De 18e-eeuwse filosoof David Hume zei: "Een verstandig mens laat de sterkte van zijn overtuiging afhangen van het bewijsmateriaal". Een dergelijke verstandige behoedzaamheid lijkt evenwel niet aan de orde als het om preventie gaat. Omdat de focus op welzijn toeneemt en diensten actief in de preventie hun bestaan meer en meer moeten rechtvaardigen aan overheid, werkgevers,... die steeds vaker een onmiddellijke en aantoonbare return on investment (ROI) willen, verschijnen er steeds meer economische evaluatiestudies.
Evenwel zijn de beschikbare economische evaluatiemethodes, oorspronkelijk ontwikkeld om geneesmiddelen te evalueren, niet volledig aangepast aan de context van preventie. Gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken zijn in preventie moeilijk haalbaar. Bestaande studies hebben daarom vaak niet de vereiste kwaliteit om uitspraken over kosten-baten te ondersteunen. Hiervoor is een specifieke raming vereist van de grootte van gezondheidsvoordelen die causaal kunnen worden toegekend aan een programma, alsook kennis van de werkelijke gerelateerde kosten.
Dit is niet eenvoudig aangezien preventie aangeboden wordt in uiteenlopende domeinen, contexten en een brede waaier aan interventies aanbieden waardoor ROI-gegevens niet mogen worden veralgemeend tussen diensten of tussen interventies.
Een van de vele uitdagingen om de ROI van gezondheidsprogramma's te bepalen, is dat de voordelen kunnen liggen bij andere stakeholders dan deze die voor de preventie betaald, bijvoorbeeld preventie op het werk wordt betaald door werkgever, maar in ons land waar het gewaarborgd loon beperkt is tot één maand zouden de grootste voordelen kunnen liggen bij de overheid via verminderde uitgaven voor gezondheidszorg en sociale uitkeringen.
Laten we gestandaardiseerde uitkomstensets in preventieve diensten duidelijk definiëren, net als in andere medische disciplines
Om deze redenen is het moeilijk om brede en generaliseerbare beweringen over de ROI van preventie te doen en is het risico op politisering en verborgen agenda's aanzienlijk.
Daarom ben ik er voorstander van om gestandaardiseerde uitkomstensets (of 'core outcome sets') in preventieve diensten duidelijk te definiëren, net als in andere medische disciplines. Hierdoor zal de standaardisering in uitkomsten toenemen evenals de instrumenten om de uitkomsten te meten en de rapportering die momenteel de synthese van onderzoeksbevindingen belemmert.
Ik besef tegelijk dat bredere beweringen essentieel zijn om de druk op de noodzaak voor een verdere implementering preventie aan te houden. Het is dus minstens even belangrijk te onderkennen dat de redenen om in preventie te investeren niet enkel financieel zijn, maar ook te maken hebben met andere waarden en voordelen.
Op lange termijn is een benadering die de brede meerwaarde van preventie erkent, beter verdedigbaar dan de bijdrage van een volledig domein proberen samen te vatten in één onbetrouwbaar ROI-cijfer.
Referentie: Nicholson PJ, Godderis L. Occupational health: assess value as ROI. Occup Med. 2019 May 25;69(3):158-160.
Evenwel zijn de beschikbare economische evaluatiemethodes, oorspronkelijk ontwikkeld om geneesmiddelen te evalueren, niet volledig aangepast aan de context van preventie. Gerandomiseerde gecontroleerde onderzoeken zijn in preventie moeilijk haalbaar. Bestaande studies hebben daarom vaak niet de vereiste kwaliteit om uitspraken over kosten-baten te ondersteunen. Hiervoor is een specifieke raming vereist van de grootte van gezondheidsvoordelen die causaal kunnen worden toegekend aan een programma, alsook kennis van de werkelijke gerelateerde kosten. Dit is niet eenvoudig aangezien preventie aangeboden wordt in uiteenlopende domeinen, contexten en een brede waaier aan interventies aanbieden waardoor ROI-gegevens niet mogen worden veralgemeend tussen diensten of tussen interventies.Een van de vele uitdagingen om de ROI van gezondheidsprogramma's te bepalen, is dat de voordelen kunnen liggen bij andere stakeholders dan deze die voor de preventie betaald, bijvoorbeeld preventie op het werk wordt betaald door werkgever, maar in ons land waar het gewaarborgd loon beperkt is tot één maand zouden de grootste voordelen kunnen liggen bij de overheid via verminderde uitgaven voor gezondheidszorg en sociale uitkeringen. Om deze redenen is het moeilijk om brede en generaliseerbare beweringen over de ROI van preventie te doen en is het risico op politisering en verborgen agenda's aanzienlijk. Daarom ben ik er voorstander van om gestandaardiseerde uitkomstensets (of 'core outcome sets') in preventieve diensten duidelijk te definiëren, net als in andere medische disciplines. Hierdoor zal de standaardisering in uitkomsten toenemen evenals de instrumenten om de uitkomsten te meten en de rapportering die momenteel de synthese van onderzoeksbevindingen belemmert. Ik besef tegelijk dat bredere beweringen essentieel zijn om de druk op de noodzaak voor een verdere implementering preventie aan te houden. Het is dus minstens even belangrijk te onderkennen dat de redenen om in preventie te investeren niet enkel financieel zijn, maar ook te maken hebben met andere waarden en voordelen.Op lange termijn is een benadering die de brede meerwaarde van preventie erkent, beter verdedigbaar dan de bijdrage van een volledig domein proberen samen te vatten in één onbetrouwbaar ROI-cijfer. Referentie: Nicholson PJ, Godderis L. Occupational health: assess value as ROI. Occup Med. 2019 May 25;69(3):158-160.