Dag Sofie,

Zaterdag 31 december werd ik 71 jaar en ging ik als huisarts definitief op pensioen. Ik heb dan bijna zeven jaar langer gewerkt dan wettelijk moet. Geen dag heb ik het mij beklaagd.

Ik heb een van de mooiste beroepen op dit ondermaanse uitgeoefend. Én in de vorige eeuw én in deze eeuw. Zelf vind ik van mezelf dat ik een huisarts 'old school' ben. Een uitstervend ras. Altijd bereikbaar. Dag en nacht, zaterdag en zondag.

Ik kom uit een gezin van acht en had als voorbeeld een hard werkende vader. Een leraar, een boerenzoon. Geen West-Vlaming maar een Limburger. Ik was geen primus. Hard labeur als student en studiebeurs na studiebeurs bijeen gebracht door de medeburgers van dit land brachten mij tot huisarts aan de de KULeuven. Zeven jaar was ik scoutsleider. Vandaar mijn sociale insteek in ons beroep.

In vier decades zag ik ons beroep veranderen. De vervrouwelijking, de kwalitatieve bijscholingen, de opkomst van de wachtposten en de weekwachten. Het werken op afspraak, net zoals mijn kapper doet. Het terugdringen van huisbezoeken. Het zorgoverleg met paramedici en sociale werkers. De holistische aanpak . De noodzakelijke opbouw van een extra pensioenpijler. Het terugdringen en zelf verdwijnen van lethale infecties dankzij succesvolle vaccinaties. Pokken, tetanus, difterie etc. Het selectief gebruik van antibiotica. De verslavingsproblematiek. Euthanasie en palliatieve sedatie. Het samenwerken in duo- en groepspraktijken.

Zelf maak ik deel uit van zo'n trio. De duidelijke terugval van huisbezoeken in de nacht voor longoedeem dankzij de ACE-inhibitoren. Het verdwijnen bijna van de hardnekkige maagzweren met de omeprazoles. De terugloop van infarcten en CVA's dankzij preventieve opvolging van rokers, en suikerzieken. Innovaties inzake oncologie, urologie, neurologie, geriatrie en hedendaagse dagchirurgie vinden hun noodzakelijke back-up bij ons huisartsen. Etc, etc.

Allemaal ons werk, mijn werk, uw werk, Sofie. Boeiend werk te over. Ik hecht zelf, ik gips en verlaat s'nachts het huis voor nier- en galcrises. Samen met mij vele collega's.

En ja hoor, er is ook de administratieve overlast maar alleszins bij mij echt niet de helft van het werk. Echt niet, Sofie. De stempel met de blauwe krokodil gebruik ik zo nu en dan maar niet te pas en te onpas.

Drie medische programma's heb ik de laatste 20 jaar gebruikt om nu in de middenmoot mee te surfen op de digitale golven. Het scheelt een hele brok inzake tijdsinvulling. Ik heb de papieren dossiers en de moeilijke dossierkasten nog meegemaakt. Mijn kelder steekt nog vol oude radiografieën.

Huisartsgeneeskunde, ook anno vandaag, is veel, veel meer dan administratie, stempelen en tekenen

Inzake de menukaart van het Riziv naar ons huisartsen toe vink ik ook niet alle gerechten aan. Alleen wat ik graag eet en noodzakelijk vind. Gelijk in elk klasserestaurant. Je eet niet alles wat de kaart biedt.

Zelf vergelijk ik onze uitstekende medische organisatie in alle Belgische regio's met een maritiem smaldeel. Het UZ als vliegdekschip. De regionale ziekenhuizen zijn de kruisers. Wij in de eerste lijn zijn de torpedojagers, de mijnenvegers of de stille duikboten. Je mag kiezen, Sofie. Naargelang wie zich presenteert als de consultatiedeur opengaat. Naargelang de steeds veranderende situatie. Naargelang onze gemoedsgesteltenis.

De kunst is dit smaldeel altijd en samen in dezelfde richting te doen varen. Het coronatijdperk als lichtend voorbeeld. Elke kapitein op zijn eigen schip. Dus ook jij, Sofie. Wij zijn nu eenmaal zelfstandigen voornamelijk betaald door de gemeenschap. Maar aan het hoofd van dit immense smaldeel staat nu eenmaal een admiraal, de minister van Volksgezondheid, nu Frank Vandenbroucke. Niet de slechtste.

In je Tafel van Vier-gesprek met de minister ging het jeugdig stout echt te veel over administratieve overlast en veel te weinig over de rijkdom aan medische activiteiten die wij dag na dag effectief doen.

Huisartsgeneeskunde, ook anno vandaag, is veel, veel meer dan administratie, stempelen en tekenen.

