Aan het woord is professor em. huisartsgeneeskunde Jan De Maeseneer. Als hoofd van een WHO collaborating centre van de UGent leidt hij binnen de vaccinatietaskforce de werkgroep '45-64-jarigen met een hoger risico'.

"Althans,", zo verduidelijkt hij, "dat was de historische benaming, ondertussen vallen hieronder ook de 18-64-jarigen met een hoger risico en andere kwetsbare groepen." De Maeseneer is "dankbaar" aan dit "uitdagende project" te mogen meewerken. "Het geeft een fijn gevoel dat ik nog dienstbaar kan zijn", zo luidt het.

Wetenschappelijk verantwoord

Essentieel in de eerste plaats is uiteraard de pandemie onder controle te krijgen. Vaccinatie doet het aantal ziekenhuisopnames dalen, het vermindert de druk op de zorg en zorgt voor een afname van de mortaliteit - belangrijke oversterfte in 2020 staat immers buiten kijf. 70% van de bevolking vaccineren is de doelstelling. Een hele uitdaging, vindt De Maeseneer. Want aangezien we 0- tot 18-jarigen momenteel niet vaccineren is het bereiken van meer dan 80% van de volwassen populatie noodzakelijk.

Jan De Maeseneer: "Vooral drie bijkomende doelstellingen verklaren mee mijn engagement". Eerst is er het streven naar sociale rechtvaardigheid, naar ' equity' (billijkheid). "Iedereen die gevaccineerd kan worden, moet we ook inenten. Daarbij houden we rekening met ieders behoeften, noden en mogelijkheden. De meest kwetsbaren bereiken, vergt extra inspanningen", aldus de Gentse hoogleraar.

Daarnaast streeft hij naar een wetenschappelijk verantwoorde vaccinatiestrategie. "Communicatie is cruciaal. Alles verandert snel en er is veel onzekerheid. Daarmee moeten we leren leven en erover leren communiceren. Artsen hebben in hun individuele patiëntrelatie ervaring met moeilijke, onzekere communicatie, bijvoorbeeld als het gaat over de levensverwachting van palliatieve patiënten. Daarvoor werden hen methodes aangeleerd. Dat is echter verre van evident op populatieniveau. Deze enorme uitdaging wordt best wetenschappelijk verantwoord aangepakt."

Ten derde is het vaccinatieproject voor Jan De Maeseneer slechts succesvol als het aanleiding geeft tot verbinding. "Verdeling, ' het wij-versus-zij denken' zit ingebakken in de aard van de oefening", meent hij. "Bijvoorbeeld omdat jongeren zich aan de regels moeten houden om kwetsbare ouderen te beschermen. Dit bevat de kiemen van een intergenerationeel conflict. Terwijl we voor solidariteit gaan."

Thuisvaccinatie

Het hoeft geen betoog dat de vaccinatiestrategie een belangrijke maatschappelijke impact heeft. De Maeseneer: "Het blijkt een goede keuze om eerst bewoners en personeel van de woonzorgcentra te vaccineren. Het aantal hospitalisaties en overlijdens in deze groep daalt. Dat is een belangrijke realisatie. Het leert dat vaccinatie bij deze kwetsbare groepen het verschil maakt."

Sinds 15 maart worden circa twee miljoen 65-plussers buiten de woonzorgcentra met alle beschikbare vaccins ingeënt. Erg belangrijk, stelt De Maeseneer. "Want het doet de capaciteit sterk toenemen. Daarop moeten we volop inzetten. Naast leeftijd vormen mensen met risicofactoren een kwetsbare groep. Beide groepen schuiven als het ware in elkaar."

Een rol is weggelegd voor thuisvaccinatie. "Belangrijk is de huisarts en de thuisverpleegkundige in te schakelen. Zij kennen de patiënt en kunnen bij aanvang een professionele indicatie stellen. Thuisvaccinatie is de uitzondering en moet beperkt blijven tot mensen die bijvoorbeeld bedlegerig zijn of zware cognitieve problemen hebben. Wie zich - met vervoersondersteuning - kan verplaatsen, gaat naar het vaccinatiecentrum."

'Outreach'

Om kwetsbare groepen - mensen zonder papieren, daklozen, mensen in moeilijke omstandigheden, asielzoekers... - te bereiken, zal de coördinerende arts vanuit het vaccinatiecentrum mobiele equipes uitzenden. Met 'outreach' als hoeksteen: een team dat samenwerkt met artsen en anderen die dagdagelijks met kwetsbare groepen en/of in sociale voorzieningen werkt. Vertrouwen is hier het sleutelwoord.

Jan De Maeseneer: "We hanteren het principe van de subsidiariteit: in samenspraak met de mobiele equipe gebeurt alles wat kan door mensen die de patiënt kennen. Daarom is groepsvaccinatie samen met lokale hulpverleners zoals huisartsen en thuisverpleegkundigen erg belangrijk."

