...

De studie omvatte 1.060 vrouwen met een lobulair carcinoma in situ zonder borstkanker, die in behandeling genomen werden tussen 1980 en 2009. De mediane leeftijd op het ogenblik van de diagnose van lobulair carcinoma in situ was 50 jaar (range = 27-83 jaar). Een bilaterale profylactische mastectomie werd uitgevoerd bij 56 patiënten (5%) en 1.004 werden er opgevolgd met (n = 173) of zonder (n = 831) chemopreventie. Bij een mediane opvolgtermijn van 81 maanden (range = 6-368 maand) van 1.032 vrouwen die opgevolgd werden met of zonder chemopreventie, hebben 150 vrouwen in totaal 168 borstkankers ontwikkeld (63% ipsilateraal, 25% contralateraal, en 12% bilateraal). De histologie toonde een ductaal carcinoma in situ (DCIS) in 35% van de gevallen, een infiltrerend ductaal carcinoom in 29%, een infiltrerend lobulair carcinoom in 27%, en andere in 9%. De jaarlijkse incidentie was 2% per jaar in de eerste zes jaar na de diagnose van lobulair carcinoma in situ, zonder enige tendens tot plateauvorming tot minstens 150 maanden. De gecumuleerde incidentie was 26% op 15 jaar. De mediaan tijdsduur op het ogenblik van de diagnose was 50 maanden. Een occulte kanker werd teruggevonden bij zes (11%) van de patiënten die een profylactische mastectomie hadden ondergaan (drie invasieve carcinomen kleiner dan één centimeter en drie DCIS). Het gecumuleerd borstkankerrisico op 10 jaar was 7% bij vrouwen die chemopreventie kregen en 21% bij vrouwen zonder chemopreventie (P <0,001). Bij een multivariate analyse die onder meer rekening hield met de leeftijd, de densiteit van de borsten op de mammografie en de familiale voorgeschiedenis voor borstkanker, was het gebruik van chemopreventie significant geassocieerd aan een reductie van de risico's (hazard ratio = 0,27, P ≤ 0,001).