Met de quote "Blijf in uw kot" heeft onze minister van Volksgezondheid duidelijk gemaakt dat we de coronaepidemie heel ernstig moeten nemen opdat we niet zouden terechtkomen in Italiaanse en Spaanse toestanden. President Macron van Frankrijk omschreef het hele dramatische gebeuren als een oorlog die we samen zullen moeten uitvechten tegen een heel agressieve onzichtbare vijand.

De coronapandemie, Covid-19 heeft sinds enkele weken, na eerst duizenden doden te hebben geslachtofferd in China, momenteel zijn pijlen gericht op Europa. Niemand kan de ernst ervan nog ontkennen. Het is een wereldoorlog geworden.

Onze overheid heeft, naarmate we meer en meer met het coronavirus te maken hadden, progressief hardere maatregelen aangekondigd, en dit voortdurend luisterend naar een team van topexperten ter zake. Sinds we met z'n allen deze strenge isolerende maatregelen moeten toepassen is ons land, heel Vlaanderen, de politiek, ons milieu, onze economie het bedrijfsleven, ons huiselijk en sociaal leven, de hele maatschappij ingrijpend veranderd. Velen kunnen niet meer gaan werken, bijna alle winkels en cafés zijn dicht, en we mogen zonder geldige reden ons kot niet meer verlaten en de regel social distancing is een must geworden. Nooit meegemaakt.

Het leven in het dorp en de stad is stil, leeg, schijnbaar levensloos, maar de lucht is open, de zon blijft schijnen

Tezelfdertijd hebben we het geleerd geen handdruk meer te geven, niet meer te kussen, onze handen heel dikwijls te wassen, op een correcte wijze te niezen en te hoesten, en vooral alert te zijn voor diverse alarmsymptomen als koorts, hoesten, en algemene moeheid en kortademigheid.

Het heeft wat tijd gekost vooraleer, door een voortschrijdend inzicht, bijna iedereen zich hield aan de verordeningen van de overheid. Sommigen vonden het nodig om toch nog een feestje te houden, om een samenkomst te organiseren, enfin om een reden te hebben zich niet te moeten voegen.

We hebben geleerd alleen te zijn als grootouders thuis, die hun kleinkinderen niet meer lijfelijk mogen zien en verwennen. We mogen zelfs niet meer de oma's en opa's in de woonzorgcentra bezoeken. We hebben ons niet alleen geërgerd aan het hamstergedrag van sommige mensen in de grootwarenhuizen, maar we hebben ook geleerd om thuis te werken en te communiceren vanop afstand, terwijl de kinderen, die niet meer naar school kunnen, hebben geleerd om digitaal te studeren. Het digitaal communiceren gaat met enorme sprongen vooruit in deze verziekte stille wereld. Zelfs de artsen maken massaal gebruik van de telecommunicatie en -consultatie.

Het leven in het dorp en de stad is stil, leeg, schijnbaar levensloos, maar de lucht is open, de zon blijft volop schijnen en iedereen valt een beetje terug op zijn eigen ik, zijn directe omgeving, om in zijn alleen zijn na te denken en te mijmeren over zijn eigen doen en laten, over zijn eigen "way of life".

Bij de artsen en zorgverleners draaien zowel de huisartsen op de eerste lijn als de specialisten in de ziekenhuizen overuren. Ze zoeken aangepaste manieren om toch aan elke patiënt de juiste zorg te verlenen zonder zelf het risico te lopen besmet te geraken. Helaas zijn er wereldwijd reeds duizenden slachtoffers gemaakt.

Nooit heb ik in mijn artsenloopbaan zoiets meegemaakt, maar nooit heb ik zoveel inzet, engagement en opoffering gezien bij de collega's en andere zorgverstrekkers als de laatste weken. Onze beroepsverantwoordelijken zijn dag en nacht in de weer om de zorg zo optimaal en veilig mogelijk te organiseren.

