...

Dat gezegd zijnde. Ongetwijfeld heeft dergelijke (negatieve) berichtgeving een impact op het beeld dat mediagebruikers hebben over het welzijn van artsen. Wie zelf in het veld staat, weet dat er ook een tegengestelde, positieve kant is: bevlogenheid. Is het maar een indruk of zien we daarover veel minder verschijnen? Toch geldt voor beide verschijnselen dezelfde kernvraag: hoe zorgen we ervoor dat mensen bevlogen blijven? In deze special voor jonge artsen legden we de vraag voor aan enkele geneeskundestudenten - de artsen van morgen. Uit hun antwoorden kwam een duidelijke boodschap naar voren: laat ons iets doen. Geniaal in zijn eenvoud. Bevlogen mensen bruisen inderdaad van energie en werklust. Los daarvan is het goed te begrijpen dat je zo snel mogelijk in de praktijk wil staan van de richting waar je voor studeert. Al doende leert men nu eenmaal. Maar ook: hoe sneller je weet of je studie al dan niet iets voor jou is. The proof of the pudding is in the eating. Kijk, twee spreekwoorden in één paragraaf. Als dat niet van bevlogenheid getuigt. Met de proclamaties van de basisartsen in zicht, brengt Artsenkrant opnieuw een editie uit die zich in het bijzonder richt tot beginnende artsen. Doorheen de verschillende rubrieken stemden we de inhoud af op ons doelpubliek van vandaag: nu eens brengen we een informatief artikel met concrete tips waarmee jongeren aan de slag kunnen, dan weer geven we jonge medici zelf het woord. Verder in dit nummer getuigen verschillende studenten bijvoorbeeld over hun eigen onderneming. Anderen vertellen over hun extra-curriculaire initiatieven in het buitenland. Dat lijkt dus wel snor te zitten met die bevlogenheid.