Het opiniestuk 'Het échte leven' wou wat nuance inbrengen in het debat over het sociaal statuut van de aso, maar slaat de bal mis waar de nuance moest terechtkomen. Niet bij wat pensioenrechten en correcte registratie van uren, maar bij zelfrespect bij en voor alle artsen en de idee om artsenwelzijn als 'part of the job' te beschouwen.

De acties van Vaso, ondertussen gesteund door alle syndicaten, verschillende politici en vele, vele mensen waarbij de meer dan 30.000 handtekeningen op een petitie van enkele dagen kunnen getuigen, zijn concreet gericht op het bekomen van een uniform arbeidscontract.

In dat nieuwe uniforme arbeidscontract zouden de verbeteringen van het sociaal statuut en arbeidsvoorwaarden bestaan uit het verwijderen van gekende en historische vormen van quasi-uitbuiting (ver over de wettelijke grenzen van de arbeidstijd moeten gaan, onbetaald en op de moeilijkste momenten zoals de nachten en het weekend, zelf zonder recuperatie).

Wat hier in feite gevraagd wordt, is niet het bekomen van een of ander glamoureuze uitzonderingspositie van de aso, maar is reeds een genuanceerd standpunt. Betreft feitelijk een minimum minimorum.

Gezien het voorstel dat op tafel werd gelegd wel een uniformiteit zou inhouden, maar dat daarmee de arbeids- én leeromstandigheden nog erger zouden worden, komt het vooruitzicht van een aso-staking in zicht. In het desbetreffende opiniestuk wordt de vraag gesteld of hier niet wat licht wordt omgegaan met het ultieme middel, met name een stakingsaanzoek?

Daar kan je nog over discussiëren moest het slechts gaan over enkele honderden euro's loon en wat pensioenrechten. Daar kunnen meningen nog over verschillen moest het slechts gaan over het correct registreren van arbeidsuren en het correct betalen van die uren.

Maar daar gaat het niet alleen meer over, niet in het échte leven. In het échte leven gaat het over échte waarden zoals gezondheid en welzijn, van de patiënten en de artsen. Alle artsen, dus ook die nog in opleiding zijn tot huisarts of specialist. In het échte leven worden échte patiënten behandeld door échte artsen met échte gevolgen.

Een opleiding dient niet om een erbarmelijke arbeidssituatie geleidelijk aan als 'normaal' te laten aanvoelen

Een opleiding dient kennis, vaardigheden en een professionele houding aan te leren. Een opleiding dient niet om een erbarmelijke arbeidssituatie geleidelijk aan als 'normaal' te laten aanvoelen. Het doet wat denken aan het verhaal met de kikker die niet uit de pot springt als het water maar geleidelijk aan opwarmt. Op het einde is de kikker wel dood, hoor. De cijfers van suïcide onder artsen liegen niet in deze context.

Is het niet bevreemdend, maar ook hoopgevend, dat het juist de jonge artsen zijn die opkomen voor hun (zelf)respect en hun welzijn? Zelfrespect waaruit blijkt dat ze een leven van uitputting niet normaal vinden. Misschien is het juist hun jeugdigheid, noem het hier zelfs onervarenheid in het arts-zijn, dat maakt dat ze het 'oude normaal' niet willen aanvaarden als 'normaal'. Dat 'oude normaal' was en is niet het échte leven.

Deze stakingsaanzeg gaat dan ook over het respect dat de arts voor zichzelf mag opbrengen, om niet te moeten werken tot de uitputting onvermijdelijk volgt; dat er een ander pad kan worden ingeslagen in de artsencultuur naar een verbetering van artsenwelzijn; dat artsenwelzijn geen mooi extraatje is maar juist 'part of the job' is, deel van dat échte leven.

Dat het juist de aso, de arts van morgen, is die hiervoor opkomt doet mij hoop geven voor de toekomst. Een toekomst waarin gezonde artsen er kunnen zijn voor hun patiënten; met toewijding en concentratie en niet met slaaptekort, met een verbetering van outcomes en met minder medische fouten, en met een verbeterde beleving voor de patiënt en de zorgverlener.

