...

Als er een mastectomie moet worden uitgevoerd om therapeutische (borstkanker) of om preventieve redenen (genetische aanleg voor borstkanker, zoals een mutatie van het BRCA-gen), stellen chirurgen de patiënte vaak voor om onmiddellijk een borstreconstructie uit te voeren. Bij klassieke chirurgie worden insneden gemaakt op of onder de borst, die een zichtbaar, blijvend litteken nalaten van 15 tot 20 centimeter lang. Dat kan psychisch leed veroorzaken bij de patiënten en hun zelfvertrouwen, levenskwaliteit en vrouwelijkheid aantasten. Waarom kan men dat litteken dan niet elders verbergen, zoals onder de oksel? Helaas heeft een chirurg te weinig zicht en bewegingsruimte om dat soort ingreep in goede omstandigheden uit te voeren. Dat is echter wel mogelijk met een chirurgische robot, en dan nog niet met om het even welke maar die van de nieuwste generatie: de Da Vinci Xi. Die robot werd in de Verenigde Staten ontwikkeld door de NASA en beschikt over vier buigzame armen, een trocart voor de incisie, een 3D-microcamera in HD en chirurgische instrumenten. De chirurg bedient de armen van de robot met behulp van een console met twee joysticks. De armen en de camera worden in de borst ingebracht via kleine insneden aan de zijkant, onder de oksel van de patiënte. Vervolgens wordt er lucht ingeblazen, waardoor de huid loskomt van de borstklier, en wordt de klier volledig losgemaakt. Tot slot wordt de borstklier van de pectorisspier losgemaakt en worden de twee eerste incisies verbonden zodat ze kan worden verwijderd. Daarna wordt de prothese geplaatst via dezelfde incisie, zoals al gebeurt bij plastische chirurgie. De robotgestuurde ingreep duurt tussen 2.30 en 3 uur, wat 30 tot 45 minuten langer is dan met de klassieke methode. De opname in het ziekenhuis duurt even lang. Een kleiner litteken van slechts 4 tot 5 centimeter, net onder de oksel, heeft onmiskenbare esthetische en psychologische voordelen. Bovendien zou het feit dat het litteken niet langer rechtstreeks in contact komt met de prothese het risico moeten beperken op postoperatieve complicaties zoals infectie, huidnecrose, opengaan van de wond of verwijdering van de borstprothese. Tot dusver zijn twee patiënten met succes geopereerd. Bij de ene is een dubbele mastectomie uitgevoerd met robotchirurgie, bij de andere is aan de ene kant een klassieke mastectomie uitgevoerd, en aan de andere kant een mastectomie met robotchirurgie. Beide patiënten zijn tevreden over het resultaat en zeggen dat ze geen spijt hebben over hun keuze. Vanuit medisch oogpunt zal een conclusie worden getrokken op het eind van de studie. De ingrepen werden immers toegestaan door het geneesmiddelenagentschap in het kader van de klinische studie onder de naam 'MARCI', met een protocol waarin 35 patiënten voorzien zijn.