...

De gezondheidszorg moet besparen. Artsen moeten besparen. Daar is geen ontkomen aan. De overheid heeft een oproep gedaan naar de beroepsverenigingen om intern te overleggen en voorstellen te formuleren. Maar zal de overheid daar naar luisteren? Of is alles al beslist? De gynaecologen maken zich alvast zorgen, zegt Johan Van Wiemeersch van de Vlaamse Vereniging voor Gynaecologie en Verloskunde (VVOG).Zijn de gynaecologen niet bereid om te besparen?Uiteraard beseffen wij dat iedereen een inspanning moet doen. Wij hebben dan ook binnen de beroepsbelangencommissie van onze vereniging gedebatteerd en hebben een consensus bereikt om een substantiële besparing te realiseren. Gynaecologen weten maar al te goed dat het zinloos is, bijna immoreel, om in tijden van crisis te gaan praten over extra honoraria. Maar we willen toch vermelden dat een aantal dossiers ons dwars zit. Zo is de bevalling de enige medische prestatie waarvoor geen nachttarief bestaat, wat bijvoorbeeld voor vroedvrouwen wel het geval is. Een ander voorbeeld is de nomenclatuur voor verloskundige echografie, die is al 20 jaar niet aangepast. Ondanks de enorme evolutie in de apparatuur, gekoppeld aan een grotere nood aan opleiding en expertise en een grotere medicolegale verantwoordelijkheid. Wij wensen dat toch even te vernoemen in dit debat.Uit goede bron vernemen wij dat de overheid wil besparen op het aantal baarmoederhalsuitstrijkjes: die zouden maar om de drie jaar meer worden terugbetaald.Geneeskunde is meer dan evidence-based medicine. In de praktijk zal dat betekenen dat vrouwen gemiddeld meer dan drie jaar zullen wachten om een uitstrijkje te laten afnemen. Met dus gemiste diagnoses tot gevolg. We weten ook dat er vals negatieve onderzoeken zijn; een interval van drie jaar is dan veel te lang. In die context zullen ook de anatoom-pathologen een grotere verantwoordelijkheid dragen, en vaker een controleonderzoek vragen. De overheid vergelijkt met andere Europese landen.Men vergelijkt appelen met citroenen. In landen met een langere interval is er een goed georganiseerd screeningsprogramma. Er is enerzijds een centrale registratie en anderzijds een call-recall systeem. In Vlaanderen zijn we nog niet verder gekomen dan een commissie met enkel goede intenties maar nog geen resultaat. Wij kunnen enkel achter een verlenging van het interval staan als de overheid een opsporing voor baarmoederhalskanker lege artis kan organiseren. Een simpele verlenging kunnen we niet accepteren.De maatregel maakt onrechtstreeks definitief komaf met het jaarlijkse bezoek bij de gynaecoloog. Is dat ook een reden om niet akkoord te gaan?Uiteraard, men mag het belang van een regelmatige gynaecologische controle niet onderschatten. Er is meer dan het uitstrijkje, en dat is precies wat patiënten niet altijd beseffen. Sommigen denken dat het alleen om het uitstrijkje gaat. De gynaecoloog is en blijft een belangrijk vertrouwenspersoon. Counseling voor contraceptie; counseling, screening en behandeling van de steeds vaker voorkomende soa's; up to date informatie over postmenopauzebehandelingen; informatie en individualisatie van borstkankerscreening, zijn enkele voorbeelden die het belang van het jaarlijks onderzoek illustreren.Waar willen gynaecologen dan besparen?In de subspecialisatie fertiliteit blijkt wat ruimte voor besparing te bestaan. Wij hebben dan ook een paar voorstellen geformuleerd. Ik wil toch even vermelden dat de bezuinigingen die we ter tafel leggen in overleg zijn voorgesteld met de fertiliteitspecialisten. De leden van de Belgian Society of Reproductive Medicine hebben hierover vergaderd en zelf een initiatief genomen voor besparingsmaatregelen van ongeveer vier miljoen euro per jaar.Hoe is dat te verwezenlijken?Een eerste belangrijke maatregel is het verlagen van de leeftijdsgrens voor zowel intra-uteriene inseminaties (IUI) als voor in-vitrofertilisatie (ivf), respectievelijk van 45 naar 41 en van 42 naar 41 jaar. Eveneens zal het aantal IUI's beperkt worden tot zes. Verder zullen er richtlijnen komen om het aantal ivf-cycli te beperken door bijvoorbeeld in geselecteerde gevallen eerst een IUI uit te voeren.Wat stellen de gynaecologen concreet voor?Wij zijn vragende partij voor een sereen overleg met de overheid. Goede communicatie is essentieel, en komt niet alleen beide partijen ten goede, maar ook de patiënten. Op dit moment is het syndicaat de enige gesprekspartner. Maar onze verzuchtingen en constructieve standpunten die ik heb vermeld, moeten toch op één of andere manier de overheid bereiken. Vandaar dat de gynaecologen denken dat een sensibiliseringscampagne over de terugbetaling van het uitstrijkje en het regelmatig bezoek aan de gynaecoloog op zijn plaats is. Bovendien is de VVOG zeer goed georganiseerd en de standpunten worden gedragen door bijna alle gynaecologen.