En dat alles in het échte leven.

Het opiniestuk 'Het échte leven' wou wat nuance inbrengen in het debat over het sociaal statuut van de aso, maar slaat de bal mis waar de nuance moest terechtkomen. Niet bij wat pensioenrechten en correcte registratie van uren, maar bij zelfrespect bij en voor alle artsen en de idee om artsenwelzijn als 'part of the job' te beschouwen.De acties van Vaso, ondertussen gesteund door alle syndicaten, verschillende politici en vele, vele mensen waarbij de meer dan 30.000 handtekeningen op een petitie van enkele dagen kunnen getuigen, zijn concreet gericht op het bekomen van een uniform arbeidscontract. In dat nieuwe uniforme arbeidscontract zouden de verbeteringen van het sociaal statuut en arbeidsvoorwaarden bestaan uit het verwijderen van gekende en historische vormen van quasi-uitbuiting (ver over de wettelijke grenzen van de arbeidstijd moeten gaan, onbetaald en op de moeilijkste momenten zoals de nachten en het weekend, zelf zonder recuperatie). Wat hier in feite gevraagd wordt, is niet het bekomen van een of ander glamoureuze uitzonderingspositie van de aso, maar is reeds een genuanceerd standpunt. Betreft feitelijk een minimum minimorum.Gezien het voorstel dat op tafel werd gelegd wel een uniformiteit zou inhouden, maar dat daarmee de arbeids- én leeromstandigheden nog erger zouden worden, komt het vooruitzicht van een aso-staking in zicht. In het desbetreffende opiniestuk wordt de vraag gesteld of hier niet wat licht wordt omgegaan met het ultieme middel, met name een stakingsaanzoek?Daar kan je nog over discussiëren moest het slechts gaan over enkele honderden euro's loon en wat pensioenrechten. Daar kunnen meningen nog over verschillen moest het slechts gaan over het correct registreren van arbeidsuren en het correct betalen van die uren.Maar daar gaat het niet alleen meer over, niet in het échte leven. In het échte leven gaat het over échte waarden zoals gezondheid en welzijn, van de patiënten en de artsen. Alle artsen, dus ook die nog in opleiding zijn tot huisarts of specialist. In het échte leven worden échte patiënten behandeld door échte artsen met échte gevolgen.Een opleiding dient kennis, vaardigheden en een professionele houding aan te leren. Een opleiding dient niet om een erbarmelijke arbeidssituatie geleidelijk aan als 'normaal' te laten aanvoelen. Het doet wat denken aan het verhaal met de kikker die niet uit de pot springt als het water maar geleidelijk aan opwarmt. Op het einde is de kikker wel dood, hoor. De cijfers van suïcide onder artsen liegen niet in deze context.Is het niet bevreemdend, maar ook hoopgevend, dat het juist de jonge artsen zijn die opkomen voor hun (zelf)respect en hun welzijn? Zelfrespect waaruit blijkt dat ze een leven van uitputting niet normaal vinden. Misschien is het juist hun jeugdigheid, noem het hier zelfs onervarenheid in het arts-zijn, dat maakt dat ze het 'oude normaal' niet willen aanvaarden als 'normaal'. Dat 'oude normaal' was en is niet het échte leven.Deze stakingsaanzeg gaat dan ook over het respect dat de arts voor zichzelf mag opbrengen, om niet te moeten werken tot de uitputting onvermijdelijk volgt; dat er een ander pad kan worden ingeslagen in de artsencultuur naar een verbetering van artsenwelzijn; dat artsenwelzijn geen mooi extraatje is maar juist 'part of the job' is, deel van dat échte leven. Dat het juist de aso, de arts van morgen, is die hiervoor opkomt doet mij hoop geven voor de toekomst. Een toekomst waarin gezonde artsen er kunnen zijn voor hun patiënten; met toewijding en concentratie en niet met slaaptekort, met een verbetering van outcomes en met minder medische fouten, en met een verbeterde beleving voor de patiënt en de zorgverlener.En dat alles in het échte leven.