Los van mezelf, ben ik blij dat er een psychiater bij de selectie zit, reageert Joris Vandenberghe als we hem feliciteren met zijn nominatie. "Waarom? Omdat ik van (co)assistenten wel eens hoor dat hun keuze voor psychiatrie vaak op verbazing stuit. Psychiaters? Die hebben zelf een vijs los."

Joris Vandenberghe laat het niet aan zijn hart komen. Naast liaisonpsychiatrie (de psychiatrische zorg in het algemeen ziekenhuis, nvdr) doet hij veel raadpleging. Hij ontwikkelde een bijzondere expertise in ethiek en psychiatrie, en in het raakvlak tussen lichaam en geest, tussen psychiatrie en de rest van de geneeskunde.

"Een psychiater is in de eerste plaats een arts", zegt Vandenberghe. "Daarom vind ik het uitermate belangrijk om op de hoogte te blijven van nieuwe evoluties, farmaca en behandelingen in de algemene geneeskunde. Door aandoeningen vanuit een breed perspectief te bekijken, zie je vaak andere dingen dan wanneer je alleen vanuit je eigen 'hokje' kijkt."

Van mens tot mens

Hoe veel voldoening de zorg voor de individuele patiënt ook geeft, er blijft het verlangen om op grotere schaal iets te betekenen voor de geestelijke gezondheidszorg

In heel zijn verhaal zal de patiënt centraal staan. Een cliché - dat weet Vandenberghe zelf -, maar het is echt zo: "Drukke agenda of niet, de zorgvuldige zorg voor mijn patiënten krijgt altijd voorrang." Joris Vandenberghe: "De grootste voldoening haal ik telkens weer uit de juiste golflengte vinden in een gesprek met de patiënt en zijn familie, het leggen van contact met de mens achter de patiënt, zijn of haar leefwereld, dromen, pijn, verwachtingen, geschiedenis... Als psychiater is de manier waarop je omgaat met mensen je belangrijkste werkinstrument."

De essentie van zorg is voor hem dan ook de zorgrelatie: de ontmoeting tussen de hulpverlener en de patiënt (en zijn familie). "Wat in de eerste plaats een ontmoeting is van mens tot mens", zegt Vandenberghe. Sommige patiënten met een ernstige psychiatrische aandoening volgt de psychiater al sinds het begin van zijn carrière als arts, 21 jaar geleden. Een aantal onder hen heeft hij uit een diep dal zien klauteren. "Ik geloof dat continuïteit van de zorgrelatie, zeker in psychiatrie, belangrijker is dan continuïteit van de zorg tout court."

De genomineerden

Dit jaar organiseert Artsenkrant/Le Journal du Médecin samen met het VBS voor de tweede keer de prijs 'Specialist van het Jaar'. Vorige maand vergaderde de jury over de 21 dossiers van artsen voorgedragen door de beroepsverenigingen aangesloten bij het VBS en selecteerde vijf Nederlands- en vijf Franstalige artsen. Dat op basis van een aantal welbepaalde criteria (communicatie, empathie, samenwerking, enz.).

De Nederlandstalige genomineerde artsen stellen we in vijf opeenvolgende edities aan u voor. Daarna krijgt u, lezer van Artsenkrant, het laatste woord. U kan uw stem uitbrengen op de kandidaat van uw keuze. Wie de meeste stemmen haalt, wordt 'Specialist van het Jaar'.

Euthanasie in psychiatrie

Hoe veel voldoening de zorg voor de individuele patiënt ook geeft, er blijft het verlangen om op grotere schaal iets te betekenen voor de geestelijke gezondheidszorg, vertelt prof. Vandenberghe. Van raden en comités in het ziekenhuis tot bestuurs- en werkgroepen in de bredere samenleving (Belgisch Raadgevend Comité voor Bio-Ethiek, bestuur van de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie (VVP), werkgroep ter hervorming van de wet gedwongen opname van de FOD Justitie, ...). Zijn streven: ethische thema's uitwerken en op de kaart zetten.

In de visietekst over euthanasie en psychisch lijden die de VVP eind vorig jaar naar buiten bracht, nam Vandenberghe samen met collega-psychiater Koen Titeca (AZ Groeninge) zeer duidelijk het voortouw. "In Vlaanderen zijn we slechts met een kleine groep psychiaters zo intensief betrokken bij de thematiek. We vonden het onze verantwoordelijkheid om tot een compromis te komen over zorgvuldigheidscriteria." De psychiater is nationaal en internationaal een gezaghebbende stem in het euthanasiedebat in de psychiatrie. Eerder dit jaar verdedigde hij nog zijn genuanceerde standpunt in New England Journal of Medicine.