Anders had ik het echt niet zolang volgehouden.

Met collegiale groeten.

Dag Sofie,Zaterdag 31 december werd ik 71 jaar en ging ik als huisarts definitief op pensioen. Ik heb dan bijna zeven jaar langer gewerkt dan wettelijk moet. Geen dag heb ik het mij beklaagd.Ik heb een van de mooiste beroepen op dit ondermaanse uitgeoefend. Én in de vorige eeuw én in deze eeuw. Zelf vind ik van mezelf dat ik een huisarts 'old school' ben. Een uitstervend ras. Altijd bereikbaar. Dag en nacht, zaterdag en zondag. Ik kom uit een gezin van acht en had als voorbeeld een hard werkende vader. Een leraar, een boerenzoon. Geen West-Vlaming maar een Limburger. Ik was geen primus. Hard labeur als student en studiebeurs na studiebeurs bijeen gebracht door de medeburgers van dit land brachten mij tot huisarts aan de de KULeuven. Zeven jaar was ik scoutsleider. Vandaar mijn sociale insteek in ons beroep. In vier decades zag ik ons beroep veranderen. De vervrouwelijking, de kwalitatieve bijscholingen, de opkomst van de wachtposten en de weekwachten. Het werken op afspraak, net zoals mijn kapper doet. Het terugdringen van huisbezoeken. Het zorgoverleg met paramedici en sociale werkers. De holistische aanpak . De noodzakelijke opbouw van een extra pensioenpijler. Het terugdringen en zelf verdwijnen van lethale infecties dankzij succesvolle vaccinaties. Pokken, tetanus, difterie etc. Het selectief gebruik van antibiotica. De verslavingsproblematiek. Euthanasie en palliatieve sedatie. Het samenwerken in duo- en groepspraktijken. Zelf maak ik deel uit van zo'n trio. De duidelijke terugval van huisbezoeken in de nacht voor longoedeem dankzij de ACE-inhibitoren. Het verdwijnen bijna van de hardnekkige maagzweren met de omeprazoles. De terugloop van infarcten en CVA's dankzij preventieve opvolging van rokers, en suikerzieken. Innovaties inzake oncologie, urologie, neurologie, geriatrie en hedendaagse dagchirurgie vinden hun noodzakelijke back-up bij ons huisartsen. Etc, etc. Allemaal ons werk, mijn werk, uw werk, Sofie. Boeiend werk te over. Ik hecht zelf, ik gips en verlaat s'nachts het huis voor nier- en galcrises. Samen met mij vele collega's. En ja hoor, er is ook de administratieve overlast maar alleszins bij mij echt niet de helft van het werk. Echt niet, Sofie. De stempel met de blauwe krokodil gebruik ik zo nu en dan maar niet te pas en te onpas.Drie medische programma's heb ik de laatste 20 jaar gebruikt om nu in de middenmoot mee te surfen op de digitale golven. Het scheelt een hele brok inzake tijdsinvulling. Ik heb de papieren dossiers en de moeilijke dossierkasten nog meegemaakt. Mijn kelder steekt nog vol oude radiografieën.Inzake de menukaart van het Riziv naar ons huisartsen toe vink ik ook niet alle gerechten aan. Alleen wat ik graag eet en noodzakelijk vind. Gelijk in elk klasserestaurant. Je eet niet alles wat de kaart biedt.Zelf vergelijk ik onze uitstekende medische organisatie in alle Belgische regio's met een maritiem smaldeel. Het UZ als vliegdekschip. De regionale ziekenhuizen zijn de kruisers. Wij in de eerste lijn zijn de torpedojagers, de mijnenvegers of de stille duikboten. Je mag kiezen, Sofie. Naargelang wie zich presenteert als de consultatiedeur opengaat. Naargelang de steeds veranderende situatie. Naargelang onze gemoedsgesteltenis. De kunst is dit smaldeel altijd en samen in dezelfde richting te doen varen. Het coronatijdperk als lichtend voorbeeld. Elke kapitein op zijn eigen schip. Dus ook jij, Sofie. Wij zijn nu eenmaal zelfstandigen voornamelijk betaald door de gemeenschap. Maar aan het hoofd van dit immense smaldeel staat nu eenmaal een admiraal, de minister van Volksgezondheid, nu Frank Vandenbroucke. Niet de slechtste.In je Tafel van Vier-gesprek met de minister ging het jeugdig stout echt te veel over administratieve overlast en veel te weinig over de rijkdom aan medische activiteiten die wij dag na dag effectief doen. Huisartsgeneeskunde, ook anno vandaag, is veel, veel meer dan administratie, stempelen en tekenen.Anders had ik het echt niet zolang volgehouden. Met collegiale groeten.