...

Ik wil mij focussen op de artsen: in het akkoord beoordeel ik als arts hoe mijn werkvoorwaarden worden gehonoreerd en gefinancierd in het akkoord. Het akkoord bevat grosso modo voor de artsen twee hoofdstukken: een voor de huisartsen en een voor de specialisten. Geen woord over schoolartsen, bedrijfsartsen, gepensioneerde artsen en allerlei non-actief artsen. Er zijn ongeveer 51.000 artsen, waarvan er ongeveer 16.000 artsen niet actief zijn. Er zijn 8.900 erkende huisartsen die volwaardig werken. Er zijn ongeveer 5.500 artsen die bij de huisartsencategorie worden gerekend maar weinig huisartsenactiviteit of een andere artsenactiviteit hebben. Er zijn ongeveer 23.000 specialisten op een of andere manier actief als specialist. Veel cijfertjes, maar de moeite waard om ze eens in relatie tot elkaar en het akkoord te plaatsen: We mogen eerst en vooral niet vergeten dat géén oordeel hebben over dit akkoord voor de overheid hetzelfde betekent als het akkoord positief beoordelen. Over de werkvoorwaarden en de financiering ervan voor huisartsen mogen 8.900 erkende huisartsen natuurlijk zelf oordelen, echter ook 23.000 specialisten of zelfs 42.100 artsen die niets te maken hebben met de werkvoorwaarden van die huisartsen. Binnen de groep van 8.900 huisartsen mogen en kunnen de huisartsen verbonden aan een WGC het akkoord zelfs niet afkeuren. Tot voor kort konden controleartsen die niets hadden af of goed te keuren gewoon het sociaal statuut meegraaien. Er mogen naast de 23.000 specialisten ook 28.000 niet-specialisten oordelen.Hoevelen van 8.900 huisartsen begrijpen de wartaal van regeltjes en voorwaarden om toch te kunnen genieten van allerlei boter bij de vis die hen wordt voorgeschoteld: de initiatieven om tot die betere huisartsgeneeskunde te komen - met de huisarts in de centrale rol! - die zouden passen in de moderne maatschappij. Zoals gegevensdeling: een eerlang deontologisch principe wordt op de meest on(be)grijpbare manier geëist van diegenen die het akkoord goedkeuren. De 8.900 erkende huisartsen begrijpen het nauwelijks (je moest eens op de discussiefora meelezen ... .), hoe zit het dan met de 19.100 anderen die niet met het werkveld in aanraking komen? Ze lezen het akkoord zelfs niet en nochtans keuren zij allemaal het akkoord goed, ... want ... ze keuren die niet af. En de boter voor hen werd zelfs niet gebudgetteerd in the first place. Overigens terzijde: hoe simpel kan het zijn? Correcte gegevensuitwisseling op welke manier dan ook tussen correct werkende collegae die elkaars werk respecteren in een vrije maar correct geëchelonneerde geneeskunde die best kan staan voor moderne en niet verkwistende geneeskunde die gefinancierd is door de maatschappij zelf. Allerlei toekomstperspectieven kunnen aan dat principe niets veranderen. Terug naar die verwarrende cijfertjes. De overheid maakt het nog moeilijker, want nu is de titel van erkende huisarts ook vager geworden nadat de opleiding ervan al - om Europese redenen - werd ingekort: want bijscholing = erkenning. En zo worden 8.900 echte huisartsen verruimd met artsen die zelfs geen twee patiënten per dag moeten zien. Misschien is er toch een duaal voordeel aan de nieuwe maatregel: kunnen al die erkende non/low/ander actieve 'huis'artsen nu ook de wachtdiensten mee helpen functioneren of moeten de erkende huisartsen van nu integendeel ook geen wachtdienst meer doen om erkend te blijven? Wie wil het mij nu eens uitleggen ... .