De maatschappij, de mensen, de geneeskunde, zelfs de politiek is aan het veranderen

Dagelijks komen er nieuwe updates en nieuwe aangepaste triageprotocols. Huisartsen hadden eerst geen beschermingsmiddelen, geen mondmaskers en geen aangepaste beschermende kledij. Uiteindelijk bleek dat er overal, ook in de ziekenhuizen, de woonzorgcentra, en bij de thuisverplegenden een groot gebrek was aan beschermingsmiddelen. Toevallig verneem ik van de bevoegde Vlaamse minister dat er 6 miljoen mondmaskers werden geleverd door een Chinese makelaar, wat voorlopig dit tekort enigszins kan milderen.

In de ziekenhuizen zijn heel wat aanpassingen gedaan, door het creëren van bijkomende bedden voor patiëntenopvang, van meer bedden op intensieve diensten en door het uitstellen van niet-dringende ingrepen. Zo ook vonden er herscholingen plaats van heel wat artsen en verplegenden om de piek van de coronabesmetting aan te kunnen die er in de eerste weken zal aankomen. Het aantal intensieve bedden werd van 1.900 naar 2.500 opgetrokken om vooral de overlijdens zo laag mogelijk te houden. Iedereen in de zorg is opgeroepen om bij te springen waar het kan en nodig is. De nood is hoog en de solidariteit viert hoogtij wat ook door de maatschappij heel erg wordt gewaardeerd.

De huisarts heeft duidelijk zijn plaats heroverd als eerste aanspreekpunt op de eerste lijn, en de invoering van een telehonoraruim is hier zeker op vraag van Domus Medica een nuttige maatregel geweest. Zo kan de aangesproken huisarts onmiddellijk telefonisch reeds een diepe bevraging doen van de symptomen van de patiënt, hem/haar eventueel geruststellen en desgevallend doorsturen naar het ziekenhuis voor een test op het coronavirus en zo nodig voor opname, zonder zelf het risico te lopen op besmetting. Deze pretriage is van heel groot belang om te vermijden dat milde geïnfecteerden nodeloos zouden worden opgenomen. Aldus kan elke patiënt de beste zorg krijgen op de juiste plaats waar het hoort, op de eerste lijn of op de tweede lijn.

De huisarts heeft duidelijk zijn plaats heroverd als eerste aanspreekpunt op de eerste lijn

Zelf heb ik mijn diensten aangeboden zoals vele andere niet meer zo jonge collega's en zorgverstrekkers om waar nodig bij te springen, en te helpen de continuïteit van de zorg mogelijk te maken. Dit door vooral het werk van de huisartsen bij de triage en de bevraging te verlichten en menselijker te maken.

Dagelijks worden de cijfers van de besmette patiënten weergegeven, evenzo van de gehospitaliseerden als van diegenen die opgenomen zijn op de IZ en/of die zijn komen te overlijden. Hopelijk bereiken we eerstdaags de piek van de besmettingscurve en kunnen we met z'n allen terug iets rustiger ademen en werken.

Positief is zeker het gevoel dat er spontaan gekomen is bij de mensen in onze maatschappij in quarantaine. De witte vlag hijsen in een vensterraam, een applaus geven of zingen op een vast uur in de vooravond uit waardering voor al die mensen die dezer dagen hard bezig zijn in de zorg, maar die ook daarbuiten instaan voor de continuïteit van het maatschappelijk leven.

De maatschappij, de mensen, de geneeskunde, zelfs de politiek is aan het veranderen. Blijkbaar resulteert deze crisis in heel wat creativiteit. We zoeken samen naar invulling van de leegte en het gemis aan contact in een wereld waar samenkomen, mekaar ontmoeten en onze dierbaren knuffelen tijdelijk niet meer mag. Het beste in heel wat mensen komt naar boven. Spontane solidariteit en samenwerking via diverse kanalen vieren werkelijk hoogtij, zeker bij huisartsen, specialisten, verpleegkundigen en andere zorgverstrekkers. De boodschap is: "Blijf in uw kot".

