Het is al lang geweten dat de drie pijlers van de medische deontologie, namelijk de keuzevrijheid van de patiënt, het beroeps geheim van de arts en zijn therapeutische onafhankelijkheid (voor zover die nog bestaat), een doorn in het oog zijn van de overheid.
In zijn advies van 15 juli hoopte de NR de politiek opnieuw ter wille te zijn met een "globaal actieplan" (what's in a name) waarbij de patiënt wettelijk verplicht wordt een GMD-arts te kiezen en waarbij de GMD-arts wettelijk verplicht wordt de medische gegevens van zijn patiënt "in the cloud" door te sturen zonder zekerheid over de bestemming ervan. Die bestemming, het verleden heeft het ons geleerd, kan trouwens mits een politieke vingerknip uitgebreid worden naar mutualiteiten, overheid en verzekeringen.
Ben ik een doemdenker? Een voorbeeld van tussenkomst van de politiek in de deontologie: vroeger was het medisch geheim heilig ook na de dood van een patiënt. De verzekeringslobby is er in 91 in geslaagd een wet te laten stemmen die ons verplicht op vraag van een levensverzekering de doodsoorzaak te melden. Zelfs zonder bijzondere wet kan de overheid de bestemming van die medische gegevens uitbreiden.
Essentiële waarden
Art.6. van de patiëntenrechtenwet stipuleert: De patiënt heeft recht op vrije keuze van de beroepsbeoefenaar en recht op wijziging van deze keuze behoudens, in beide gevallen, beperkingen opgelegd krachtens de wet.
Hier stelt zich een eerste vraag: "In welke mate is het de taak van de NR om verplichtingen voor te stellen of op te leggen aan de patiënt? De NR heeft enkel een adviserende en normerende functie inzake medische deontologie. De NR gaat hier duidelijk zijn boekje te buiten met veel enthousiasme.
De tweede vraag vloeit hieruit voort: "Welk insect heeft de NR gebeten om de essentiële deontologische verplichtingen die aan de basis liggen van de vrije geneeskunde over boord te gooien?"
Ik betwist geenszins de centrale rol van een arts die de gegevens van de patiënt globaliseert. Maar niet ten koste van de essentiële waarden van de geneeskunde: het vertrouwen, de keuzevrijheid, het beroepsgeheim.
Geen wandelende databank
Hiervoor hadden wij in de jaren 90 de term Globaal Medisch Dossier voorgesteld. Hierbij had elke patiënt het recht om jaarlijks een globaal medisch onderzoek aan te vragen waarvan hem een verslag overgemaakt diende te worden. De patiënt was vrij hieraan mee te werken, hij werd de eigenaar van het GMD en de arts de beheerder ervan. Uiteindelijk liep het anders: de vlag van het GMD dekte geen enkele lading en het kwam neer op een verkapte inschrijving.
Maakt de Nationale Raad om zijn vel te redden een mislukte kniebuiging naar de politiek?
Maar hoe dan ook had ons oorspronkelijk voorstel respect voor de vrije keuze van de patiënt. Hij werd bovendien niet alleen eigenaar van zijn GMD maar hij behield de vrijheid er al dan niet gebruik van te maken. Het medisch dossier kon dan ook niet in de handen vallen van verzekeringen of mutualiteiten.
In tijden van digitalisering en internet wordt echter het principe van de eerbiediging van de patiënt als mens en niet als wandelende databank continu met de voeten getreden. Ook de NR in zijn recent advies gaat die weg op. Al is het mits mooie woorden zoals "proportionaliteit" en "finaliteit".
Vel redden
Blijkbaar volgt de NR de niet ethische stelregel: "het doel wettigt de middelen". Een "goed" dossier wettigt blijkbaar het met de voeten treden van de keuzevrijheid van de patiënt, van het beroepsgeheim en van de therapeutische en diagnostische onafhankelijkheid van de arts-patiënt relatie.
Met genoegen lees ik dat voor de minister van volksgezondheid die verplichting een brug te ver is. Toch valt op te merken dat diezelfde minister met de door haar ingevoerde verplichte derdebetalerregeling en het vanaf 2018 verplichte e-recipe, weinig respect betoont voor de privacy van de patiënten.
