...

Dat de Bvas de opzegprocedure heeft gestopt, is omdat de minister heeft beloofd de artikels 22 en 23 van de 'wet diverse bepalingen inzake gezondheid' in geen geval voor 2024 uit te voeren."Dankzij onze actie hebben we nu op de speciaal bijeengeroepen Nationale Commissie van maandag 9 januari de garantie gekregen van de minister dat we mee de pen zullen mogen vasthouden bij het schrijven van het uitvoeringsbesluit die het verbod effectief kunnen maken", vertelt Bvas-voorzitter Johan Blanckaert de ochtend na de Commissie aan de Artsenkrant-redactie.Had de Bvas deze stap niet gezet, dan was het overleg er misschien we nooit gekomen, oppert hij.Voor hem moet de werkgroep beter omschrijven wie de kwetsbare groep van de patiënten voor wie het verbod op een ereloonsupplement bij ambulante zorg precies geldt. De hele groep van patiënten die recht heeft op een verhoogde tegemoetkoming omvat net geen vijfde van de Belgische bevolking - en dat is veel te ruim, vindt Bvas. Niet iedereen uit deze groep moet medisch zorg uitstellen om financiële redenen.Ook moet beter omschreven worden wat, in het kader van deze wet, een ereloonsupplement precies inhoudt. Voor Bvas blijft het een breekpunt dat artsen zelf kunnen bepalen of ze de officiële tarieven toepassen.Hoewel Jo De Cock, de voorzitter van de NCAZ, de werkgroep leidt die zich over de details van het uitvoeringsbesluit buigt, staat die los van de Nationale Commissie Artsen-Ziekenfondsen, onderstreept Blanckaert."We willen niet dat de discussie over het uitvoeringsbesluit verder weegt op het overleg in de Commissie, onder meer over het toekomstige akkoord. Er zijn immers belangrijke hervormingen bezig."