...

Artsen moeten een minimumactiviteit hebben om het (volledige) sociaal statuut te kunnen krijgen of hun accreditering te verwerven. Als criterium geldt een minimumbedrag dat in de loop van het jaar is gefactureerd voor Riziv-prestaties.Huisartsen moeten minimum voor 25.000 euro hebben gefactureerd via de nomenclatuur, klinisch biologen 75.000 euro - het bedrag varieert naargelang het mediane inkomen in een bepaald specialisme.Maar in 2020 kwam covid hier toch roet in het eten gooien. "Ik haalde twee voorbeelden aan op de Commissie Artsen-Ziekenfondsen", vertelt dokter Marc Moens (BVAS). "Een orthopedisch chirurg heeft sinds half maart nog amper ingrepen kunnen uitvoeren. Hij haalt de minimumdrempel voor zijn specialisme misschien niet.""Deze specialisten hebben zwaar inkomstenverlies geleden, en daarbovenop dreigen ze dan nog eens hun sociaal statuut te verliezen", aldus Moens."Klinisch biologen hebben tijdens de covidcrisis bergen werk moeten verzetten, tot in de late uren en ook tijdens het weekend. Maar dat waren geen prestaties die via de nomenclatuur kunnen worden gerekend - er kwam daar een aparte financiering voor.""Ondanks hun inspanningen dreigen ook klinisch biologen daarmee uit de boot te vallen voor het sociaal statuut."Reinier Hueting wijst erop dat ook huisartsen daarvan het slachtoffer worden. "Die hadden veel teleconsultaties maar dat waren pseudonomenclatuurnummers. In het KB moet worden opgenomen dat al die covidprestaties ook meetellen om de minimumactiviteit te halen."Volgens hem worden de drempels in 2020 een kwart lager gelegd.Hij wijst erop dat dezelfde minimumactiviteit bij huisartsen bepalend is voor het bedrag van het sociaal statuut en het verwerven van de accreditering, maar ook voor het kunnen krijgen van een praktijkpremie.Een oplossing is in de maak. Preciezere details volgen later.