Symposium over de kwaliteit van de opleiding

Op zaterdag 24 november reikt minister De Block de award 'De Specialist van het jaar' uit. Aansluitend organiseert het VBS in samenwerking met Artsenkrant een interessant symposium over de kwaliteit van de opleiding tot arts-specialist. Het programma vindt u hier.

In zijn dagelijks werk en samenwerking met collega's noemt Vandenberghe zich eerder de kritische secondant die oproept tot reflectie en zo probeert te wegen op discussies en de weg die wordt ingeslagen. "Ik vind het belangrijk om erover te waken dat beslissingen niet tot gevolg hebben dat er tijd en ruimte voor patiënten verloren gaat", vervolgt Vandenberghe. "Het is geen geheim dat ik een koele minnaar ben van accreditatie. Als zorginstelling win je dan wel aan patiëntveiligheid, maar al dat registreren en papierwerk heeft ook een kost."

Hersteldenken

Op de vraag of we als zorgorganisatie nog iets kunnen betekenen voor een patiënt die schijnbaar uit behandeld is, is het antwoord in principe nooit nee

Wat de psychiater opnieuw brengt bij het centraal stellen van de patiënt. "Ik geloof dat innovatie in de psychiatrie - en in de geneeskunde in het algemeen - op dit moment vooral het consequent doortrekken van hersteldenken is. En dit in alle aspecten van de zorg: de patiënt echt horen in zijn zorgen, noden en wensen, mét inbreng van ervaringsdeskundigheid, ook in de organisatie van de zorg. Prof. Vandenberghe: "Op de vraag of we als zorgorganisatie nog iets kunnen betekenen voor een patiënt die schijnbaar uit behandeld is, is het antwoord in principe nooit nee. Misschien is de aandoening an sich niet meer te behandelen, je kan als team wel blijven zoeken naar manieren om de levenskwaliteit van de patiënt te verbeteren."

Maar nog te veel is onze zorg herstelbelemmerend, zegt de psychiater in eenzelfde adem. "Nog te vaak moet de patiënt zich aanpassen aan de zorg in plaats van omgekeerd. Wat maakt het uit dat een patiënt de hele dag bezoek kan ontvangen in plaats van aan bezoekuren gebonden te zijn, als dat bijdraagt tot zijn herstel?"

Zelfzorg

Dagelijks komt Vandenberghe in aanraking met mensen die kwetsbaar in het leven staan. "Of ik daardoor extra oog heb voor zelfzorg? Soms is gedreven zijn en tegelijk je eigen grenzen bewaken een moeilijke evenwichtsoefening", erkent de psychiater. Onder zijn patiënten ziet hij ook veel collega's die zichzelf voorbij dreigen te hollen. "Het beroep van arts kan, ondanks de vele samenwerkingen, heel zwaar en eenzaam zijn. UZ Leuven richtte recent een groep op van artsen voor artsen - een stap in de goede richting."

De psychiater hoopt dat de vzw Doctors4Doctors volgend jaar genomineerd wordt voor de Specialist van het Jaar. "Al zitten daar natuurlijk ook huisartsen tussen!", glimlacht hij.

