...

De Orde stelt vast dat elektronische communicatie het gevaar van lekken of van onrechtmatige toegang tot de gegevens niet absoluut tot nul kan herleiden. Maar artsen kunnen zelf het risico dat de privacy van de patiënt daardoor in gedrang komt, tot een minimum herleiden, aldus de Orde.Medische gegevens elektronisch kunnen uitwisselen, is echt wel belangrijk, vindt de Orde. Als dat met de nodige voorzorgen gebeurt, houdt het op zich geen bedreiging in voor het beroepsgeheim.De Orde verwijst zelf, bij wijze van voorbeeld, naar enkele basisregels die iedere arts kan en moet respecteren: de gebruikte informatienetwerken zijn voldoende beveiligd en ondergaan regelmatig controle op veiligheidslekken; de toegang ertoe moet bijvoorbeeld goed bewaakt worden (inloggen met eID); wachtwoorden zijn voldoende 'performant' (lees: niet te raden en zeer moeilijk te kraken); de computer is uitgerust met goede antivirussoftware; de arts sluit de toepassingen af wanneer hij/zij stopt met werken; firma's waarmee men werkt, garanderen de confidentialiteit contractueel; een computer met gevoelige gegevens wordt enkel ingezet voor beroepsdoeleinden.Verder verwijst de Orde nog naar een referentiedocument voor het elektronisch verwerken van de persoonsgegevens, opgesteld door de Privacycommissie.