...

Indien iemand wilsonbekwaam wordt ( bv. ten gevolge van dementie of na een verkeersongeval), dan kan deze persoon zijn goederen zelf niet meer beheren. Hij kan op dat moment ook geen volmacht meer geven aan iemand anders om dat beheer waar te nemen. Zo'n volmacht zal nu eenmaal niet geldig zijn.Ook een reeds voordien gegeven volmacht kan geen uitwerking meer hebben. De uitwerking van een volmacht eindigt nu eenmaal op het moment dat de volmachtgever wilsonbekwaam wordt. Ook kinderen (zelfs als zijn ze het enige kind) kunnen niet zomaar het beheer van het vermogen van hun ouders die wilsonbekwaam zijn op zich nemen.Er bestaat echter een uitzondering op die regel. Meer bepaald kan iemand die nog wel wilsbekwaam is een zogenaamde zorgvolmacht geven. Hierbij wordt aan een vertrouwenspersoon een volmacht gegeven om als de volmachtgever wilsonbekwaam wordt in zijn naam op te treden. De volmachtgever kiest daarbij zelf wie hij als gevolmachtigde aanduidt. Dat kan een familielid zijn of iemand totaal anders. Er kunnen ook meerdere vertrouwenspersonen worden aangeduid die samen moeten optreden of die verschillende bevoegdheden toegekend krijgen.In de zorgvolmacht wordt ook aangegeven welke bevoegdheden de vertrouwenspersoon precies krijgt. Dat kan gaan van daden van beheer (zo bv. het verhuren van onroerende goederen) tot zelfs daden van beschikking (bv. het verkopen van onroerende goederen). Binnenkort wordt het allicht ook mogelijk in de zorgvolmacht zaken te regelen die niet louter het vermogen betreffen. Zo zal men bijvoorbeeld ook kunnen aangeven naar welk rusthuis men wil gaan enz.Uw patiënt kan strikt gezien zelf de zorgvolmacht opstellen. Het is niettemin beter om deze op te laten maken door een notaris. Die kan de exacte wensen vertalen in juridisch correcte bewoordingen. De tussenkomst van een notaris is verplicht als de vertrouwenspersoon ook daden van beschikking mag stellen. De volmacht moet geregistreerd worden in het Centraal Register van Lastgevingsovereenkomsten. De notaris kan hiervoor zorgen. Uw patiënt kan zich ook wenden tot de griffie van het vredegerecht om daar de registratie te laten doen.Voor mensen die gehuwd zijn bestaat er een alternatief. Een van de echtgenoten kan in dat geval een zogenaamde indeplaatsstelling aan de rechtbank vragen. Meer bepaald kan, als een echtgenoot die in de onmogelijkheid verkeert zijn wil te kennen te geven of wilsonbekwaam is, geen lasthebber heeft aangesteld of geen wettelijke vertegenwoordiger heeft, de andere echtgenoot aan de familierechtbank vragen om in zijn plaats te worden gesteld voor de uitoefening van al zijn bevoegdheden of een gedeelte ervan.Om een gerechtelijke indeplaatsstelling te krijgen, moet een verzoekschrift neergelegd worden bij de familierechtbank van de laatste echtelijke verblijfplaats. De echtgenoot die de indeplaatsstelling vraagt kan zeer ruime bevoegdheden krijgen. Het kan daarbij zowel gaan om bevoegdheden met betrekking tot het gemeenschappelijk vermogen als met betrekking tot het bestuur van het eigen vermogen van de wilsonbekwame echtgenoot. De gerechtelijke indeplaatsstelling kan verder slaan op welbepaalde rechtshandelingen of kan algemeen zijn. De indeplaatsgestelde echtgenoot mag geen schenkingen doen met het vermogen van zijn partner.Is er geen zorgvolmacht, dan kan elke belanghebbende naar de vrederechter stappen en vragen dat die een voorlopig bewindvoerder aanstelt. Meestal moet bij het verzoekschrift een recent medisch attest worden gevoegd. De vrederechter zal op die vraag ingaan als uw patiënt inderdaad niet meer in staat is om zijn vermogen te beheren.De vrederechter beslist wie er als voorlopig bewindvoerder wordt aangeduid. Dat kan bv. een familielid zijn of een advocaat. De vrederechter kan ook iemand als vertrouwenspersoon aanduiden. Dat is diegene die tussen de onbekwame en de voorlopig bewindvoerder staat. Dit kan bv. het familielid zijn waarmee de onbekwame de beste relatie heeft of waarin die het meeste vertrouwen heeft.Welke bevoegdheden aan de bewindvoerder toekomen wordt beslist door de vrederechter. Bij die beslissing wordt rekening gehouden met de toestand van uw patiënt. Het uitgangspunt van de wet is dat de beschermde persoon zelf zo veel mogelijk bevoegdheden behoudt.