertegenwoordigen we het algemeen belang. Weet ook dat als je met hete hangijzers aan tafel aanschuift, dat de gesprekken kan blokkeren. Ook wij hebben dus toegevingen moeten doen, dat is eigen aan een compromis sluiten. Wat betekent dit akkoord voor Vaso als vereniging?Ik denk dat we ons met Vaso steeds heel constructief hebben opgesteld, en dat we daarmee hebben aangetoond dat we een betrouwbare partner zijn, met de nodige dossierkennis ook. Dat laatste heeft zeker bijgedragen tot onze geloofwaardigheid. (op dreef) Je kan niet zomaar beslissen boven de hoofden van mensen. Wij assistenten hebben een zeer brede basis. Ter illustratie, toen Vaso het akkoord onmiddellijk na de stemming toelichtte aan onze achterban, waren meer dan 1.000 aso's ingelogd op de Zoom-meeting! Het is wellicht de eerste keer in jaren dat artsen in opleiding zich gehoord voelen. Dat creëerde een enorm groepsgevoel, gestuwd door het geloof dat er wel degelijk verandering mogelijk is van de huidige arbeidsomstandigheden en dat het geen scenario hoeft te zijn 'ik moet vier à zes jaar doorbijten en dan zal het beter gaan'. We zijn Jo De Cock oprecht dankbaar dat hij mee zijn schouders heeft gezet onder dit dossier, hij heeft ons steeds als partner behandeld in de onderhandelingen. Naar de toekomst toe heb ik er vertrouwen in dat assistenten een officiële stem aan tafel zullen verwerven (momenteel zijn aso's waarnemend lid in de NPCGZ, nvdr).Zorgt dit akkoord voor een cultuurverandering in de omgang met en het aanzien van assistenten?Met de wezenlijke verbeteringen op de werkvloer, hopen we inderdaad dat dit het begin mag zijn van een cultuuromslag, naar meer tijd voor opleiding en rekening houden met assistenten in het algemeen. Vandaag is er al verandering zichtbaar. In de aanloop naar de laatste onderhandelingen en ter voorbereiding van de stakingsacties hebben assistenten moeten communiceren met hun werkgever, op verschillende plaatsen is een dialoog ontstaan. Problemen werden benoemd en besproken - langs beide kanten. Dat is een verwezenlijking op zich. Laten we zeggen dat er een zaadje geplant is. Dat moet nu groeien. Wees er maar zeker van dat aso's hieruit lessen trekken voor de toekomst. De assistenten van nu zijn misschien de stagemeesters van morgen.