...

Vandaag werkt Marc-Jan Janssen één dag in de week als cartoonist. De overige dagen is hij gynaecoloog- oncoloog in het Medisch Spectrum Twente. "Ik wilde kunstacademie studeren", vertelt dr. Janssen enthousiast, "maar mijn ouders drukten me op het hart toch eerder een job te kiezen waarmee ik geld kon verdienen" (lacht). Marc-Jan Janssen: "Geneeskunde, en dan vooral interne geneeskunde, sprak me aan omwille van het gepuzzel om tot een diagnose te komen. Maar ik wilde niet alleen maar bezig zijn met cijfertjes. Ik wilde iets doen met mijn handen! - het tekenbloed kruipt wellicht waar het niet gaan kan. Gynaecologie bleek voor mij de ideale combinatie van denkwerk en actie." Ook in zijn subspecialisatie oncologie is dr. Janssen's streven naar creativiteit terug te vinden. "Een baarmoeder verwijderen kan normaal elke gynaecoloog", licht de arts-cartoonist zijn keuze toe, "maar bij een oncologische patiënt is de anatomie zodanig veranderd, dat je veel creatiever moet handelen om tot het gewenste eindresultaat te komen." "Mijn opdrachtgevers komen zowel uit de medische wereld als daarbuiten. Zo teken ik onder meer voor het Nederlandse patiëntenblad Olijf, voor vrouwen met gynaecologische kanker, voor het Nederlands Tijdschrift voor Obstetrie en Gynaecologie, maar ook voor de opiniewebsite van BNNVARA, joop.nl. Voor die laatste website kruipt hij dagelijks in de tekenpen. "Met de tekening zelf ben ik doorgaans op een kwartiertje klaar, sust dr. Janssen. Het denkproces gebeurt tijdens het autotraject naar en van het ziekenhuis, een rit van telkens ander- half uur. Erg handig om cartoons te bedenken", lacht dr. Janssen. "Ik put heel veel ideeën uit het dagelijkse leven", vervolgt de gynaecoloog- oncoloog. Vandaag (het interview werd afgenomen begin september, nvdr) bedacht ik bv. een cartoon over de heropening van de scholen. Voor de ventilatie staan de ramen de hele tijd open. Mijn dochter app'te mij: "ik heb het zo koud, papa!" In mijn cartoon steekt een jongetje zijn hand op, en zegt hij dat hij last heeft van een snotneus, een zere keel en verkouden wordt. (glimlacht) Klachten waar je coronagewijs prompt mee naar huis gestuurd wordt!" Of hij (nog) niet uitgekeken is op het onderwerp corona? "Nee, er valt elke dag wel iets nieuws te bedenken." Alleen (over) Trump tekent hij niet meer. "Het wordt bijna te gek voor woorden." Dokter Janssen gebruikt zijn tekentalent ook in het kabinet. "Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt dat een patiënt maar drie procent onthoudt van wat je als arts vertelt tijdens de consultatie. Ondersteun je je uitleg met een illustratie, dan wordt dit acht procent. Als ik zie dat een patiënt het moeilijk heeft om te begrijpen wat ik zeg, haal ik mijn pen en tekenblok boven en teken ik een soort ganzenbord aangepast aan het traject en persoonlijke verhaal van de patiënt zodat zij exact weet wat zij kan verwachten. Vervolgens neemt zij de tekening mee naar huis, waar zij voortaan een kapstok heeft om zijn verhaal aan op te hangen. Patiënten appreciëren dit initiatief erg. Laatst nog haalde een patiënte, bij het afsluiten van haar follow-up, een vijf jaar oude tekening van mij boven met de vraag of ik ze wilde ondertekenen. Met veel plezier heb ik dat gedaan." Het ziekenhuis hangt overigens vol met tekeningen van Marc-Jan Janssen. Elke maand helpt hij collega's in het kader van het NIAZ-accreditatietraject de aandacht te vestigen op welbepaald thema: nu eens patiëntveiligheid, dan weer medicatiebeleid, ... Als 'medisch manager' Janssen zet zijn tekeningen ook in bij de vergaderingen tussen artsen en managers. "Opdat we elkaars perspectief beter zouden begrijpen." Ook in zijn functie als arts is tekenen dus erg aanwezig. Of dr. Janssen overweegt om ooit de stap te zetten en zich voltijds op het tekenen te smijten? Het lijkt een aanlokkelijk voorstel, maar Marc-Jan Janssen twijfelt niet: voorlopig blijft hij zijn job als arts en cartoonist gewoon combineren. "Omdat ik ook nog arts ben, kan ik het mij permitteren om eens een dag geen inspiratie te hebben. De realiteit is dat je met tekenen niet heel veel verdient", haalt dr. Janssen zijn schouders op. "Men wil ook steeds minder betalen voor een tekening. Alsof het een hobby is, en geen vak. Dat vind ik, uiteraard, verkeerd. Je bent toch een tijdje bezig met één tekening. Dat werk mag best naar waarde geschat worden."