Om zijn vel te redden een mislukte kniebuiging van de NR naar de politiek?
In zijn advies van 15 juli hoopte de NR de politiek opnieuw ter wille te zijn met een "globaal actieplan" (what's in a name) waarbij de patiënt wettelijk verplicht wordt een GMD-arts te kiezen en waarbij de GMD-arts wettelijk verplicht wordt de medische gegevens van zijn patiënt "in the cloud" door te sturen zonder zekerheid over de bestemming ervan. Die bestemming, het verleden heeft het ons geleerd, kan trouwens mits een politieke vingerknip uitgebreid worden naar mutualiteiten, overheid en verzekeringen.Ben ik een doemdenker? Een voorbeeld van tussenkomst van de politiek in de deontologie: vroeger was het medisch geheim heilig ook na de dood van een patiënt. De verzekeringslobby is er in 91 in geslaagd een wet te laten stemmen die ons verplicht op vraag van een levensverzekering de doodsoorzaak te melden. Zelfs zonder bijzondere wet kan de overheid de bestemming van die medische gegevens uitbreiden.Essentiële waardenArt.6. van de patiëntenrechtenwet stipuleert: De patiënt heeft recht op vrije keuze van de beroepsbeoefenaar en recht op wijziging van deze keuze behoudens, in beide gevallen, beperkingen opgelegd krachtens de wet.Hier stelt zich een eerste vraag: "In welke mate is het de taak van de NR om verplichtingen voor te stellen of op te leggen aan de patiënt? De NR heeft enkel een adviserende en normerende functie inzake medische deontologie. De NR gaat hier duidelijk zijn boekje te buiten met veel enthousiasme.De tweede vraag vloeit hieruit voort: "Welk insect heeft de NR gebeten om de essentiële deontologische verplichtingen die aan de basis liggen van de vrije geneeskunde over boord te gooien?"Ik betwist geenszins de centrale rol van een arts die de gegevens van de patiënt globaliseert. Maar niet ten koste van de essentiële waarden van de geneeskunde: het vertrouwen, de keuzevrijheid, het beroepsgeheim.Geen wandelende databankHiervoor hadden wij in de jaren 90 de term Globaal Medisch Dossier voorgesteld. Hierbij had elke patiënt het recht om jaarlijks een globaal medisch onderzoek aan te vragen waarvan hem een verslag overgemaakt diende te worden. De patiënt was vrij hieraan mee te werken, hij werd de eigenaar van het GMD en de arts de beheerder ervan. Uiteindelijk liep het anders: de vlag van het GMD dekte geen enkele lading en het kwam neer op een verkapte inschrijving. Maar hoe dan ook had ons oorspronkelijk voorstel respect voor de vrije keuze van de patiënt. Hij werd bovendien niet alleen eigenaar van zijn GMD maar hij behield de vrijheid er al dan niet gebruik van te maken. Het medisch dossier kon dan ook niet in de handen vallen van verzekeringen of mutualiteiten.In tijden van digitalisering en internet wordt echter het principe van de eerbiediging van de patiënt als mens en niet als wandelende databank continu met de voeten getreden. Ook de NR in zijn recent advies gaat die weg op. Al is het mits mooie woorden zoals "proportionaliteit" en "finaliteit".Vel reddenBlijkbaar volgt de NR de niet ethische stelregel: "het doel wettigt de middelen". Een "goed" dossier wettigt blijkbaar het met de voeten treden van de keuzevrijheid van de patiënt, van het beroepsgeheim en van de therapeutische en diagnostische onafhankelijkheid van de arts-patiënt relatie.Met genoegen lees ik dat voor de minister van volksgezondheid die verplichting een brug te ver is. Toch valt op te merken dat diezelfde minister met de door haar ingevoerde verplichte derdebetalerregeling en het vanaf 2018 verplichte e-recipe, weinig respect betoont voor de privacy van de patiënten.Om zijn vel te redden een mislukte kniebuiging van de NR naar de politiek?