Het is een open deur intrappen dat het vaak zeer moeilijk zal zijn deze kwetsbaren te overtuigen om zich te laten vaccineren. Sensibilisatie kan gebeuren via algemene campagnes maar is vooral een lokaal gebeuren met rolmodellen en influencers. Eveneens belangrijk is religieuze leiders mee te nemen in het verhaal. "Het blijven uitleggen is cruciaal. Ook omdat in een context van onzekerheid 'gezondheidsgoeroes' en anderen misbruik dreigen te maken van de angst voor het onbekende. We moeten dat serieus nemen en counteren met wetenschappelijk verantwoorde informatie."

Mensen zonder papieren, asielzoekers e.a. hebben geen rijksregisternummer. "Maar ze kunnen wel een BIS-nummer krijgen", stelt De Maeseneer. Dat is uiteraard ook belangrijk voor de registratie in Vaccinnet. "Het is overigens aangewezen", voegt hij eraan toe, "om bij thuisvaccinatie en bij moeilijk bereikbare groepen zoveel mogelijk het Janssen-vaccin in te zetten. Eén prik volstaat. Dat is qua gezondheidsuitkomst en kosteneffectiviteit te verkiezen."

Tot slot geeft de Gentse prof nog mee er persoonlijk voorstander van te zijn om de 18-30-jarigen in juni/begin juli te vaccineren met het Janssen-vaccin. "Zo geven we een belangrijk signaal. Van deze groep wordt zeer veel gevraagd terwijl men maatschappelijk soms onvoldoende naar hen luistert. Op die manier maken we de verbinding."

'Een geniaal idee'

In volle coronacrisis, op 1 juli 2020, werden 60 eerstelijnszones opgestart. De pandemie was meteen een uitdaging van jewelste en zette uiteraard extra druk op de uitbouw. Gezien de vliegende start betaalde men ook leergeld. Toch noemt De Maeseneer de eerstelijnszones "zonder meer een geniaal idee". Lokaal zorgen ze samen met de zorgraden voor een band tussen gezondheid en welzijn, tussen patiënten, mantelzorgers en lokale besturen.

De Maeseneer: "Zoals blijkt uit de samenwerking in het vaccinatiecentrum is dit een zeer goede formule. Overal is er ook een mooie interactie met de ziekenhuizen. De eerstelijnszones zijn gamechangers in het gezondheidslandschap en een positieve ervaring naar de toekomst toe."

De Maeseneer benadrukt wel dat meer geïnvesteerd moet worden in public health op lokaal niveau. "Dit dient terug inhoud en vorm te krijgen. Dat is belangrijk voor contactopsporing, om voorbereid te zijn op epidemieën et cetera. Het zou mooi zijn als de pandemie tot gevolg heeft dat dit samen met de Logo's, geïntegreerd wordt in de eerstelijnszones. Voor de huisartsen is een gepaste financiering nodig om hen beter te ondersteunen in het populatiegericht werken."