"Het kan verkeren" zei Bredero, eeuwen geleden en hopelijk zal deze kentering een ervaring zijn die positief bijdraagt aan de toekomst.

Met de quote "Blijf in uw kot" heeft onze minister van Volksgezondheid duidelijk gemaakt dat we de coronaepidemie heel ernstig moeten nemen opdat we niet zouden terechtkomen in Italiaanse en Spaanse toestanden. President Macron van Frankrijk omschreef het hele dramatische gebeuren als een oorlog die we samen zullen moeten uitvechten tegen een heel agressieve onzichtbare vijand. De coronapandemie, Covid-19 heeft sinds enkele weken, na eerst duizenden doden te hebben geslachtofferd in China, momenteel zijn pijlen gericht op Europa. Niemand kan de ernst ervan nog ontkennen. Het is een wereldoorlog geworden. Onze overheid heeft, naarmate we meer en meer met het coronavirus te maken hadden, progressief hardere maatregelen aangekondigd, en dit voortdurend luisterend naar een team van topexperten ter zake. Sinds we met z'n allen deze strenge isolerende maatregelen moeten toepassen is ons land, heel Vlaanderen, de politiek, ons milieu, onze economie het bedrijfsleven, ons huiselijk en sociaal leven, de hele maatschappij ingrijpend veranderd. Velen kunnen niet meer gaan werken, bijna alle winkels en cafés zijn dicht, en we mogen zonder geldige reden ons kot niet meer verlaten en de regel social distancing is een must geworden. Nooit meegemaakt. Tezelfdertijd hebben we het geleerd geen handdruk meer te geven, niet meer te kussen, onze handen heel dikwijls te wassen, op een correcte wijze te niezen en te hoesten, en vooral alert te zijn voor diverse alarmsymptomen als koorts, hoesten, en algemene moeheid en kortademigheid. Het heeft wat tijd gekost vooraleer, door een voortschrijdend inzicht, bijna iedereen zich hield aan de verordeningen van de overheid. Sommigen vonden het nodig om toch nog een feestje te houden, om een samenkomst te organiseren, enfin om een reden te hebben zich niet te moeten voegen. We hebben geleerd alleen te zijn als grootouders thuis, die hun kleinkinderen niet meer lijfelijk mogen zien en verwennen. We mogen zelfs niet meer de oma's en opa's in de woonzorgcentra bezoeken. We hebben ons niet alleen geërgerd aan het hamstergedrag van sommige mensen in de grootwarenhuizen, maar we hebben ook geleerd om thuis te werken en te communiceren vanop afstand, terwijl de kinderen, die niet meer naar school kunnen, hebben geleerd om digitaal te studeren. Het digitaal communiceren gaat met enorme sprongen vooruit in deze verziekte stille wereld. Zelfs de artsen maken massaal gebruik van de telecommunicatie en -consultatie. Het leven in het dorp en de stad is stil, leeg, schijnbaar levensloos, maar de lucht is open, de zon blijft volop schijnen en iedereen valt een beetje terug op zijn eigen ik, zijn directe omgeving, om in zijn alleen zijn na te denken en te mijmeren over zijn eigen doen en laten, over zijn eigen "way of life".Bij de artsen en zorgverleners draaien zowel de huisartsen op de eerste lijn als de specialisten in de ziekenhuizen overuren. Ze zoeken aangepaste manieren om toch aan elke patiënt de juiste zorg te verlenen zonder zelf het risico te lopen besmet te geraken. Helaas zijn er wereldwijd reeds duizenden slachtoffers gemaakt. Nooit heb ik in mijn artsenloopbaan zoiets meegemaakt, maar nooit heb ik zoveel inzet, engagement en opoffering gezien bij de collega's en andere zorgverstrekkers als de laatste weken. Onze beroepsverantwoordelijken zijn dag en nacht in de weer om de zorg zo optimaal en veilig mogelijk te organiseren. Dagelijks komen er nieuwe updates