Los van mezelf, ben ik blij dat er een psychiater bij de selectie zit, reageert Joris Vandenberghe als we hem feliciteren met zijn nominatie. "Waarom? Omdat ik van (co)assistenten wel eens hoor dat hun keuze voor psychiatrie vaak op verbazing stuit. Psychiaters? Die hebben zelf een vijs los."Joris Vandenberghe laat het niet aan zijn hart komen. Naast liaisonpsychiatrie (de psychiatrische zorg in het algemeen ziekenhuis, nvdr) doet hij veel raadpleging. Hij ontwikkelde een bijzondere expertise in ethiek en psychiatrie, en in het raakvlak tussen lichaam en geest, tussen psychiatrie en de rest van de geneeskunde."Een psychiater is in de eerste plaats een arts", zegt Vandenberghe. "Daarom vind ik het uitermate belangrijk om op de hoogte te blijven van nieuwe evoluties, farmaca en behandelingen in de algemene geneeskunde. Door aandoeningen vanuit een breed perspectief te bekijken, zie je vaak andere dingen dan wanneer je alleen vanuit je eigen 'hokje' kijkt."In heel zijn verhaal zal de patiënt centraal staan. Een cliché - dat weet Vandenberghe zelf -, maar het is echt zo: "Drukke agenda of niet, de zorgvuldige zorg voor mijn patiënten krijgt altijd voorrang." Joris Vandenberghe: "De grootste voldoening haal ik telkens weer uit de juiste golflengte vinden in een gesprek met de patiënt en zijn familie, het leggen van contact met de mens achter de patiënt, zijn of haar leefwereld, dromen, pijn, verwachtingen, geschiedenis... Als psychiater is de manier waarop je omgaat met mensen je belangrijkste werkinstrument."De essentie van zorg is voor hem dan ook de zorgrelatie: de ontmoeting tussen de hulpverlener en de patiënt (en zijn familie). "Wat in de eerste plaats een ontmoeting is van mens tot mens", zegt Vandenberghe. Sommige patiënten met een ernstige psychiatrische aandoening volgt de psychiater al sinds het begin van zijn carrière als arts, 21 jaar geleden. Een aantal onder hen heeft hij uit een diep dal zien klauteren. "Ik geloof dat continuïteit van de zorgrelatie, zeker in psychiatrie, belangrijker is dan continuïteit van de zorg tout court."Hoe veel voldoening de zorg voor de individuele patiënt ook geeft, er blijft het verlangen om op grotere schaal iets te betekenen voor de geestelijke gezondheidszorg, vertelt prof. Vandenberghe. Van raden en comités in het ziekenhuis tot bestuurs- en werkgroepen in de bredere samenleving (Belgisch Raadgevend Comité voor Bio-Ethiek, bestuur van de Vlaamse Vereniging voor Psychiatrie (VVP), werkgroep ter hervorming van de wet gedwongen opname van de FOD Justitie, ...). Zijn streven: ethische thema's uitwerken en op de kaart zetten.In de visietekst over euthanasie en psychisch lijden die de VVP eind vorig jaar naar buiten bracht, nam Vandenberghe samen met collega-psychiater Koen Titeca (AZ Groeninge) zeer duidelijk het voortouw. "In Vlaanderen zijn we slechts met een kleine groep psychiaters zo intensief betrokken bij de thematiek. We vonden het onze verantwoordelijkheid om tot een compromis te komen over zorgvuldigheidscriteria." De psychiater is nationaal en internationaal een gezaghebbende stem in het euthanasiedebat in de psychiatrie. Eerder dit jaar verdedigde hij nog zijn genuanceerde standpunt in New England Journal of Medicine.In zijn dagelijks werk en samenwerking met collega's noemt Vandenberghe zich eerder de kritische secondant die oproept tot reflectie en zo probeert te wegen op discussies en de weg die wordt ingeslagen. "Ik vind het belangrijk om erover te waken dat beslissingen niet tot gevolg hebben dat er tijd en ruimte voor patiënten verloren gaat", vervolgt Vandenberghe. "Het is geen geheim dat ik een koele minnaar ben van accreditatie. Als zorginstelling win je dan wel aan patiëntveiligheid, maar al dat registreren en papierwerk heeft ook een kost."Wat de psychiater opnieuw brengt bij het centraal stellen van de patiënt. "Ik geloof dat innovatie in de psychiatrie - en in de geneeskunde in het algemeen - op dit moment vooral het consequent doortrekken van hersteldenken is. En dit in alle aspecten van de zorg: de patiënt echt horen in zijn zorgen, noden en wensen, mét inbreng van ervaringsdeskundigheid, ook in de organisatie van de zorg. Prof. Vandenberghe: "Op de vraag of we als zorgorganisatie nog iets kunnen betekenen voor een patiënt die schijnbaar uit behandeld is, is het antwoord in principe nooit nee. Misschien is de aandoening an sich niet meer te behandelen, je kan als team wel blijven zoeken naar manieren om de levenskwaliteit van de patiënt te verbeteren."Maar nog te veel is onze zorg herstelbelemmerend, zegt de psychiater in eenzelfde adem. "Nog te vaak moet de patiënt zich aanpassen aan de zorg in plaats van omgekeerd. Wat maakt het uit dat een patiënt de hele dag bezoek kan ontvangen in plaats van aan bezoekuren gebonden te zijn, als dat bijdraagt tot zijn herstel?"Dagelijks komt Vandenberghe in aanraking met mensen die kwetsbaar in het leven staan. "Of ik daardoor extra oog heb voor zelfzorg? Soms is gedreven zijn en tegelijk je eigen grenzen bewaken een moeilijke evenwichtsoefening", erkent de psychiater. Onder zijn patiënten ziet hij ook veel collega's die zichzelf voorbij dreigen te hollen. "Het beroep van arts kan, ondanks de vele samenwerkingen, heel zwaar en eenzaam zijn. UZ Leuven richtte recent een groep op van artsen voor artsen - een stap in de goede richting."De psychiater hoopt dat de vzw Doctors4Doctors volgend jaar genomineerd wordt voor de Specialist van het Jaar. "Al zitten daar natuurlijk ook huisartsen tussen!", glimlacht hij.