"Best zou zijn om de 18-30-jarigen in juni/begin juli te vaccineren met het Janssen-vaccin. Zo geven we een belangrijk signaal. Van deze groep wordt zeer veel gevraagd terwijl men maatschappelijk soms onvoldoende naar hen luistert.", Getty Images
"Best zou zijn om de 18-30-jarigen in juni/begin juli te vaccineren met het Janssen-vaccin. Zo geven we een belangrijk signaal. Van deze groep wordt zeer veel gevraagd terwijl men maatschappelijk soms onvoldoende naar hen luistert." © Getty Images
Aan het woord is professor em. huisartsgeneeskunde Jan De Maeseneer. Als hoofd van een WHO collaborating centre van de UGent leidt hij binnen de vaccinatietaskforce de werkgroep '45-64-jarigen met een hoger risico'. "Althans,", zo verduidelijkt hij, "dat was de historische benaming, ondertussen vallen hieronder ook de 18-64-jarigen met een hoger risico en andere kwetsbare groepen." De Maeseneer is "dankbaar" aan dit "uitdagende project" te mogen meewerken. "Het geeft een fijn gevoel dat ik nog dienstbaar kan zijn", zo luidt het. Essentieel in de eerste plaats is uiteraard de pandemie onder controle te krijgen. Vaccinatie doet het aantal ziekenhuisopnames dalen, het vermindert de druk op de zorg en zorgt voor een afname van de mortaliteit - belangrijke oversterfte in 2020 staat immers buiten kijf. 70% van de bevolking vaccineren is de doelstelling. Een hele uitdaging, vindt De Maeseneer. Want aangezien we 0- tot 18-jarigen momenteel niet vaccineren is het bereiken van meer dan 80% van de volwassen populatie noodzakelijk. Jan De Maeseneer: "Vooral drie bijkomende doelstellingen verklaren mee mijn engagement". Eerst is er het streven naar sociale rechtvaardigheid, naar ' equity' (billijkheid). "Iedereen die gevaccineerd kan worden, moet we ook inenten. Daarbij houden we rekening met ieders behoeften, noden en mogelijkheden. De meest kwetsbaren bereiken, vergt extra inspanningen", aldus de Gentse hoogleraar. Daarnaast streeft hij naar een wetenschappelijk verantwoorde vaccinatiestrategie. "Communicatie is cruciaal. Alles verandert snel en er is veel onzekerheid. Daarmee moeten we leren leven en erover leren communiceren. Artsen hebben in hun individuele patiëntrelatie ervaring met moeilijke, onzekere communicatie, bijvoorbeeld als het gaat over de levensverwachting van palliatieve patiënten. Daarvoor werden hen methodes aangeleerd. Dat is echter verre van evident op populatieniveau. Deze enorme uitdaging wordt best wetenschappelijk verantwoord aangepakt." Ten derde is het vaccinatieproject voor Jan De Maeseneer slechts succesvol als het aanleiding geeft tot verbinding. "Verdeling, ' het wij-versus-zij denken' zit ingebakken in de aard van de oefening", meent hij. "Bijvoorbeeld omdat jongeren zich aan de regels moeten houden om kwetsbare ouderen te beschermen. Dit bevat de kiemen van een intergenerationeel conflict. Terwijl we voor solidariteit gaan." Het hoeft geen betoog dat de vaccinatiestrategie een belangrijke maatschappelijke impact heeft. De Maeseneer: "Het blijkt een goede keuze om eerst bewoners en personeel van de woonzorgcentra te vaccineren. Het aantal hospitalisaties en overlijdens in deze groep daalt. Dat is een belangrijke realisatie. Het leert dat vaccinatie bij deze kwetsbare groepen het verschil maakt." Sinds 15 maart worden circa twee miljoen 65-plussers buiten de woonzorgcentra met alle beschikbare vaccins ingeënt. Erg belangrijk, stelt De Maeseneer. "Want het doet de capaciteit sterk toenemen. Daarop moeten we volop inzetten. Naast leeftijd vormen mensen met risicofactoren een kwetsbare groep. Beide groepen schuiven als het ware in elkaar." Een rol is weggelegd voor thuisvaccinatie. "Belangrijk is de huisarts en de thuisverpleegkundige in te schakelen. Zij kennen de patiënt en kunnen bij aanvang een professionele indicatie stellen. Thuisvaccinatie is de uitzondering en moet beperkt blijven tot mensen die bijvoorbeeld bedlegerig zijn of zware cognitieve problemen hebben. Wie zich - met vervoersondersteuning - kan verplaatsen, gaat naar het vaccinatiecentrum." Om kwetsbare groepen - mensen zonder papieren, daklozen, mensen in moeilijke omstandigheden, asielzoekers... - te bereiken, zal de coördinerende arts vanuit het vaccinatiecentrum mobiele equipes uitzenden. Met 'outreach' als hoeksteen: een team dat samenwerkt met artsen en anderen die dagdagelijks met kwetsbare groepen en/of in sociale voorzieningen werkt. Vertrouwen is hier het sleutelwoord. Jan De Maeseneer: "We hanteren het principe van de subsidiariteit: in samenspraak met de mobiele equipe gebeurt alles wat kan door mensen die de patiënt kennen. Daarom is groepsvaccinatie samen met lokale hulpverleners zoals huisartsen en thuisverpleegkundigen erg belangrijk." Het is een open deur intrappen dat het vaak zeer moeilijk zal zijn deze kwetsbaren te overtuigen om zich te laten vaccineren. Sensibilisatie kan gebeuren via algemene campagnes maar is vooral een lokaal gebeuren met rolmodellen en influencers. Eveneens belangrijk is religieuze leiders mee te nemen in het verhaal. "Het blijven uitleggen is cruciaal. Ook omdat in een context van onzekerheid 'gezondheidsgoeroes' en anderen misbruik dreigen te maken van de angst voor het onbekende. We moeten dat serieus nemen en counteren met wetenschappelijk verantwoorde informatie." Mensen zonder papieren, asielzoekers e.a. hebben geen rijksregisternummer. "Maar ze kunnen wel een BIS-nummer krijgen", stelt De Maeseneer. Dat is uiteraard ook belangrijk voor de registratie in Vaccinnet. "Het is overigens aangewezen", voegt hij eraan toe, "om bij thuisvaccinatie en bij moeilijk bereikbare groepen zoveel mogelijk het Janssen-vaccin in te zetten. Eén prik volstaat. Dat is qua gezondheidsuitkomst en kosteneffectiviteit te verkiezen." Tot slot geeft de Gentse prof nog mee er persoonlijk voorstander van te zijn om de 18-30-jarigen in juni/begin juli te vaccineren met het Janssen-vaccin. "Zo geven we een belangrijk signaal. Van deze groep wordt zeer veel gevraagd terwijl men maatschappelijk soms onvoldoende naar hen luistert. Op die manier maken we de verbinding."