en nieuwe aangepaste triageprotocols. Huisartsen hadden eerst geen beschermingsmiddelen, geen mondmaskers en geen aangepaste beschermende kledij. Uiteindelijk bleek dat er overal, ook in de ziekenhuizen, de woonzorgcentra, en bij de thuisverplegenden een groot gebrek was aan beschermingsmiddelen. Toevallig verneem ik van de bevoegde Vlaamse minister dat er 6 miljoen mondmaskers werden geleverd door een Chinese makelaar, wat voorlopig dit tekort enigszins kan milderen. In de ziekenhuizen zijn heel wat aanpassingen gedaan, door het creëren van bijkomende bedden voor patiëntenopvang, van meer bedden op intensieve diensten en door het uitstellen van niet-dringende ingrepen. Zo ook vonden er herscholingen plaats van heel wat artsen en verplegenden om de piek van de coronabesmetting aan te kunnen die er in de eerste weken zal aankomen. Het aantal intensieve bedden werd van 1.900 naar 2.500 opgetrokken om vooral de overlijdens zo laag mogelijk te houden. Iedereen in de zorg is opgeroepen om bij te springen waar het kan en nodig is. De nood is hoog en de solidariteit viert hoogtij wat ook door de maatschappij heel erg wordt gewaardeerd. De huisarts heeft duidelijk zijn plaats heroverd als eerste aanspreekpunt op de eerste lijn, en de invoering van een telehonoraruim is hier zeker op vraag van Domus Medica een nuttige maatregel geweest. Zo kan de aangesproken huisarts onmiddellijk telefonisch reeds een diepe bevraging doen van de symptomen van de patiënt, hem/haar eventueel geruststellen en desgevallend doorsturen naar het ziekenhuis voor een test op het coronavirus en zo nodig voor opname, zonder zelf het risico te lopen op besmetting. Deze pretriage is van heel groot belang om te vermijden dat milde geïnfecteerden nodeloos zouden worden opgenomen. Aldus kan elke patiënt de beste zorg krijgen op de juiste plaats waar het hoort, op de eerste lijn of op de tweede lijn. Zelf heb ik mijn diensten aangeboden zoals vele andere niet meer zo jonge collega's en zorgverstrekkers om waar nodig bij te springen, en te helpen de continuïteit van de zorg mogelijk te maken. Dit door vooral het werk van de huisartsen bij de triage en de bevraging te verlichten en menselijker te maken. Dagelijks worden de cijfers van de besmette patiënten weergegeven, evenzo van de gehospitaliseerden als van diegenen die opgenomen zijn op de IZ en/of die zijn komen te overlijden. Hopelijk bereiken we eerstdaags de piek van de besmettingscurve en kunnen we met z'n allen terug iets rustiger ademen en werken. Positief is zeker het gevoel dat er spontaan gekomen is bij de mensen in onze maatschappij in quarantaine. De witte vlag hijsen in een vensterraam, een applaus geven of zingen op een vast uur in de vooravond uit waardering voor al die mensen die dezer dagen hard bezig zijn in de zorg, maar die ook daarbuiten instaan voor de continuïteit van het maatschappelijk leven. De maatschappij, de mensen, de geneeskunde, zelfs de politiek is aan het veranderen. Blijkbaar resulteert deze crisis in heel wat creativiteit. We zoeken samen naar invulling van de leegte en het gemis aan contact in een wereld waar samenkomen, mekaar ontmoeten en onze dierbaren knuffelen tijdelijk niet meer mag. Het beste in heel wat mensen komt naar boven. Spontane solidariteit en samenwerking via diverse kanalen vieren werkelijk hoogtij, zeker bij huisartsen, specialisten, verpleegkundigen en andere zorgverstrekkers. De boodschap is: "Blijf in uw kot"."Het kan verkeren" zei Bredero, eeuwen geleden en hopelijk zal deze kentering een ervaring zijn die positief bijdraagt aan de toekomst.