Wanneer een arts telemonitoring noodzakelijk vindt, moet hij zelf een financiële regeling uitwerken met zijn patiënt - dat in afwachting van een wettelijke regeling. Hij kan zijn verantwoordelijkheid niet doorschuiven naar een firma. Dat zou in strijd kunnen zijn met de deontologie, vindt de Orde.
...
Wanneer een arts telemonitoring noodzakelijk vindt, moet hij zelf een financiële regeling uitwerken met zijn patiënt - dat in afwachting van een wettelijke regeling. Hij kan zijn verantwoordelijkheid niet doorschuiven naar een firma. Dat zou in strijd kunnen zijn met de deontologie, vindt de Orde.De Nationale Raad van de Orde van geneesheren onderzocht een vraag van een arts. Die luidde als volgt: "Een arts oordeelt dat telemonitoring noodzakelijk is voor de behandeling van een patiënt met hartfalen. Een bedrijf levert de toestellen, neemt de transmissie en het technisch support op zich en rekent dit aan de patiënt door via een maandelijks abonnement. Van deze som stort het bedrijf een deel door aan de huisarts en aan de specialist als compensatie voor de supervisie en de reactie op de alarmen van de thuismonitoring."EindverantwoordelijkheidDe Orde wijst dit scenario van de hand: "de financiële aspecten van het beschreven systeem kunnen leiden tot een belangenconflict tussen de verschillende actoren". Als de arts telemonitoring noodzakelijk vindt, moet hij zelf met de patiënt een billijke vergoeding afspreken voor de supervisie en het reageren op een alarmsituatie. De arts blijft verantwoordelijk, vindt de Orde: "Hij dient de patiënt voorafgaandelijk te informeren aangaande de te nemen schikkingen bij alarmen of bij urgente situaties." En: "De arts zal van zijn kant erover waken dat de firma de nodige waarborgen voorziet omtrent de biotechnische veiligheid en het onderhoud van de monitors en de permanente beschikbaarheid van de geregistreerde signalen."RegelingDe Orde stelt dat ze zich bewust is van het belang van telemonitoring bij hartfalen. Ze weet ook dat er momenteel geen terugbetaling is voorzien. Als deze technologie geaccepteerd wordt, moeten er ook financieringsvormen komen en een juridisch kader gecreëerd worden, vindt ze.In dat verband verwijst de Orde naar een KCE-rapport over de 'bewaking op afstand' van geïmplanteerde defibrillatoren (ICD-toestellen). Dat KCE-rapport (136A) dateert intussen van twee jaar geleden.